Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S (1807-1810)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. SToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.95 MB)

Scans (14.34 MB)

ebook (5.36 MB)

XML (2.62 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

(1807-1810)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Spriet]

SPRIET, z.n., m., des spriets, of van den spriet; meerv. sprieten. Verkleinw. sprietje. Eigenlijk, evenveel, als spruit. In het gebruik, menigerlei slag van stangen, zoo als eene van voren gespitste, of met een

[pagina 597]
[p. 597]

puntig ijzer gewapende, stang, waarvan men zich op de zwijnenjagt, enz. bedient: vang het wilde zwijn op uwen spriet. En gaf den spriet der schiltknapinne. Vond. Eene stang, die met het ondereinde tegen den mast van een schip steunt, en dient, om het zeil uit te spannen: het zeil vondt Ikarus, en Dedalus den spriet. Vond. En, dewijl deze veelal gevorkt is, het bovenste der wederzijdsche dijen, dat als het ware eene vork vormt. Voorts ook eene stang, die van den voorsteven van een schip vooruitsteekt; en, overdragtelijk, de vezelen, die uit den kop der insekten uitsteken, anders voelers, en voelhorens, genoemd. Van hier sprietelen vorkswijze van een scheiden, van een spreiden, Kil. Zamenstell.: sprietboom, Kil. sprietoogen, sprietstraat, Kil. sprietweg, een tweesprong, enz. Boegspriet, jagtspriet, zwijnspriet, enz.

Spriet, hoogd. ook spriet, eng. sprit, angels. spreota, zweed. spröte, is naauw verwant aan spruit, en komt van sprieszen, in het hoogd. evenveel als spruiten. Zie spruiten.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken