Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het zwaard, de zee en het valse hart (1966)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het zwaard, de zee en het valse hart
Afbeelding van Het zwaard, de zee en het valse hartToon afbeelding van titelpagina van Het zwaard, de zee en het valse hart

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.19 MB)

ebook (3.60 MB)

XML (0.20 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

novelle(n)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het zwaard, de zee en het valse hart

(1966)–Theun de Vries–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 124]
[p. 124]

29



illustratie

De moord voltrok zich zoals de koningin der Britten het gewenst en bevolen had. Wij waren haar werktuigen, man voor man - zelfs terwijl velen van ons al begrepen dat zij een doel dienden dat niemand uitsprak, maar dat zich al grimmiger voor mij begon af te tekenen toen ik Reonix bij het grote feestmaal zag opstaan onder de honderden spetterende fakkels, gekroond en onder de groene mantel naast haar bejaarde, slaperige Vortigern. Tenger en vreselijk zag zij er uit, begeerlijk en honds in dat zware koninginnekleed... ‘Nimath ure saxa!’ zei ze met dunne stem; en mij drong het geluid tot in het: gebeente. Het waren de oude Friese woorden, gebruikt bij de jacht als het wild wordt opgejaagd en de jagers het moeten opvangen voor het ontsnappen kan: Neemt uw messen... Ik zag de Britten vragend en argeloos rondkijken bij het doodsbevel; zij verstonden tot hun geluk geen Fries. Daarna zag ik de verbijstering op hun jonge, sterke gezichten bij het te voorschijn flitsen van onze verborgen dolken. Hun kreten en hun weerstand duurden maar kort; wij wisten waar het hart zit, wij lieten ook jachtwild nooit lang lijden. Hertog Hengist en Blida waren verdwenen. Aesko en Ulbran

[pagina 125]
[p. 125]

ondersteunden een ontzenuwde Vortigern en brachten hem in veiligheid. Hij was onze gijzelaar geworden... de gijzelaar van koningin Reonix. De gemalin van Vortigern bleef onbewogen aan de hoge tafel zitten terwijl het bloedbad in de sala zich onder haar ogen voltrok. Toen wij onze messen afveegden aan de praaljurken van de neergestokenen, stond zij op en daalde tussen ons af. Zij wenkte een van ons haar met een fakkel te volgen. Zij liep langzaam tussen de doden door; zij liet zich bijlichten om elk ontzield gezicht te bekijken. Zij was haast zo wit als krijt, maar in haar ogen was het zelfde rode glanzen dat ik voor het eerst gezien had toen wij Brittannië brandend en dodend waren doorgetrokken. Het lachje zat verstijfd om haar bleke mond. Ze zei niets, geen van ons zei iets, terwijl zij langs de doden liep, mantel en kleed hoog opgenomen om zich niet met bloed te bevlekken. Ik kon de aanblik niet meer verdragen. Het bloed besmet jou in waarheid van top tot teen, dacht ik; het is jouw element, niet het levende bloed in mannenaderen, maar het vergotene; jij bent de dood in al zijn gedaanten. Ik had de aanvechting mij op haar te storten en haar neer te steken naast haar slachtoffers in wier schuld ik minder geloofde dan ooit.

Reonix was uit de sala verdwenen voor ik er erg in had. Wij moordenaars waren alleen met de vermoorden. Ik keek om mij heen, ik zag op al de gezichten van mijn makkers de vale ontnuchtering. Zij werden er zich van bewust dat zij moordenaars geworden waren, gebruikt door een vrouw. Ik hoorde een enkeling vloeken. Ik schreeuwde: ‘Blijf daar niet als zoutzakken staan!

[pagina 126]
[p. 126]

Sleep de lijken naar buiten en begraaf ze! Met alles wat ze aan het lijf hebben - roof is er ditmaal niet bij!’ Mijn mannen kwamen langzaam in beweging.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken