Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z (1811)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-ZToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.43 MB)

Scans (256.03 MB)

ebook (4.65 MB)

XML (1.59 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z

(1811)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Wil]

WIL, z.n., m., des wils, of van den wil; zonder meerv. Het vermogen van willen: met verstand en wil begaafd. De daad van willen: betwist mij geenen vrijen

[pagina 199]
[p. 199]

wil. Het gene men wil, volstrekte begeerte: dat is mijn wil. Dat ik mijnen wil na zijnen poog te voegen D. Deck. Mijn geest, die uwen wil bevroed. L.D.S.P. Genoegen: tegen wil en dank. Als 't Godt belieft, met wil of onwil dragen. Brandt. Iemand te wille zijn, is, hem genoegen geven. Hierin sullen wij u te wille zijn. Bijbelv. Zijnen wil van iets hebben, daaruit genoegen scheppen. Zijnen wil daarmede doen, daarmede naar zijn genoegen handelen. Oulings beantwoordde wil aan euvelmoed: die sal daeraen wil und gewaldt begaen hebben. v. Hass. Voorts wordt wil gebezigd met om voor zich, en een z.n. tusschen beiden in den tweeden naamval, ter aanduiding van den beweeggrond van iets: om des vredes wil, om Gods wil. Om hares schoonvaders ende hares mans wille. Bijbelv. Om best wil. En de plaats van het z.n., wordt ook meermalen door een voornaamwoord bekleed: om wiens wil, om diens wil, om welks wil, om deszelfs wil. Maar de tweede naamval van persoonlijke voornaamwoorden wordt door den vierden naamval van bezittelijke voornaamwoorden vervangen, die alsdan eene t achter zich heeft: om mijnent wil, om onzent wil. Om u, om uwent wil, alleen. Vond. enz. Van hier gewillig, wilg, willig, enz. Zamenstell.: willekeur, wilvaardig, enz. Moedwil, onwil, enz.

Wil, eng. will, hoogd. van oudsher wille, angels. vijlla, Ulphil. willja, slavon. wiile, wola, vola, lat. voluntas, komt van willen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken