Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. M, N. O (1804-1806)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. M, N. O
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. M, N. OToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. M, N. O

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.27 MB)

Scans (450.26 MB)

ebook (6.02 MB)

XML (2.77 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. M, N. O

(1804-1806)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Mager]

MAGER, bijv. n. en bijw., magerder (magerer), magerst. Eigenlijk, dat weinig vleesch heeft, in tegenstelling van vleezig, lijvig, zoo wel van menschen als van beesten: een lang mager man. Magere handen. Mager vee. Mager worden. Wijders, het tegengestelde van vet, dat weinig of geen vet heeft: mager vleesch. Vet en mager beide eten. Zoo mager als hout zijn. Figurel., schraal: mager land, magere grond - eene magere weide, die weinig gras, weinig voedsel geeft. Het zaad staat zeer mager, zeer dun en schraal. Een magere, schrale, maaltijd. - Mager, ondiep, water, scheeps, woord. Een mager gedicht, gezegde enz., dat weinig geest of kragt heeft - dat is een mager bewijs. Ook als zelfst.: het magere van vet vleesch is aangenaam. Van hier magerheid, magerte, magertjes. Ook mage-

[pagina 13]
[p. 13]

ren, het onz. w., voor mager worden, reeds bij Notk. voorkomende, waarvoor wij doorgaans vermageren bezigen: ende mijn vleesch is gemagert, soo datter geen vet aen en is. Bybelv.

Mager, hoogd. mager, deen en zweed. insgelijks mager, angels. maegre, eng. meager, ijsl.. magur, fr. maigre, ital. magro, lat. macer. Het schijnt met het gr. μιϰρος tot eene gemeenschappelijke oudere bron te behooren en, aanvangelijk, klein, dun, rank, beteekend te hebben.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken