Vaderlandsche historie. Deel 7
(1752)–Jan WagenaarXXII. Dood van den Landvoogd Requesens.Maar midden in deeze verlegenheid, sterft de Landvoogd Don Louis de Requesens. Eene heete of Pestkoorts, die hem slegts vyf dagen in 't bedde gehouden hadt, benam hem 't leeven, op den vyfden van Lentemaand(e). Hy was nog niet lang in 't bewind geweest, toen hy de agting van 't volk, ziende hem Alvas voetstappen te digt volgen, grootendeels, begon te verliezen(f). Ook wil men, dat hy zelf berouw van 't aanvaarden der Landvoogdye gehad heeft(g). Hy overtrof Alva egter, in beleid, in vaardigheid, in bescheidenheid en in Godsdienstigheid. Doch in Krygskunde moest hy verre voor hem zwigten. Voorts hieldt hy, zo wel als Alva, alle de Nederlanders voor Kettersch, en ter dier oorzaake, voor ongetrouw aan den Koning(h). Filips hadt hem last gegeven, om, des noods, eenen opvolger te noe- | |
[p. 90]origineel
| |
men. Ook vindt men, dat hy Barlaimont tot het beleid der zaaken van Regeeringe gedoodverwd, en 't bewind des oorlogs, voor den Graave van Mansfeld, geschikt hadt(i). Doch zyne schielyke dood hadt hem belet, de laatste hand aan deeze schikking te leggen(k).+ De Raad van Staate nam dan, terstond na zyn afsterven, het opperbewind over alles in handen. Ook kwamen 'er, eerlang, Brieven uit Spanje, waarby die Raad, door den Koning, in 't aangenomen bewind, bevestigd werdt, tot dat zyne Majesteit eenen anderen Landvoogd herwaards zenden zou(l). Men hieldt deeze Brieven, in 't eerst, by 't gemeen, voor verdigt(m); doch sloeg 'er allengskens geloof aan. De Raad van Staate bestondt thans slegts uit drie Leden, den Hertog van Aarschot, den Graaf van Barlaimont en Viglius. Doch zy verkooren 'er, op 's Konings last, nog vier Leden by, Hieronimus Roda, eenen Spanjaard, Christoffel Assonville, Maximiliaan Vilain van Gend, Heer van Rassinghem, en Arnoud Sasbout, thans President van den Geheimen Raad. Van Roda alleen, beloofde het volk zig weinig goeds: vreezende men, in 't gemeen, dat hy, als een opvolger van Vargas, 't gezag des Raads der Beroerten te zeer zou zoeken staande te houden. De andere Raaden waren Nederlanders. Voorts werdt 'er een nieuwe Krygsraad opgeregt, die genoegzaam ge- | |
[p. 91]origineel
| |
heellyk uit Spanjaards bestondt. De Graaf van Mansfeld, dien sommigen ook onder de Leden des Raads van Staate tellen(n), schynt een lid van deezen Krygsraad geweest te zyn. De Raad van Staate droeg hem, by voorraad, de Steêvoogdy van Brussel op(o): 't welk veelen heeft doen schryven(p), dat hem 't opperbeleid der zaaken van oorloge was toevertrouwd. Eer wy Requesens geheellyk verlaaten,+ konnen wy niet voorby, aan te merken, dat hy, by eene Ordonnantie van den zestienden van Zomermaand des voorleeden jaars, bevolen hadt, het jaar, voortaan, alomme, met den eersten van Louwmaand, en niet meer met Paaschdag, aan te vangen, vernietigende dus den zogenoemden styl van den Hove, die veele duisterheid en verwarring, in oude en laatere schriften, hadt beginnen te veroorzaaken(q). Uit het Register der Staatsbesluiten van Holland, is af te neemen, dat men, hier, reeds eenige jaaren geleeden, het jaar van den eersten van Louwmaand begonnen hadt. Ook vind ik, dat men, reeds in 't jaar 1532, gepoogd hadt, deeze verandering des Jaarstyls, ten Hove, door te dringen(r). |
|