Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Henry en Louize (1794)

Informatie terzijde

Titelpagina van Henry en Louize
Afbeelding van Henry en LouizeToon afbeelding van titelpagina van Henry en Louize

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.43 MB)

ebook (3.39 MB)

XML (0.66 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

briefroman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Henry en Louize

(1794)–Cornelia L. van der Weyde–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Eerste deel


Vorige Volgende
[pagina 45]
[p. 45]

Elfde brief.
Collonel Powhatan aan den Capitein Henry.

[bij den voorigen ingeslooten.]

 

Mijn Heer!

 

Neen niet kwaalijk dat een onbekende uwe vriendschap verzoekt; - geboren in een ander waerelddeel, heeft de lust om menschen te zien mij naar Europa gedreeven; ik zoek overal harten, wier gevoel met dat van het mijne overeenstemt. Zonder u ooit gezien te hebben, mijn Heer! weet ik reeds, door slechts over u te hebben hooren spreeken, dat de natuur onze harten schijnt gevormd te hebben om samen vriendschap aan te gaan. Ik ben een Wilde, maar misschien dat mijne ziel veele Europeäanen, in menschenliefde, zoude overtreffen; immers, Heer Hopman! wij zijn toch op de waereld, om elkander te helpen. De Heer Generaal, die aan eene ziekte kwijnt, bij onze Wilden niet bekend, moedigt mij zeer aan, om u, Heer Capitein! mijne vriendschap aan te bieden; en gij weet dit aanbod is in onze Gewesten altijd oprecht en belangloos; ik weet, mijn Heer! dat gij daarin als een Wilde denkt; ik heb lang ver-

[pagina 46]
[p. 46]

langd om een vriend te hebben, maar heb tot nu toe niemand gevonden voor wien mijn hart klopte, dan tegenwoordig voor u. Zoo gij mijne vriendschap aanneemt, zal ik u daadlijk mijne genegenheid, door het sterkste vertrouwen op u, bewijzen; vervolgens binnen weinig dagen u komen zien; en, zoo ik hoop, nooit die vriendschap breeken. Eene zaak moet ik u, mijn aanstaande vriend! nog vooraf doen weeten: ik bezit de sterkste openhartigheid, zoo dat geen veinzen ooit in mijn hart plaats vond, en daarom moet hij, die mijne vriendschap aanneemt, zich wapenen, om zoo wel mijne bestraffingen te ontvangen, als ik de zijne verwachte, indien een van beide misstappen beging. -

Zie daar, mijn Heer! wat ik u voorstellen wilde; ik verlang zeer na uw antwoord, wel verzekerd dat gij mijn aanzoek niet verachten zult, al kwam het voorstel u al eens onaanneemlijk voor. - Intusschen, op uw antwoord wachtende, noeme ik mij voor altijd

 

Uw vriend

 

powhatan.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken