Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vadertje Langbeen (ca. 1920)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vadertje Langbeen
Afbeelding van Vadertje LangbeenToon afbeelding van titelpagina van Vadertje Langbeen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.36 MB)

Scans (9.66 MB)

XML (0.25 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

briefroman
vertaling


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vadertje Langbeen

(ca. 1920)–Jean Webster–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 25]
[p. 25]

19 December.

Lieve Vadertje Langbeen,

Je hebt nog altijd niet op mijn vraag geantwoord en toch was die van groot belang.

Ben je kaal?

Ik heb bij me zelf nog eens overdacht, hoe je er wel uit moot zien en ik weet het nu precies. Maar als ik den kruin van je hoofd bereik, is mijn heele kennis uitgeput. Het maakt me radeloos! Ik kan maar niet uitmaken of je sneeuwwit haar hebt of wel ravenzwarte lokken of peper-en-zout of wel heelemaal niets.

Hier hebt je je portret.

Maar nu de hoofdzaak: moet ik er nog wat haar opplakken?

Wil je weten wat voor kleur oogen je hebt? Ze zijn grijs en je wenkbrouwen steken als luifels naar voren (in romans spreken ze altijd van dreigende, zwarte wenkbrauwen maar ik vind dat niet leuk), je mond vormt een rechte, besliste lijn, bij de mondhoeken trekt die heel even spottend naar beneden. Zie je wel, dat ik je ken? Je bent een scherpe, oude heer, toch heel aardig, maar je hebt een lastig humeur.



illustratie

(Daar gaat de bel. We moeten naar de kapel).

 

945 n.m.

 

Ik heb een vasten stelregel waarvan ik nooit wil afwijken: 's avonds studeer ik niet, onverschillig hoeveel opstellen we ook voor den volgenden dag hebben opgekregen. Dan lees ik alleen maar mooie boeken en ik heb een massa te lezen, want 18 lange jaren heb ik het niet kunnen doen.

[pagina 26]
[p. 26]

Je kunt je heusch niet voorstellen, wat een woestenij van onwetendheid er in mijn hersenen heerscht. Nu eerst krijg ik er zelf een flauw besef van. Van de dingen, die de meeste meisjes van een gewone familie met een eigen thuis en vrienden en een bibliotheek al van kind of aan weten, heb ik nog nooit gehoord.

Ik heb nog nooit ‘Moeder de Gans’ gelezen of ‘David Copperfield’ of ‘Ivanhoe’ of ‘Asschepoes’ of ‘Blauwbaard’ of ‘Robinson Crusoe’ of ‘Jane Eyre’ of ‘Alice in Wonderland’ of iets van Rudyard Kipling. Ik wist niet, dat Hendrik VIII meer dan eens getrouwd was en dat Shelley een dichter was. En nog veel minder, dat de menschen van de apen afstammen en dat het Paradijs maar een mooie mythe is. Ik wist niet, dat R.L.S. de afkorting van Robert Louis Stevenson is en dat George Eliot een vrouw was. Ik had nog nooit een afbeelding van de Mona Lisa gezien en (het is waar maar je zult het haast niet kunnen gelooven) ik had nog nooit van Sherlock Holmes gehoord.

Nu weet ik al die dingen en ook nog een heeleboel meer, maar nu zie je eens, hoe ik mijn best moet doen om dat alles in te halen. En is het niet grappig, ik verlang den heelen dag al naar den avond en dan hang ik een bordje met ‘Niet te spreken’ op de deur en doe mijn mooie warmroode kimono aan en mijn sandalen. Alle kussens worden op de sofa gegooid, de koperen studeerlamp bij mijn hoofd neergezet en dan ga ik lezen, lezen en nog eens lezen. Eén boek is nooit genoeg, ik heb er alijd vier tegelijk bij de hand. Op het oogenblik zijn dat Tennyson's gedichten, ‘Vanity Fair’, Kiplings ‘Plain Tales’ en dan nog (lach niet) ‘Op eigen wieken’ van Louise Alcott. Ik heb gemerkt, dat ik hier het eenige meisje ben, dat dat boek in zijn jeugd nog niet gelezen heeft. Ik heb het niemand verteld (dan zou ik dadelijk den naam krijgen van een vreemd kind) maar ik ging heel kalm de deur uit en kocht het boek voor $1.12 van mijn zakgeld van de laatste maand. En als er nu iemand een volgende keer over kleverige lemoenen spreekt, weet ik tenminste, wat ze er mee bedoelt.

(Daar heb je de 10-uur-bel. Deze brief is wel erg verward).


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken