Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verhandeling van het herderdicht (1965)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verhandeling van het herderdicht
Afbeelding van Verhandeling van het herderdichtToon afbeelding van titelpagina van Verhandeling van het herderdicht

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.66 MB)

Scans (7.36 MB)

XML (0.25 MB)

tekstbestand






Editeur

J.D.P. Warners



Genre

sec - letterkunde

Subgenre

studie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verhandeling van het herderdicht

(1965)–Jan Baptist Wellekens–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 11]
[p. 11]

Wellekens' Verhandeling
Inleiding

Een algemeen ‘psychologische’ opmerking vormt het uitgangspunt van deze verhandeling: ieder vogeltje zingt zoals het gebekt is. Wat, meer gespecialiseerd, de dichters betreft: er zijn er die zich als doel stellen Gods lof te zingen, wat, zoals straks blijken zal, een zeer oorspronkelijke vorm van dichten is; anderen nemen epische onderwerpen als uitgangspunt en zingen van helden. Of, uitgaand van een andere indeling der letterkunde, er zijn tragedie- en komediedichters, waarvan de eersten een ‘hoge’, verheven stof kiezen, de laatsten een ‘lage’, meer alledaagse stof. Dit kan ook nog weer anders onder woorden gebracht worden: datgene wat de verschillende personen te berde brengen kan voornaam of grappig zijn, waarmee Wellekens een scheiding van typisch-renaissancistische aard te weeg brengt.

Aan deze zeer voorlopige en onuitgewerkte indeling voegt Wellekens nog één zaak toe: de dichter kiest voor zijn ‘genre’ naar zijn aangeboren eigenschappen; hij doet dit niet op aansporing van anderen of door een keuze te maken uit voorbeelden die hij bemint. Anders gezegd: de basis van het dichterschap is geen kwestie van imitatie, maar van de wezenlijke aanleg, de in aanleg aanwezige mogelijkheden van de dichter.

Zonder zich verder hierover te bekommeren begint de auteur aan zijn eigenlijke onderwerp: het herdersdicht met zijn ‘natuurelyke en nederige trant’. Wat hiermee bedoeld wordt is zo op het eerste oog wel duidelijk, maar we zullen hier uitvoerig op terug komen: herderspoëzie is een dichtvorm, waarin het natuurlijke, dat wil zeggen het niet aangeleerde, het van nature gegevene prevaleert, en de dichter gebruikt een eenvoudige taal, die bij het onderwerp past.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken