Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzameld dichtwerk. Deel 1. Lyrische poëzie (2007)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzameld dichtwerk. Deel 1. Lyrische poëzie
Afbeelding van Verzameld dichtwerk. Deel 1. Lyrische poëzieToon afbeelding van titelpagina van Verzameld dichtwerk. Deel 1. Lyrische poëzie

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.34 MB)

Scans (10.04 MB)

ebook (4.20 MB)

XML (0.58 MB)

tekstbestand






Editeur

Anne Marie Musschoot



Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzameld dichtwerk. Deel 1. Lyrische poëzie

(2007)–Karel van de Woestijne–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 423]
[p. 423]

[Gij die mijn kommer-ziekte in deemoed tegen-lacht]

 
Gij die mijn kommer-ziekte in deemoed tegen-lacht;
 
gij die mijn vreemdsten waan beveiligt van uw wake;
 
maar wier geloken schaamte ik zuchten weet te slaken
 
uit al de roerslen, heimlijk-diep, van uw geslacht;
 
 
 
- o macht'ge vrouw, die moogt in 't maagdlijk voorhoofd voeren
 
den onvergloorb'ren glans van wie ter dood bemint;
 
maar die ter slaande borst gelijk een pijnlijk kind
 
den drenz'gen twijfel aan mijn min zult blijven voêren;
 
 
 
- gij die 'k aan dit gelaat en dit verlangen bond,
 
o gave maatloos-mild, maar wie de koortsen branden
 
ter heete zuiverheid der oogen en der handen,
 
ten monkel, droog-gezucht, van uwen rooden mond:
 
 
 
ik draag mijn schuld, ik wéet in mij de schuld te dragen
 
gelijk een rijpe vrucht die 't naedrend onweêr beidt;
 
de zeegning zengt mijn lippe om uw verwacht verwijt,
 
- al vind 'k geen liefde-woord voor uwe liefde-vrage.
 
 
 
Ik ken uw rouwen aan het rouwen van mijn hart;
 
de nacht ziet mijne zorge om uwe zorge bleeken;
 
- al blijf 'k u dwingen, kind, uw daeglijksch brood te weeken
 
in de altijd-overvloed'ge beke van den smart.
 
 
 
En mijn gezicht dat, stuursch van onbestraalde steilte,
 
bergt als de rotse een vloed in de onverbreekb're korst,
 
weet dat ook gij uw tranen smoort, - maar ziet uw borst
 
die rustig schijnt, en aêmt in de aldoor-guurdere ijlte...
 
 
 
- En toch: mocht ge éens dit oog tot op de ziel doorspiên,
 
tot op de gronden van zijn weten en zijn wanen:
 
gij zoudt, door 't ras-gerezen licht van uwe tranen,
 
't vergoddelijkte beeld van ùw genade er zien:
 
 
 
mocht ge aan het traag gedein van welige gewaden
 
den breeden harts-klop van mijn rijke min bevroên...
 
- Maar neen: al lang is 't tijd deze oogen toe te doen;
 
en 't strakke kleed is sleetsch tot op de bleeke naden.
 
 
[pagina 424]
[p. 424]
 
Want hoe ik lengen moge en gij mij wacht: wij staan
 
in wrange kennis dat we, in eeuwigheid gescheiden,
 
en hoe 'k u minne 'als gij mij mint, géen van ons beiden
 
de heele liefde van den andre kan verstaan.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken