Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S (1807-1810)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. SToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.95 MB)

Scans (14.34 MB)

ebook (5.36 MB)

XML (2.62 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S

(1807-1810)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Straffen]

STRAFFEN, bedr. w., gelijkvl. Ik strafte, heb gestraft. Iemand eenige straf doen ondergaan: gij moet hem naar verdiensten straffen. Hij straft ons niet naar onze spoorloosheden. L.D.S.P. In de beurs, aan den lijve, met het zwaard, met de koorde, enz. straffen. En, van daden gesproken, dezelve met de verdiende straf achtervolgen: zulke dingen moeten gestraft worden. Beteugel, straf hun snood bestaan. L.D.S.P. Men straft er dieverij, twist, vloecken en gevecht, met dagk, gevangenis. Vond. Beschamen, tot zwijgen brengen: ik kan u met uwe eigene woorden straffen. Om des aenleijgers replicq, und bewijsstucken, daerin bijgebracht, te straffen, und te wederleggen. v. Hass. Van hier strafbaar, straffelijk, straffer, straffing. Zamenstell.: afstraffen, bestraffen, logenstraffen, enz.

Straffen, deen. straffe, zweed. straffa, hoogd. strafen, komt van straf.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken