Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Zeedelycke en natuurlycke gezangen (1716)

Informatie terzijde

Titelpagina van Zeedelycke en natuurlycke gezangen
Afbeelding van Zeedelycke en natuurlycke gezangenToon afbeelding van titelpagina van Zeedelycke en natuurlycke gezangen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.11 MB)

Scans (13.84 MB)

XML (0.45 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Zeedelycke en natuurlycke gezangen

(1716)–Jan van Westerhoven–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina III]
[p. III]

Tot den leeser.

ONder de vermaakelijkheeden, die ons lief vermaaken, zijn de Gezangen een van die selve, die ons veel vreught geeven; als ick dit overdaght, soo overley ick met my selve, of ick mijn evennaasten hier meê geen nut en vermaack sou kunnen toebrengen, dat ick voor hun eenige Gezangen maackte; maar, mijn geringe gaaven bemerckende, kon daar ten eersten niet toe resolveeren; tot dat ick eyndelingh daght, dat hier en daar nogh wel iemant sou kunnen weesen, die mijn Gezangen niet onaangenaam souden zijn; en my dit bewoogh, om hun die na mijn gaaven door den Druck op te offeren, tot hun vermaack en nut. Gy sult my moogelijck vraagen; waarom Natuurlijcke en Zeedelijcke Gezangen by een gevoeght? Ick antwoorde, het spreeckwoort seyt, veranderingh van spijs doet wel eeten; soo geeven oock de Gezangen van verscheyde saacken lust tot singen; en dat ick sulcke Gezangen by een gevoeght heb, strijt mijns oordeels niet teegen de welvoeghlijckheyt: want den Bybel is vol van sulcke saacken; Moses beschrijft de zeegeninge Gods aan de Jooden, oock sijne oordeelen, straffen, en

[pagina IV]
[p. IV]

vloecken aan de selfde Jooden; hy vermelt de Vryasie van Isaäc en Jacob met Rebecca en Rachel; oock de schaakingh van den Patriarch Jacobs Doghter; en seer veel saaken (onderscheyden van trant) meer; de Boecken Samuëls, der Reghteren, Josua, en der Koningen, zijn vol van sulcke verscheyde saacken, waarom sou ick dan geen Gezangen by een mogen voegen van natuurlijke en geestelijke stof, als de natuurlijke stof u tot vermaack aanset, en tot geen sondelijckheyt? daar ick my voor al voor gewaght heb. Gy sult in mijn Gezangen twee Vryasies tusschen een Herder en een Herderin vinden, oock verscheyde Herders en Herderinnen Gezangen, die u tot geen onkuysheyt aansetten; maar tot vermaack: de andere Gezangen sullen u nut en vermaack toebrengen. Dat de Gezangen altijt gelieft zijn geweest, dat heeft getoont den Koninglijcken Propheet David, door het maacken van ver boven de hondert Psalmen; oock sijn Soon Salomon door 't maacken van sijn Hoogh-Liedt; en veel andere Gezangen, gemaackt door heylige Mannen. Den Apostel Paulus schrijft oock, dat wy den Heero met aangenaamheyt in onse herten moeten zingen; ja Gods Lof, of 't Halelujah, sal

[pagina V]
[p. V]

in den heemel tot in der eeuwigheyt gezongen worden. Ick hoop dan, beminde Leeser, dat sy u tot nut en vermaack sullen weesen; en dat gy mijne gaaven verschoonen sult, soo sy wat gebrecklijck zijn; want ieder kan niet meer doen, als sy hem toelaaten: maar dewijl 'er oock altijt quaataardige liefdeloose menschen in de weerelt zijn, die geneegen zijn een anders doen te lasteren, al schoon dat sy daar geen reeden toe hebben, en het niet kunnen verbeeteren, sal ick my aan deese niet kreunen, en nogh veel minder aan spotters; want niets is bevrijdt voor hunne spotternye. Gelieft het dan te gebruycken tot u nut, en vermaack. En hebt gy geen behaagen in het selfde, gy wort niet gedwongen om het te koopen, of te leesen; laat het dan over voor de geen die het behaaght en vermaackt. Oock heb ick, door liefde tot mijn Vader, Jan van Westerhooven, op sijn Boeckje, genaamt De Schepper verheerlijckt in de Schepselen, gemaackt een Lof-gedigt; om dat ick noodigh oordeelde, dat onse Naamen en Persoonen hier door onderscheyden wierden.

 

In Haarlem den 23 November 1715.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken