Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z (1811)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-ZToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.43 MB)

Scans (256.03 MB)

ebook (4.65 MB)

XML (1.59 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z

(1811)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Wijd]

WIJD, bijv. n. en bijw., wijder, wijdst. Ver afgelegen: dat is heel wijd van de waarheid. Halma. Als bijw., veraf, verre: zoo wijd is het met hem gekomen. Niet wijt van Etna ligt een stillestaende meer. Vond. De benaeuwtheden mijnes herten hebben haer wijt uijtgestreckt. Bijbelv. Dezelfde beteekenis heeft het bijw. in wijd en zijd, wijd en ver: de guure Boreas won Russen, wijt en ver. Vond. In dit alles vindt men steeds duidelijke sporen van de eigenlijke kracht van wijd, die in eene vaneenzetting en uitbreiding van den omvang van een ding gelegen is, en voorts aan het bijv. n. wijd de beteekenis van ruim verschaft: eenen wijden rok. In een lant wijt van begrip. Bijbelv. Wijd, veel inhoudende. Kil. Of van breed: hij springt over de wijdste sloot. Van rivieren, van wijde stroomen. Bijbelv. Als bijw., met eene sterke vaneenzetting, met verschaffing van eene groote ruimte: ik heb - den mond wijd opgedaan, gezwoegd, gehijgd. L.D.S.P. De mont, Jupijn zoo lief, begint heel wijt te gaepen. Vond. De poorten uwes lants sullen uwen vijanden wijt geopent worden. Bijbelv. De deur stond wagen - wijd open, zoo wijd, dat er een wagen door kon rijden. Halma. Wijd en breed uitmeten, is, uitvoeriglijk vermelden. Wijd ende breed verbreijdt, bij Kil., is, evenveel, als wijd en zijd, heinde en verre. Wijd ende woest is, bij Kil. door verwoesting ontledigd. De wijde wereld ingaan, is, de wereld wijd en zijd door

[pagina 183]
[p. 183]

gaan zwerven. Van hier wijden, wijderen, wijders, wijdheid, wijdte. Zamenstell.: wijdbakhuijs, wijdbeck, Kil. - wijdoeroemd, wijdloopig, wijdluftig, wijdvermaard, enz.

Wijd, hoogd. weit, neders. wit, oudopperd. wito, eng. wide, vries. wied, zweed. vit, schijnt verwant aan het fr. vuide, en is zijne beteekenis zekerlijk aan zijnen klank verschuldigd.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken