Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vaderlandsche historie. Deel 10 (1754)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vaderlandsche historie. Deel 10
Afbeelding van Vaderlandsche historie. Deel 10Toon afbeelding van titelpagina van Vaderlandsche historie. Deel 10

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.90 MB)

XML (0.89 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vaderlandsche historie. Deel 10

(1754)–Jan Wagenaar–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

XXVI.
Vertoog van Holland aan den Prinse, op 't stuk der Waardgelders.

De Staaten van Holland, nu ook raadpleegende op het afdanken der Waardgelderen, waartoe de algemeene Staaten, zelfs met bewilliging van Overyssel, beslooten hadden, in Holland en in Utrecht, te arbeidenGa naar voetnoot(w), kwamen, kort hierna, overeen, dat men den algemeenen Staaten, den Prinse en Graave Willem vertoonen zou ‘hoezy, met het aanneemen van luiden van wapenen, niet anders voorhadden, dan zig zelven te verzekeren tegen daadelykheden; hoe ook, naar zy onderrigt waren, de Staaten van Utrecht geen ander oogmerk hadden. Voorts, dat de zaak ligtelyk te vinden zou zyn, zo zyne Doorlugtigheid eenige uitheemsche bezettingen, daar 't beste vertrouwen niet op viel, wilde wegneemen, en de Staaten van Utrecht,

[pagina 218]
[p. 218]

nevens de Steden van Holland, daar 't noodig zou zyn, met Nederlandsche vendels voorzien.’ Dertig Gemagtigden omtrent, uit de Edelen en Steden, deeden den Prinse en den Graave deezen voorslag, by monde van den Advokaat, Men speurt 'er uit, dat de meening der Hollandsche Steden nog niet was, Utrecht met geld te ondersteunen; maar dat zy alleenlyk begeerd hadden, dat de Utrechtschen 't voltrekken van hunnen last verschuiven zouden, op dat men 't eenpaariglyk doen mogt, en 't voorstel dus te beter ingang doen vinden. De Prins zou met het toestaan van twintig vendelen de Staaten van Utrecht en de Hollandsche Steden hebben konnen vergenoegenGa naar voetnoot(x). Doch zyne Doorlugtigheid vondt het ongeraaden. De Utrechtsche Afgevaardigden vertrokken, hierop, naar huis, zonder den Prinse hunnen byzonderen last geopend te hebben.

voetnoot(w)
Brandt II. Deel, bl. 806.
voetnoot(x)
Resol. Holl. 11, 12 July 1618. bl. 181, 185. Grotius Verantw. Cap. XIX. bl. 255.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken