Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S (1807-1810)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. SToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.95 MB)

Scans (14.34 MB)

ebook (5.36 MB)

XML (2.62 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

(1807-1810)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Slede]

SLEDE, slee, z.n., vr., der, of van de slede; meerv. sleden. Verkleinw. sleedje. Een voertuig zonder wielen, bestaande uit twee, door sporten aan elkander vast gemaakte houten, waarop men vaten en andere goederen plaatst; en welk voertuig door een paard voortgetrokken wordt: de goederen werden op eene slede weggevoerd. Van de slee op den wagen. Hooft. Wijders, eene soort van besloten stoel, van hout gemaakt, waarin men zit, en over ijs of sneeuw voortgetrokken, of voortgestuwd wordt: men rijdt al met sleden over de Maas. Verder, een sleepkoetsje: wij werden met een sleedje afgehaald. Een werktuig, om de wijnvaten in de kelders te laten: waarom bedient gij u niet van de slede? Zamenstell.: sledemenner, in Groningen de menner van een sleepkoetsje, die elders den naam van sleper voert, sledevaart, een gezamenlijk rondrijden van eenige sleden, enz. Bakslede, handslede, ijsslede, koeslede, koetsslede, narreslede, schuifslede, toeslede, vrachtslede, enz.

Slede, of slee, Kil. sledde, slidde, vries. slide, hoogd. schlitten, lothar. chlitte, ital. schlitta, eng. sledge, sled, ijsl. slede, zweed. slada, neders. schlede, komt van het oude schlitten, eng. slide, angels. slidan, neders. schlidderen, Kil. slidderen, sledderen, anders glijden; want dit is even verwant aan schlitten, enz., als glippen aan slippen, zie slippen, en glibberen aan slibberen, zie slibberen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken