Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S (1807-1810)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. SToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.95 MB)

Scans (14.34 MB)

ebook (5.36 MB)

XML (2.62 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

(1807-1810)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Smaak]

SMAAK, z.n., m., des smaaks, of van den smaak; meerv. smaken. Verkleinw. smaakje. Het vermogen, om te smaken: ik heb mijnen smaak verloren. Het is of gij reuk noch smaak hadt. En graagte, trek: gij rookt met smaak. Ze nut het zonder rechten smaak. D. Deck. Overdragtelijk, het vermogen, om kunstgewrochten, en andere dingen, te beoordeelen: wij kunnen met onzen zedelijken smaak gereedelijk goed en kwaad onderscheiden. Alles moet naar den smaak der kunstminnaars ingerigt worden, zal het eenigen aftrek hebben. Al wat de gezegde vermogens aandoet en streelt: dat heeft geur noch smaak. Honger zet aan de geringste spijzen smaak bij. Ende de smaeck daervan was als honichkoecken. Bijbelv. Het is een werk van smaak. Vint niemants brein in bloet, noch gal, noch tranen smaeck. Vond. Op den smaek der ruste verslingeren. Hooft; bij wien dit woord daarentegen

[pagina 490]
[p. 490]

vrouwelijk is, in: waerin de grootmoedigheit de meeste smaak vint. Eindelijk is smaak ook wel eens een kwade smaak: mij dunkt er is een smaakje aan. Van hier smakelijk, smakelijkheid, smakeloos, smakeloosheid. Zamenstell.: smaakvermogen. Bijsmaak, broodsmaak, landsmaak, nasmaak, pepersmaak, rooksmaak, vischsmaak, vleeschsmaak, volkssmaak, voorsmaak, wansmaak, zoutsmaak, enz.

Smaak, hoogd. schmack, geschmack, komt van smaken.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken