Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Greep naar de macht (1994)

Informatie terzijde

Titelpagina van Greep naar de macht
Afbeelding van Greep naar de machtToon afbeelding van titelpagina van Greep naar de macht

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.22 MB)

XML (3.21 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/geschiedenis/Tweede Wereldoorlog
non-fictie/politiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Greep naar de macht

(1994)–Bruno De Wever–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vlaams-nationalisme en Nieuwe Orde. Het VNV 1933-1945


Vorige Volgende

4.4 Besluit

Waar voor de oorlog de aanspraak van het vnv op de openbare macht als aanmatigend overkwam, wordt dit anders tijdens de bezetting. Met steun van de bezetter, die een ambtsontheffing oplegde aan wie haar in de weg stond en een vetorecht uitoefende bij de benoeming van nieuwe kandidaten, kon het vnv effectief een machtsgreep uitvoeren binnen 's lands instellingen. Op alle echelons werden vnv'ers aangesteld en benoemd.

Al in de zomer van 1940 kwamen vnv'ers op topposten te staan. De belangrijkste benoeming was die van Victor Leemans tot secretaris-generaal van Economische Zaken. Het was voor de bezetter hoogst belangrijk in de economische sector te kunnen beschikken over vlot meewerkende figuren. Aan het hoofd van een aantal nieuw opgerichte controlediensten kwamen vnv'ers te staan. De kaders van die diensten werden in grote mate opgevuld met vnv'ers en met sympathisanten van de partij. Het bood de vnv-leiding de mogelijkheid veel van haar leden aan werk te helpen. Het vnv kon alleen in de contole-instrumenten van de dirigistische economie binnendringen. In andere sectoren bleef de invloed van de partij onbestaande. De bezetter wenste immers het produktieapparaat niet in gevaar te brengen.

De vnv-machtsgreep had het meeste succes in de lokale besturen. Op provinciaal niveau was de machtsgreep het compleetst. Al in de zomer van 1940 werden vier nieuwe gouverneurs aangesteld van wie twee vnv'ers en twee sympathisanten van het vnv. In de loop van de bezetting werden de gouverneursposten van de vier Vlaamse provincies door vnv'ers bezet. De partij leverde een groot aantal arrondissementscommissarissen en het gros van de bestendig afgevaardigden.

De machtsgreep in de provinciale besturen was een voorwaarde om binnen de formele wettelijkheid vnv'ers te kunnen benoemen in de lokale besturen. Een laatste hinderpaal was de secretaris-generaal voor Binnenlandse Zaken. De aanstelling van Hendrik Elias tot commissaris-burgemeester gebeurde door de bezetter omdat Jean Vossen het been stijf hield. De bezetter reageerde met een ambtsontheffing voor Vossen en al zijn opvolgers die zich verzetten tegen de benoeming van Elias. Onderzware druk en na verwijdering van nog meer dwarsliggers via een ouderdomsverordening, aanvaardde het Comité van de secretarissen-generaal Gerard Romsee als secretaris-generaal voor Binnenlandse Zaken. Romsee was sinds augustus 1940 gouverneur van Limburg. Zijn benoeming maakte deel uit van een compromis. De bezetter wenste Romsee in eerste instantie op Justitie benoemd te zien. Het Belgische establishment vond een vnv'er op Binnenlandse Zaken minder gevaarlijk dan op Justitie. De bezetter van zijn kant wenste een frontale botsing met de Belgische magistratuur uit de weg te gaan. Het compromis heeft voor het vnv verregaande consequenties gehad in twee richtingen. Aan de ene kant kon de partij massaal infiltreren in de lokale besturen. Anderzijds kreeg het vnv niet de minste vat op de magistratuur. Het verzet kon derhalve straffeloos optreden tegen vnv'ers en tegen degenen onder hen die openbare functies bekleedden.

[pagina 447]
[p. 447]

De benoeming van Gerard Romsee nam de laatste hindernis weg voor de massale intrede van vnv-burgemeesters en schepenen. De helft van de Vlaamse gemeenten kreeg een vnv-burgemeester. De machtsgreep van het vnv had zich grotendeels al in 1941 voltrokken. Vooral de ouderdomsverordening die de grens voor de uitoefening van openbare mandaten op zestig jaar terugschroefde, was een middel om de ‘oude garde’ uit te rangeren. Om hen te vervangen door vnv'ers moest Romsee massaal kandidaten van buiten de gemeenteraad benoemen. Ongeschikte kandidaten konden gewipt worden via het Genehmigungsrecht van de bezetter. Lokale vnv-leiders kregen het bevel de lokale bezettende overheid te informeren zodat ze een ‘objectieve en juiste kijk’ kreeg over de politieke verhoudingen. De vnv-leiding gaf i.v.m. benoemingen ook rechtstreeks directieven aan de partijgenoten in overheidsdiensten.

Hoewel de meeste vnv'ers in de lokale overheidsdiensten waren benoemd volgens de formele regels van het Belgische recht, was de benoemingspraktijk een karikatuur van de vooroorlogse geplogenheden. Een klein segment van de samenleving verwierf met hulp van de bezetter een machtspositie. De nieuwe gezagdragers waren overtuigd van de legitimiteit van hun machtsuitoefening. Voor de meeste betrokkenen had zoiets niets vandoen met enige consideratie ten aanzien van de Belgische wettelijkheid, wél met de doordeseming van een totalitair gedachtengoed. De wil om macht uit te oefenen was aan de basis van het vnv zo groot dat de vnv-leiding soms matigend moest optreden. Aan de andere kant waren er ook vnv'ers die zich vanuit hun functie identificeerden met de belangen van de staat en daardoor gekneld geraakten tussen partij en staat. Het was de voorafspiegeling van een breuklijn, typisch voor de feitelijke polycratie van een eenpartijstaat. Sommigen identificeerden zich totaal met andere machtsgroepen in de maarschappij en namen daarbij afstand van de partij.

Als totalitaire partij hechtte het vnv groot belang aan de verwerving van het monopolie op het culturele veld in de breedste zin van het woord. Een toezicht op de cultuurproduktie bood de mogelijkheid voor een permanente legitimering van haar zelfverklaarde rol in de samenleving. Het beoogde een totale Gleichschaltung van het culturele leven. Aangezien het vnv hierin niet werd gesteund door de bezetter kon het zijn ambities maar gedeeltelijk waarmaken. De bezetter wou in de eerste plaats geen ernstig conflict met de Belgische katholieke Kerk. Het ontnam het vnv grotendeels de mogelijkheid de katholieke aanwezigheid in het culturele verenigingsleven en in het onderwijs terug te dringen. Een poging om het Davidsfonds onder controle te krijgen liep op niets uit omdat de bisschoppelijke overheid zich tegen het vnv opstelde.

Het vnv ervoer bovendien dat de bezetter voor de nieuwe of vernieuwde culturele instellingen vaak een beroep deed op niet-vnv'ers. De DeVlag speelde hierbij een belangrijke rol. Deze tot voor de oorlog culturele vereniging kon rekenen op machtige beschermheren. Het vnv heeft geprobeerd de DeVlag te noyauteren, maar ze kreeg geen vat op de leiding ervan. Spoedig zou de DeVlag zich tegen het vnv keren en zich daarbij niet beperken tot het culturele terrein.

Het vnv heeft geprobeerd op het culturele veld invloed te verwerven door gebruik te maken van zijn invloed in de overheidssector. Eind 1941 werden in de vier Vlaamse provincies Provinciale Cultuurdiensten opgericht die later overkoepeld werden door de instelling van een Interprovinciale Cultuurdienst. Het waren vnv-instellingen om de door de DeVlag gedomineerde Cultuurraad de wind uit de zeilen te nemen.

De officiële cultuurpolitiek en de strijd tussen de rivaliserende politieke groepen om de macht over de cultuurpolitiek te verwerven, heeft niet veel invloed gehad op het culturele leven van het werkelijk land. Doordat de bezetter een aansluiting bij de officiële cultuurinstellingen niet verplicht stelde, konden heel wat groepen en initiatieven hun eigenheid bewaren in een weliswaar door de nationaal-socialistische normen verschraald cultuurlandschap.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken