Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S (1807-1810)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. SToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.95 MB)

Scans (14.34 MB)

ebook (5.36 MB)

XML (2.62 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

(1807-1810)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Schijf]

SCHIJF, z.n., vr., der, of van de schijf; meerv. schijven. Verkleinw. schijfje. Een, aan beide zijden, plat rond, door welks midden een spil loopt, waarop het rond gedraaid wordt, of kan worden, als: de schijf in een katrol - pottenbakkersschijf, waarop de aarde, of kneedbare klei, rond gedraaid, en tot potten gevormd wordt. In 't algemeen, een plat, rond ligchaam. Een plat rond bord, om naar te schieten: naar de schijf schieten. In 't spelen met de schijf, in 't proncken met den degen. De Deck. De zonneschijf, de maanschijf, de zon en de maan, voor zoo

[pagina 338]
[p. 338]

ver zij zich als dun, vlak en rond aan ons oog voordoen. Een' appel in schijven snijden. De schijven van een dambord. De schijf der knie: de schijven van de knien doen bloodt ligghen. Florian. Schijven, waarover snaren, of draden, of touwen loopen; van hier de spreekwijs: dat werk gaat, of loopt, over vele schijven, er worden vele personen toe vereischt, om dat werk zijn beslag te geven. Wijders: het loopt bijna over dezelfde schijven, het is bijkans van den zelfden aard. Gouden, zilveren, of andere stukken geld: zij heeft schijven, is wel van geld voorzien. Maer laet die rijcke zijn schijven blincken. Houw. Zamenstell: damschijf, glasschijf, kalfschijf, knieschijf, werpschijf enz.

Hoogd. scheibe, neders. shive, eng. shive. In het zweed. is skifva in dunne schijven snijden, en in het ijsl. skyfa deelen. In het pool. is skiba een stuk, en szyba eene glasschijf.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken