Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S (1807-1810)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. SToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.95 MB)

Scans (14.34 MB)

ebook (5.36 MB)

XML (2.62 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

(1807-1810)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Sterk]

STERK, bijv. n. en bijw., sterker, sterkst. Eigenlijk, stijf, hard. In dezen zin bezigen wij het nog hedendaags in de uitdrukking van stijf en sterk beweren. In Duitschland zegt men ook nog eine starke stunde, voor een stijf uur; en stijfsel wordt nog hedendaags in het hoogd. starke, in het eng. starch, in het zweed. starkelse genoemd. Voorts is stark in het zweed. evenveel als starr, stijf; en stark so so stein is, bij Ottfrid., zoo stijf, of hard, als steen. Van hier is sterk tot de beteekenis van stevig, vast en onverbrekelijk overgegaan: dat is een sterke muur, een sterk touw, sterk doek, een sterke stok, eene sterke vesting, een sterkman, die veel wederstaan kan, enz. Zoo sterck, als diamant. Vond. Wij scheenen sterk, en ach! wij vaaren heen. L.D.S.P. Door eenen tweeden overgang van denkbeelden beteekent sterk evenveel als krachtig, in staat, om zwaar werk te doen: hij is zoo sterk als een paard. Mijne maag is vrij sterk. Zij is niet sterk van ingewanden. Sterk in de handen en voeten. Sterk van geest, sterk in de wiskunde, in het latijn, enz. God, sterker, dan mijn' trouwste vrinden. L.D.S.P. Wat is stercker, dan een leeuw? Bijbelv. Als de stercke wint van 't zuien. Vond. Ook ten aanzien van din-

[pagina 684]
[p. 684]

gen, die noch persoonlijk noch stoffelijk zijn: gij hebt een sterk geheugen, eenen sterken honger, sterke driften, een sterk geloof, eene sterke hoop. De woeste zee verschrikt door 't sterk gerucht. L.D.S.P. Het swacke Godts is stercker, dan de menschen. Bijbelv. Overigens zegt men van een leger, dat het sterk is; als het talrijk of vermogend is, noemt men zoodanig een vijandelijk leger eenen sterken vijand, en is zoo, of zoo, sterk zijn, zoo, of zoo talrijk zijn. Sterke brandewijn, azijn, enz. is, krachtige. Sterke dranken, zijn geestrijke, die eenen doordringenden smaak en veel kracht hebben. Sterke boter is garstige. Een sterke reuk is een krachtige. Een sterke geest is een ongeloovige, die zich eene bijzondere denkenskracht aanmatigt. En de beteekenis van opbeuren, troosten, die aan sterken eigen is, heeft aan sterk die van welgetroost, bemoedigd, bijgezet: wacht op den Heere, zijt sterk. Bijbelv. Ik vind mij veel sterker. Als bijwoord wordt sterk bijkans overal gebruikt, om de beteekenis aan te dringen: sterk ruiken, sterk rooken, sterk waaijen, sterk regenen, sterk dooijen, sterk vriezen, sterk niezen, sterk schreeuwen, sterk hijgen, sterk verlangen, sterk twijfelen, sterk nadenken, enz. enz. Eindelijk is: ik maak mij sterk, om dit of dat te doen, ik acht mij daartoe wel in staat. Spreekw.: het regt van den sterksten bezigen. Zie regt. Het zijn sterke beenen, die weelde dragen kunnen, er wordt daartoe veel kracht van geest gevorderd. Van hier sterkelick, bij Kil. sterken, enz. Sterkheid, sterkte. Zamenstell.: sterkwater, ijzersterk, enz.

Sterk, Kil. sterck, hoogd. stark, zweed., Ottfrid. ook stark, Kero. starch, is verwant aan het hoogd. starr, zweed. starr en stark, in de taal van wallis terrig. Bij Kil. sterrig, starrig. Zie sterrig. Oul. bezigde men ook stark: Ene ghetrouwe vrient is ene starke bescermenisse. Bijbel, 1477.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken