Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Van Zuster Beatrijs (1922)

Informatie terzijde

Titelpagina van Van Zuster Beatrijs
Afbeelding van Van Zuster BeatrijsToon afbeelding van titelpagina van Van Zuster Beatrijs

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.50 MB)

XML (0.03 MB)

tekstbestand






Illustrator

Edmond van Offel



Genre

proza

Subgenre

marialegende


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Van Zuster Beatrijs

(1922)–Joseph Witlox–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 14]
[p. 14]

Van den zondenbrief.

In de XIVe eeuw woonde er te Parijs een jongeling, die zich diep ongelukkig voelde; want zijn geweten folterde hem dag en nacht. In de lichtzinnigheid zijner jeugd had hij zware zonden bedreven, welke hij uit valsche schaamte niet durfde biechten. Maar in weerwil van dit gebrek aan christelijken moed, was hij een trouw dienaar van Maria. Tot Haar, die hij van zijn prille jeugd af vurig vereerd had, wendde hij zich met betrouwen opdat Zij voor hem licht en genade zou verwerven van Christus' haren Zoon.

En de beê van den jongeling werd verhoord. Hij schepte moed, en nam 't ernstig besluit, eene goede biecht te spreken.

Daarom ging hij naar de kerk der Cordeliers, en vroeg een biechtvader. Maar toen hij vóór den priester lag neergeknield, begon hij te zuchten en zoo hevig te schreien, dat hij niet instaat was, een woord over de lippen te brengen.

De bejaarde monnik had deernis met den ongelukkige, en zeide:

- Kunt of durft gij niet spreken, mijn zoon, schrijf dan uwe zonden op een blad papier en breng 't mij. Met de hulpe Gods en den bijstand van Maria zult ge mij niet voor de tweede maal zonder troost verlaten.

De jongeling keerde huiswaarts, schreef zijne zonden op een blad papier en bracht het den volgenden dag aan zijn biechtvader.

En wederom kon hij niets dan snikken en weenen......

De priester las wat den jongeling geschreven had, en zei toen, smartelijk getroffen, maar vol liefde en deernis:

- Ik had u gezegd, mij deze lijst te brengen, opdat ik u zou kunnen ondervragen en de biecht vergemakkelijken. Doch, mijn arm kind, ik bezit niet de macht, van deze zonden te absolveeren. Wilt ge mij verlof geven, dan zal ik tot den bisschop gaan, hem deze lijst toonen, en hem ver-

[pagina 15]
[p. 15]

zoeken, mij de noodige macht te schenken. Ik ken u niet en Zijne Hoogwaardigheid kent u nog minder; geen valsche vrees beklemme dus uw hart. Ik zou de lijst niet noodig hebben, maar ouderdom heeft mijn geheugen verzwakt, en vele der omstandigheden, waaronder gij misdreven hebt, zouden mij, naar ik vrees, ontgaan......

De jongeling stemde toe.

- Keer dezen avond terug, mijn zoon, hernam de priester, en bid middelerwijl onze lieve Moeder Maria, dat Zij uw goeden wil ter hulp kome.

En tot laat in den avond bleef de rouwmoedige zondaar in vurig gebed verzonken.

Wat den ouden monnik betreft, deze ging zijn prior verlof vragen om uit te gaan, en richtte toen zijne schreden naar 't paleis van den bisschop.

Deze ontving hem zeer vriendelijk, besprak met den Cordelier een wijle de zaak, en wilde toen inzage van den zondenbrief nemen, om met zekerheid te weten, welke macht hij te verleenen had.

De priester stelde den kerkvoogd het blad papier ter hand.

- Maar, zei de bisschop verbaasd, wat zou ik hier lezen? 't Is een onbeschreven blad.

Groot was de verwondering des priesters; maar van een abuis, van een onwillekeurige verwisseling van den zondenbrief met een ander papier, kon geen sprake zijn.

En toen de Cordelier met aandoening repte van de trouwe en vurige liefde zijns jongen biechtelings tot de Moeder van God, was de prelaat overtuigd, dat Maria hier een wonder werkte. Diep getroffen verleende hij den monnik zeer uitgebreide macht, en zond hem terug naar zijn klooster.

Toen de jongeling dien avond vóór de voeten zijns biechtvaders neerknielde, verhaalde hem deze, wat er gebeurd was.

‘Dat is’, dacht de gelukkige beschermeling van Maria, ‘de vrucht van mijn gebed tot de Toevlucht der zondaren’!

En Maria deed haar werk niet ten halve. Zij verwierf voor den jongeling zooveel genade en moed, dat hij, van noodlottige schaamte bevrijd, zonder behulp van den brief al zijne zonden biechtte.

En de grijze Cordelier wekte hem op tot berouw en volharding; en gebruik makende van de buitengewone macht, hem door zijn bisschop verleend, hief hij zegenend de hand op en sprak met van aandoening trillende stem, iets luider dan gewoonlijk, de verheven woorden der Absolutie..

De jongeling bleef op het goede pad; onuitsprekelijk dankbaar jegens zijn lieve Moeder Maria, eerde en diende hij naar best vermogen zijne machtige en liefderijke Beschermster.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken