Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z (1811)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-ZToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.43 MB)

Scans (256.03 MB)

ebook (4.65 MB)

XML (1.59 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z

(1811)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Waken]

WAKEN, onz. w., gelijkvl. Ik waakte, heb gewaakt. Zich in dien staat van bewustheid bevinden, welke tegen het slapen en droomen overstaat, d.i. zich in den staat van zamenhangende klare en duidelijke voorstellingen bevinden. Waken en niet slapen. Bijzonder met betrekking tot den tot slapen bepaalden tijd. Bij iemand waken. Een uur, den ganschen nacht waken. Waken beteekent ook iets te kennen geven, als: een wakende boei d.i. een boei, (blok) die aanwijst, waar het anker ligt. Figuurl., onafgebrokene zorg voor iets dragen. Voor het welzijn van het vaderland, voor zijne eer waken. De Voorzienigheid waakt zonder ophouden. Een wakend oog houden. Zoo ook het waken, bijzonder in de eerste beteekenis, als: het waken valt mij moeijelijk. Van hier waakster, waker, waking. Zamenstell.: bewaken, ontwaken, - waakhond, waakplaats, waakrol, waaktoren, waakzaam, enz.

Bij Ottfrid., Tatiaan enz. uuachen, eng. to wake, zweed. vaka, hoogd. wachen, het welk met het nederd. waken overeenkomt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken