Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. T-U. V (1810)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. T-U. V
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. T-U. VToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. T-U. V

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.31 MB)

Scans (477.69 MB)

ebook (6.03 MB)

XML (2.96 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. T-U. V

(1810)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Vereenigen]

VEREENIGEN, bedr. w., gelijkvl. Ik vereenigde, heb vereenigd. Van het onscheidb. voorz. ver en eenigen, van eenig. Bij Kil. ook vereenen, 't welk men hedendaags ook nog dikwijls gebruikt. Een maken: de beide legers werden vereenigd. Stem

[pagina 135]
[p. 135]

en snaar, met wenden, draaijen, en met keeren, vereenigd rolden door elkaar. Pluimer. Vruchteloospoogde men die Kerkgenootschappen te vereenigen. In bedoeling en werking verbinden: men vereenigt zich om ons te kwellen. Te woonen met vereenigde gemoederen in 's Heeren huis. L.D.S.P. Heeft zijne harp vereenigt met lofgezangh. Vond. In een huwelijk paren: vereenig hen door den trouw. Ook onz., gepaard worden: waer twee vereenigen, daer strengelt en verbint de liefde tien aen een. Vond. Wederom bedr., bevredigen: twee strijdende partijen vereenigen. Zich met iemand vereenigen, of vereenen, wordt in verschillende beteekenissen gebezigd: hij wil zich met den Godt der Goden niet vereenen. Hoogvl. Van hier vereeniger, vereeniging, vereenigster.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken