Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S (1807-1810)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. SToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.95 MB)

Scans (14.34 MB)

ebook (5.36 MB)

XML (2.62 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

(1807-1810)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Stemmen]

STEMMEN, bedr. en onz. w., gelijkvl. Ik stemde, heb gestemd. Bedr., bij eenige raadpleging uitspraak doen: wat zult gij stemmen? Ik heb in het geheel niets gestemd. Iemand benoemen: ik hoop, dat gij mij stemmen zult. Zij stemden alle een' en denzelfden man. Een speeltuig derwijze regelen, dat het den regten toon, als het ware de regte stem, geve: ik ga mijne viool stemmen. Als de instrumenten gestemd zijn, krijgen wij eene fraaije symphonie. Figuurlijk, wegens gemoedsregeling: waart gij daartoe wel gestemd? Ik kan mij niet behoorlijk tot die plegtigheid stemmen. Onz., met stem uitbrengen onledig, en daarin werkzaam, zijn: is men reeds aan het stemmen? Gij hebt immers ook nog niet gestemd? Van hier stemmer, stemgever, stemmig, stemmigheid, stemmiglijk, stemming. Zamenstell.: stembaar, die, of dat, gestemd kan worden, stembriefje, stemcedel, stemgeregtigd, stemhamer,

[pagina 679]
[p. 679]

een werktuig, om snaarinstrumenten te stemmen, stemregt, stemwijze, enz. Bestemmen, instemmen, medestemmen, nastemmen, ontstemmen, opstemmen, overeenstemmen, overstemmen, tegenstemmen, toestemmen, voorstemmen, voortstemmen, zamenstemmen, enz.

Stemmen, hoogd. stimmen, komt van stem. Zie stem.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken