Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S (1807-1810)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. SToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.95 MB)

Scans (14.34 MB)

ebook (5.36 MB)

XML (2.62 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

(1807-1810)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Roeijen]

ROEIJEN, onz. en bedr. w., gelijkvl. Ik roeide, heb geroeid. Onzijd., heen en weer bewegen, om daardoor een zwaar ligchaam in eene vloeistof voort te schuiven. Zoo zegt men van een mensch, dat hij roeit, wanneer hij onder het gaan, de armen op en neer beweegt, om zich daardoor als voort te stuwen. De zwanen en alle watervogels roeijen met hunne pooten, het welk ook eenige vogels onder het vliegen in de lucht doen. Vond. zegt: de vogel, eer hij roeit, enz. In het dagelijksche gebruik is roeijen, een vaartuig door eene gestadige beweging van deszelfs riemen,

[pagina 218]
[p. 218]

voortstuwen: roeit nu lustig wakkre knapen. Men moet roeijen met de riemen, die men heeft, men moet zich schikken naar de gelegenheid. Wanneer de vrouwen eene barende vrouw te hulp komen, zegt men: dat zij uit roeijen gaan. Bedrijvend: zij roeiden de boot naar den wal. Iemand in zulk een vaartuig, door middel van de gezegde beweging, vervoeren: laetze zich met riemen roeien naer heur lustprieel, Zwartzee. Vond. Van hier roeijer. Zamenstell.: roeibank, roeibark, roeidol, roeischip, roeischuit, roeislaaf, roeispaan, enz. Galeiroeijer, sloeproeijer, enz.

Roeijen, bij Kil. roeden, neders. rodern, hoogd. rudern, angels. rowan, eng. row, zweed. ro, van roede, roei, roe, bij Kil., riem, afkomstig; en de bron van roer.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken