Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z (1811)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-ZToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.43 MB)

Scans (256.03 MB)

ebook (4.65 MB)

XML (1.59 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z

(1811)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Wat]

WAT, vragend en betrekkelijk voornaamwoord, het onzijdig geslacht van wie. Alles, wat ik u zeg, is waar. Ook wordt het bij mannelijke en vrouwelijke zelfstandige naamwoorden, in het meer- en enkelvoud, gebezigd; het zij regtstreeks, of anderzins, vragende: wat gasten krijgt gij? Wat wijn zal ik u zenden? Wat mensche onder u - ofte wat vrouwe -? Bijbelv. Wat gaef uw hart behaege. Vond. Tot wat steden wij komen sullen. Bijbelv. In wat stad ik mijn verblijf hield. Ook wordt wat, in het onzijdig geslacht, vaak, in eenen regtstreeks, of anderzins, vragenden zin voor wat ding gebruikt: wat is het? Ik weet niet, wat het is; en in eenen betrekkelijken zin, achter zoo; het sal hem geworden, so wat hij zegt. Bijbelv.; achter al: ik weet al, wat er gebeurt; en voor ook: wat er ook gebeure; ja met weglating van ook, in: wat er gebeure. Wat winden dat er ruischen. Wat regen dat er plast. Kamphuijs.; en met weglating van al, of zoo: wat met golven noch flus bedekt lagh. Vond. Verkoopt, wat ghij hebt, ende geeft het den armen. Bijbelv.; waar dit woord voorts meermalen de plaats van het gene dat, of het gene, bekleedt; zoo als in: wat ghij backen soudet, dat backt, ende siedet, wat ghij sieden soudet. Overigens wordt het onzijdige wat door middel van voor aan allerlei naamwoorden verbonden, in: watvoor een man? Watvoor eene vrouw heeft hij? Ik weet niet meer, watvoor een paard ik hem gegeven heb.

[pagina 42]
[p. 42]

Wat voor dingen zijn het? En op zich zelf beteekent wat, bijwoordelijk, op welk eene verregaande wijze: wat heeft hij mij bedrogen! Wat ben ik ongelukkig!

Wat, hoogd. was, Ottfrid. uuas, Kero huuaz, eng. what, vries. het.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken