Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S (1807-1810)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. SToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.95 MB)

Scans (14.34 MB)

ebook (5.36 MB)

XML (2.62 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

(1807-1810)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Papegaai]

PAPEGAAI, z., n., m., des papegaais, of van den papegaai; meerv. papegaaijen. Verkleinw. papegaaitje, en gemeenzamerwijze ook wel eens papje. Een uitlandsche woudvogel met eenen boven gewelfden snavel, die in de warme landen van Azia en Afrika te huis hoort, en eene zeer vleezige tong heeft, waarmede hij ligtelijk leert spreken. Men vindt hem bijkans van allerlei, en dikwijls, zeer schoone, kleuren, insgelijks van verschillende grootte: die kinderen klappen, als papegaaijen. Overdragtiglijk, iemand, die veel spreekt, zonder dat hij daarbij denkt: het is een regte papegaai; als ook een houten vogel, die ten doele voor boogschutters, of andere schutters, dient: den papegaai schieten. Figuurlijk: hij heeft den papegaai geschoten, hij heeft eene goede winst gehad. Zamenstell.: papegaaiskooi, papegaaisneus, het gene men overdragtiglijk wegens den krommen neus van een mensch bezigt, zoo als papegaaisbek, overdragtiglijk zekere tulp aanduid.

Papegaai, hoogd. papageij, neders. papegoje, zweed. papegoja, eng. popingai, fr. papegaut, pappeguet, oulings, papagaus, portug. en sp. papagaijo, ital. papagallo, middeleeuw. lat. papagallus, arab. babagha, van waar al de opgenoemde Europesche benamingen afstammen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken