Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. T-U. V (1810)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. T-U. V
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. T-U. VToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. T-U. V

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.31 MB)

Scans (477.69 MB)

ebook (6.03 MB)

XML (2.96 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. T-U. V

(1810)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Verliezen]

VERLIEZEN, bedr. w., ongelijkvl. Ik verloor, oul. ook verloos, heb verloren, welke tijden eigenlijk van verlieren afstammen. Zie hier onder. Kwijt worden: het leven verliezen. Verliesen den moed. Kil. 'k Heb reeds alle kracht verloren. L.D.S.P. Zijne vrouw verliezen, is, door den dood daarvan beroofd worden. Eenen weldoener verliezen, is, door den dood, of anderzins, van zijnen bijstand ontbloot worden. Een spel, eenen slag, een regtsgeding, verliezen, is, daarin voor zijne tegenpartij onderdoen. Geld verliezen, is, hetzelve in het spel, in den handel, of uit onachtzaamheid, kwijt raken. Woorden, tijd, arbeid, enz. verliezen, beduidt, daarvan geen genot hebben. Zonder tijd te verliezen, is, zonder vertraging. Iets uit zijne gedachten verliezen, is, daaraan niet meer denken. Iemand uit het oog verliezen, is, hem niet meer zien. Verlies hem, of het, niet uit het oog, beduidt, sla hem steeds gade, neem het steeds in acht. Zich zelven verliezen, beteekent, in verwarring, of verrukking, geraken: verliest zich zelv' verrukt door 't schoon gezicht. L.D.S.P. Zich in de menigte verliezen, is, zich zelven daaronder over het hoofd zien, door het gekrioel bedwelmd geraken. Van hier verliesbaar, verliezer. Het deelw. verloren wordt als bijv. n. gebruikt.

Verliezen, volgens Kil. oulings ook verlieren, even als verkieren en verkiezen verwisseld werden, hoogd. verlieren, Notk. firluren, angels. forleoran, forlijsan, frankd. forliusan, zweed. förlora en förlata, deen. forlore en forlise, oud opperd. ferliesen, farleosan, Ulphil. fraliusan, neders. verlesen, is verwant aan het neders. lesen, goth. liusan, angels. losjan, eng. lose, liese, en aan ons loozen; en is zamengesteld uit het onscheidb. voorz. ver en liezen of lieren.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken