Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S (1807-1810)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. SToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.95 MB)

Scans (14.34 MB)

ebook (5.36 MB)

XML (2.62 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

(1807-1810)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Plakken]

PLAKKEN, bedr. w., gelijkvl. Ik plakte, heb geplakt. Iets ergens vlak op of aan vlijen, zoo dat het daaraan vastkleeft: plak daar dat briefje op. Dat behangsel is aan den muur geplakt. Overdragtiglijk, eenig ding vlak nederwerpen, als of men het op de plaats, waar men het nederwerpt, vast wilde doen kleven: waarom plakte gij het daar zoo neer? Hij plakt hem tegen den grond,

[pagina 74]
[p. 74]

den wand, enz. Voorts iemand gevangen zetten: ik zal hem doen plakken. Als mede zamen doen kleven: pollevijen plakken, hielen van zamengeplakt leder vervaardigen. - Met klevend goed besmeren: placken, bij Kil. plaesteren, oft besetten met leem, kalk, enz. - Vast doen kleven: er ligt in dat boek een blad los, dat moet geplakt worden. Eindelijk, onzijdig, lang in een gezelschap blijven: hij is een liefhebber van plakken, een regte peklap. Van hier plakker, en de zamenstell.: leemplacker, en plakleem, bij Kil. plakbriefje, plakkaart, plakschrift.

Plakken, hoogd. placken, middeleeuw. lat. placare, van welk laatste het hoogd. placat, fr. placard, eng. placart, ons plackaert, bij Kil., en in een oud stuk, dat door van Hass. is aangevoerd, en het hedendaagsche plakkaat, schijnt af te stammen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken