Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Alfred's gedragboekje (1913)

Informatie terzijde

Titelpagina van Alfred's gedragboekje
Afbeelding van Alfred's gedragboekjeToon afbeelding van titelpagina van Alfred's gedragboekje

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.48 MB)

Scans (10.35 MB)

ebook (3.08 MB)

XML (0.07 MB)

tekstbestand






Illustrator

Jan Sluijters



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Alfred's gedragboekje

(1913)–Tine van Berken–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

IV.
Wat Freddy met zijn rapport deed.

Het was een week later. Het liep tegen vier uur, de gaslampen brandden.

De heele klas zat in spanning.

Het hoofd van de school, mijnheer Ter Veen, was in de klas, met een stapel dunne, grijsblauwe boekjes, - de rapporten.

Freddy had een kleur, zijn handen gloeiden.

Hoe zou zijn rapport er uitzien?.. Ja, hij had de laatste week zijn best gedaan. Maar de cijfers waren al vastgesteld een paar dagen na den noodlottigen dag op school.

Zijn uitstekend gedrag en zijn vlijt hadden mijnheer Greevers wel weer veel doen vergeven en vergeten; maar Freddy's berouw was te laat gekomen, juist een dag te laat, want die ééne dag had het hem hoofdzakelijk gedaan!

[pagina 24]
[p. 24]

Taalwerk hadden de jongens daarna niet meer gehad, ten minste geen werk waarvoor ze cijfers kregen.

De uitdeeling begon. Er heerschte een plechtige stilte in de klas. De jongens waren allen onder den indruk.

Op de voorste bank zaten louter knappe, die ontvingen dus hun lijstje met plezier.

Hoe verder naar achteren, hoe minder ‘bollen’.

‘Dalmink!’ - daar werd het grijsblauwe boekje voor hem neergelegd. Daar lag het voor hem op het vuilgele tafeltje. Een oogenblik bleef het dicht; hij had bijna niet den moed het te openen.

Toen hij het deed, eindelijk, met een plotselinge beweging, had hij alle cijfers tegelijk gezien.

Dicht ging het boekje weer.

Hij had een één voor taal.

Hij had het gevreesd; den vorigen avond in bed, had hij het zichzelven opgedrongen, dat het niet anders kon, dat hij wel een één moest hebben. Maar in zijn schuldig hart was toch nog wat hoop overgebleven, - je kón niet weten, - misschien was mijnheer wel verteederd door zijn goed gedrag in den laatsten tijd.

[pagina 25]
[p. 25]

In den eersten schrik had hij het rapport weer dichtgedaan, nu maakte hij het open. Och, hij wist het zoo verpletterend zeker, hij behoefde het niet eens meer te zien. Maar hij deed het toch.

De overige cijfers waren beter dan hij verwacht had, zelfs had hij voor vlijt nog een drie behaald. Maar dat kon hem niet troosten.

Wat zou zijn vader wel zeggen van dat taalcijfer, zijn vader, die nu stellig verwachtte een vier te zien.

Freddy zuchtte of hem het hart zou breken.

Dienzelfden morgen nog was hij aan vaders bed geroepen - want mijnheer Dalmink was nog ziek, hij had influenza - en vader had gezegd, vriendelijk, met een opgewekte stem: ‘Hoe is het, mijn jongen, krijg jelui vandaag de rapporten, en zul je me nu vanmiddag eens iets heel moois laten zien?’

Freddy had maar iets gestameld, hij had niets durven zeggen.

Och, dat hij zijn zieken vader nu zoo moest teleurstellen!

De tranen liepen hem over de wangen. Hij droogde ze snel. Hij wou het voor de jongens niet weten.

[pagina 26]
[p. 26]

Mijnheer Ter Veen was weer weg. De jongens gingen met hun werk voort. Ze hadden schoonschrijven. Nog twee regels en dan zouden ze klaar zijn. Dan werden de schriften geborgen, de pennen opgehaald. Dan konden ze zich in de gang gaan kleeden, dan konden ze naar huis gaan - met de rapporten.

Nog maar twee regels, dat was nog maar tien minuten op zijn hoogst. Dan zou het vier uur zijn. Freddy had het wel willen rekken. Hij had nu heel geen verlangen naar huis. Hij verlangde nu niets liever dan maar stil te blijven zitten, altijd, altijd - en nooit naar huis te gaan.

Hoor, daar ging de bel al. Het was tijd om heen te gaan. Jongens, die klaar waren, bergden hun schriften weg, en gingen heen. Freddy bleef zitten met nog een paar anderen.

Hij repte zich niet.

Het lokaal zag er vreemd en ongezellig uit, als het licht aan was. In de hoeken was het toch nog donker, en de dubbele schaduwen op de muren gaven het lokaal iets spookachtigs.

Freddy was klaar. Hij bergde zijn schrift, maar zijn pen was nog nat.

Daar sloeg hij weer dat rapport open.

[pagina 27]
[p. 27]

O, wat stond het daar wanhopig duidelijk, die één!

Opeens, opeens kreeg Freddy een inval. Hij schrikte er zelf van. Hij zag op.

Mijnheer Greevers stond voor de geopende kast met den rug naar hem toe.

Freddy's hart klopte, zijn lippen persten zich samen. Zijn oogen bleven strak op den rug van den meester gericht.

't Rapport lag nog open. Een één was gemakkelijk in een vier te veranderen, - de pen was nog nat, en - de meester keek niet!

Hij ademde snel, de pennenhouder beefde in zijn hand, - mijnheer Greevers schikte een stapeltje boeken terecht.

Straks zou hij klaar zijn, de kast sluiten, en Freddy aanzien.

Dan zou het te laat zijn, dan moest hij naar huis met zijn rapport, met zijn één voor taal...

Nog één schichtige blik op de kast, - daar boog hij zich over het rapport, - één, twee kleine streepjes, - het was gedaan!

Er was weinig inkt meer aan de pen geweest, - de streepjes droogden dadelijk, en hij sloeg het boekje dicht.

[pagina 28]
[p. 28]

Zijn lippen leken verschroeid, zijn hart bonsde zoo, dat hij den arm tegen het lijf moest drukken.

Hij was de eenige jongen in de klas. Met zenuwachtige haast greep hij alles te zamen.

Mijnheer Greevers sloot de kast.

Freddy mompelde iets onverstaanbaars en liep de klas uit.

Toen naar huis. Hij draafde; waarom wist hij zelf niet. Het leek een vlucht.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken