Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Door arm Vlaanderen (1903)

Informatie terzijde

Titelpagina van Door arm Vlaanderen
Afbeelding van Door arm VlaanderenToon afbeelding van titelpagina van Door arm Vlaanderen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.76 MB)

ebook (4.59 MB)

XML (0.47 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/reportage
non-fictie/geschiedenis/tijdsbeeld(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Door arm Vlaanderen

(1903)–August De Winne–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

VI

Middelerwijl was ook het arrondissement Gent niet rustig gebleven. Een congres der wijkclubs besloot het onmogelijke te doen om op den buiten door te dringen.

Het volgende propagandamiddel werd verzonnen.

Iederen zondag zou men de rijtuigen huren der voormalige ‘Tramcars van Gent’. Deze rijtuigen mnnen 25 tot 30 personen bevatten.

De propagandisten die den tocht wilden medemaken, werden ingeschreven. Een vijftal muzikanten voor ieder rijtuig verbonden zich, mits eene kleine vergoeding, hunne hulp te verleenen aan de onderneming.

Hieraan werden door het Middencomiteit sprekers toegevoegd en een groot aantal dagbladen, een 200tal liedjesboeken, een paar honderd brochuren over de belangen der buitenlieden handelende, werden medegenomen ter verspreiding.

[pagina 313]
[p. 313]


illustratie
visschers te de panne


[pagina 315]
[p. 315]

De gemeenten die moesten bewerkt worden waren soms 3 à 4 uren van Gent verwijderd. Dan vergaderde men om 3 uur 's morgens, op eene afgesprokene plaats, want bij het einde der eerste mis moest men zich reeds aan de kerk bevinden.

Wanneer de geloovigen de kerk verlieten, speelde de muziek volksdeuntjes, tot wanneer de honderde kerkbezoekers rond het rijtuig vereenigd waren. Dan begon het verspreiden der bladen en brochuren, en richtte de spreker het woord tot de buitenlieden.

Tot slot zong een propagandist een werkerslied en het rijtuig rolde weg om in eene andere gemeente, na de mis van 8 ure, hetzelfde te herhalen.

Veel propagandatochten werden aldus ingericht. Een dezer uitstappen, naar Mariakerke en naar Drongen, gemeenten op een paar uren van Gent gelegen, maakte ik mede.

Steeds herdenk ik dien dag met genoegen. Om 4 ½ uur 's morgens waren wij saamgekomen. Onze groep bestond uit 26 mannen, waaronder 5 muzikanten en een spreker; allen stonden onder de bevelen van gezel Vande Veegaete. Vóór de afreis werden de laatste onderrichtingen gegeven: zonder toelating mocht niemand zingen, bladen verkoopen of het rijtuig verlaten. Daarop namen allen plaats in het rijtuig; de drie kloeke paarden legden aan en onder het spelen van een opwekkend aria hadden wij weldra de laatste huizen der stad achter den rug.

Het was heerlijk weder; naast het doel van onzen tocht was het ons ook een genot de heerlijke buitenlucht in den rustigen morgen met volle teugen te kunnen inademen. De paarden draafden goed, en weldra hadden wij het einde der prachtige, lommer-

[pagina 316]
[p. 316]

rijke laan bereikt, en was de dorpstoren in 't zicht. Nu werd de grootste stilte in acht genomen. Het was nog maar 6 ½ uur; de eerste mis eindigde eerst een kwartuurs later. Het rijtuig werd achter een golvend korenveld verborgen, en van afstand tot afstand werden tot aan de kerk mannen geposteerd. Vande Veegaete zelf ging de kerk binnen om te zien hoe ver de mis gevorderd was.

De onderpastoor had juist zijn preek begonnen. Van wacht tot wacht werd aan allen overgemaakt nog een kwartuurs geduld te hebben. Tien minuten later werden de muzikanten verwittigd zich gereed te houden, en werd het voertuig, langs zijwegen, stilaan dichter de kerk gebracht. Wij moesten voorzichtig zijn de aandacht niet te wekken, anders werden de overheden verwittigd en zouden wij moeilijkheden ontmoeten.

Eindelijk groot signaal. De mis eindigt!

In vliegende vaart komt men nu op de kerk afgereden; juist beginnen de eerste geloovigen den tempel te verlaten wanneer het rijtuig op het kerkplein komt.

Rond de kar worden de mannen geplaatst, voorzien van socialistische schriften. Alles duurt slechts enkele oogenblikken. De buitenlieden, vrouwen en mannen, blijven verwonderd staan, denkende hier eene vertooning te mogen verwachten.

Daar schettert, de muziek; de buitenlieden opgewekt door de blijde tonen, lachen en maken allerlei veronderstellingen over hetgeen gebeuren zal. Nog steeds komen geloovigen uit de kerk. Een tweede muziekstuk wordt gespeeld. ‘De spreker!’ klinkt dan het bevel. Een werkman komt vooraan de kar,

[pagina 317]
[p. 317]

richt zich tot de menigte, die minstens 300 personen telt, en met klare, duidelijke stem spreekt hij:

‘Men zal verwonderd zijn werkers en muzikanten voor de kerk geplaatst te zien’, zegt hij, ‘doch het kan anders niet. Gedurig worden de werklieden der stad hatelijk gemaakt bij de buitenlieden; men schildert ze af als verderfelijke lieden, die niet tevreden zijn, socialistische propaganda maken en allerlei kwaad in de wereld willen stichten. Daar men ons geene lokalen, geene herberg of geen grond wil verhuren waar wij het volk zouden kunnen vergaderen om onze verdediging te aanhooren, zijn wij gedwongen met een rijtuig te komen, u met muziek te verzamelen, om u aldus de waarheid te zeggen en u te laten oordeelen.’

Dan spreekt de gezel over de onrechtvaardigheden der wereld, over de boeren en werklieden die slaven, zwoegen en in ellende leven. Hij toont wie van de vruchten van den arbeid geniet en bewijst dat het vermeerderen der rijkdommen, het vergrooten der armoede voor gevolg heeft.

De werklieden van dorp en stad moesten zich zelf beter leeren kennen. Niet van anderen moeten wij ons heil verwachten; de redding ligt in ons zelf, in ons verstand, in onzen krachtigen wil.

De spreker schildert ook de nieuwe maatschappij waar broederliefde en eendracht zullen regeeren, daar de geldmacht zal gebroken zijn door de bescherming van den Staat voor alle werklieden.

Het eerste dat moet verkregen worden is het zuiver Algemeen Stemrecht; het schandelijk kiesstelsel dat 3 en 4 stemmen geeft aan de rijken en welstellenden en ééne enkele stem aan de hulpbehoe

[pagina 318]
[p. 318]

venden, aan hen die alle rijkdommen voortbrengen, moet verdwijnen.

Vervolgens kregen de kasteelheeren, de priesters en al de onderdrukkers hun deel. In het begin was de spreker met verwondering aanhoord geworden; langzamerhand echter had hij de belangstelling gewonnen en nu begon men hem reeds toe te juichen.

De pastoor had intusschen de kerk verlaten met eenige heeren en damen; na eene wijl aandachtig geluisterd te hebben werd hij als radeloos; onrustig liep hij hier en daar zijne verspreide vrienden opzoeken. Gezel Vande Veegaete hield hem in 't oog. De spreker had zijne rede met een opwekkend woord geëindigd. De buitenlieden lachten en gaven hunne goedkeuring te kennen door een hartelijk woord tot de omstanders gericht.

Het scheen wel dat deze manier van propaganda maken in hun smaak viel.

Weer speelde de muziek een deuntje, en daarna begon de verkoop van bladen en brochuren. Eensklaps komt een heer ons bevelen voort te rijden.

Van de Veegaete vraagt:

- Wie zijt gij?

- De burgemeester!

- Och kom, dat is niet waar.

- Hoe niet waar. Wacht maar even!

De heer loopt haastig weg. Intusschen zingt een propagandist met forsche stem een lied, er bijvoegende dat deze schoone liederen in het boekje staan dat aan 10 centiemen zal verkocht worden.

Een aantal dezer boekjes worden aan den man gebracht. Maar nu komt het heerschap terug, ditmaal met een driekleurige sjerp rond de lenden, een

[pagina 319]
[p. 319]

groot blad papier in de hand, gevolgd door den veldwachter.

- In de kar en vooruit! klinkt het bevel.

Zonder den burgemeester of zijn bediende den tijd te laten iets te zeggen, zijn al de propagandisten opgestegen; de drie paarden banen zich gemakkelijk een weg door de opeengepakte menigte en een minuut later draaien wij den hoek om. De gansche omgeving is weer rustig; maar daar bij de arme en verlatene menigte kunnen nu het gevoel van recht, van waardigheid en de hoop op beterschap zich ontwikkelen; het zaad is gestrooid geworden; dat het ontkieme, groeie, en een rijke oogst geve aan het menschdom!

Rond 11 ½ uur waren wij weder in Gent; wij deden onze intrede onder de klanken eener vroolijke muziek, evenals een leger dat na eene schitterende overwinning terugkeert.

Zoo ging het vele zondagen achtereen, altijd met even grooten bijval. Eindelijk namen de gemeentebesturen der dorpen maatregelen om onze propaganda te verhinderen. Een besluit werd overal uitgevaardigd waarbij het zonder voorafgaande toelating verboden werd, met wagens, kramen, tafels of iets dergelijks voor de kerk te staan.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken