Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S (1807-1810)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. SToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.95 MB)

Scans (14.34 MB)

ebook (5.36 MB)

XML (2.62 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

(1807-1810)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Steel]

STEEL, z.n., m., des steels, of van den steel; meerv. stelen. Verkleinw. steeltje. Eigenlijk, de stengel waarop het bovenste gedeelte van verschillende plantge-

[pagina 654]
[p. 654]

wassen geplaatst is, of rust: de vezelen der stelen van de verachte brandnetels verschaffen het fijne neteldoek. Gelijk een verslenste viool, of quijnende Maijbloem, die een maegt van haren steel plukte. Vond. Het lange, dunne, en rondachtige, uitspruitsel, 't welk de gemeenschap tusschen eenen boom, of eenig ander plantgewas, en deszelfs vruchten of bladeren, uitmaakt: die appel werd te zwaar voor zijnen steel. Die steel is langer dan het blad. Voorts, al wat insgelijks buiten het eigenlijke ligchaam van eenig ding uitsteekt, en als deszelfs handvatsel gebezigd worden kan: de steel van mijne pijp is gebroken. Het ijzer van de bijl vloog van den steel. Spreekw.: den steel naar de bijl werpen, wanhopig van eenige onderneming afzien. Van hier steelachtig, en stelen, van eenen steel voorzien: steel dien hamer eens voor mij. Is mijne bijl al gesteeld? Zamenstell.: steelbloem, die uit den bladsteel voortkomt. - Ankersteel, appelsteel, bezemsteel, bijlsteel, bladsteel, bloemsteel, druivensteel, hennipsteel, lepelsteel, pannesteel, perensteel, pruimensteel, rozijnsteel, spadesteel, enz.

Steel, Kil. stele, angels. stela, eng. stele, stale, vries. stal, hoogd. stiel, zweed. stielke, is afkomstig van stallen, stellen, plaatsen, in het oudd. stielen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken