Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S (1807-1810)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. SToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.95 MB)

Scans (14.34 MB)

ebook (5.36 MB)

XML (2.62 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

(1807-1810)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Rein]

REIN, bijv. n. en bijw., reiner, reinst. Onbesmet, onbevlekt: rein lijnwaad, reine handen. Die gewasschen is, en heeft niet van noode, dan de voeten te wasschen, maar is geheel reijn. Bijbelv. Bijzonderlijk, vrij van melaatschheid, en andere besmettelijke krankheden: reine schapen, die vrij van schurft zijn. Die schurftheijt is genezen. Hij is reijn. Daarom sal de Priester hem reijn verklaren. Bijbelv. Voorts, vrij van eene onreinheid, die men door aanraking van eenig dood ligchaam, enz. gerekend werd te verkrijgen, of van die onreinheid gereinigd: als sij van haren vloet reijn wort. Bijbelv. Rein vee is, dat, volgens de

[pagina 182]
[p. 182]

Mozaische wet, gegeten mogt worden: van 't reijne vee, en van 't vee, dat niet reijn en was. Bijbelv. Eindelijk is rein vrij van zedelijke vlekken en verkeerdheden: dan zult gij mij - een reiner harte geeven. L, D.S.P. De reine huwelijksmin. Eene reine maagd. Een rein geweten is, dat iemand geene misdrijven verwijt. Van hier reinheid, reinig oulings voor rein, waarvan reinigen, reinigheid, reiniging, reiniglijk, reinlijk, reinuit, bij Kil. naakt en bloot, ook opregt 't quaet reijnuit voor u beleden. Camph. Zamenstel.: onrein, enz. ontreinigen, enz. - reinoogd, voor rein geoogd: reinoogde Rechter! Schim. deze zamentrekking zegt Z.H. Alewijn, dient den dichteren niet ontnomen te worden.

Rein, Ulphil. hrains, Kero hrein, willeram:, angels., neders., hoogd. rein, zweed. ren, ijsl. hrein. Rein beteekende oulings ook regen, en reinen regenen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken