Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z (1811)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-ZToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.43 MB)

Scans (256.03 MB)

ebook (4.65 MB)

XML (1.59 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. W-Z

(1811)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Zweep]

ZWEEP, z.n., vr., der, of van de zweep; meerv. zweepen. Verkleinw. zweepje. Een gedraaid, of gevlochten, van voren spits toeloopend snoer, aan eenen steel van hout, met leder of paardenhaar omwonden, vastgemaakt, om dieren of menschen daarmede te slaan: met de zweep klappen. Daer is 't geklap der sweepe. Bijbelv. Het paard de zweep geven. Jaag den hond met de zweep weg. Eene zweep voor vier paarden, eene lange zweep. Een oud voerman hoort nog gaarne het klappen van de zweep, spreekw., beteekenende: een afgeleefde liefhebber van de vrouwen hoort nog gaarne

[pagina 444]
[p. 444]

over de sekse en het minvermaak spreken. Van hier zweepig, zie zwiepen. Zamenstell.: zweepbrok, iemand, die gedurig slagen verdient, zweepriet, zweepslag, zweepslang, zweeptol, anders drijftol, - zweeptouw, een touwetje, dat men aan het einde eener zweep bindt, om dezelve harder te doen klappen, anders klapkoord, enz.

Zweep, ook zwiep, bij Kil. sweepe. Dit woord schijnt van het sissend geluid ontleend te zijn, het welk eene snel bewogen en door de lucht geslagen zweep maakt, zonder dat men dezelve laat klappen. Het staat in verband met het angels. whip, dat de Engelschen nog behouden hebben in to whip, slaan.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken