Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Hare roeping getrouw (1896)

Informatie terzijde

Titelpagina van Hare roeping getrouw
Afbeelding van Hare roeping getrouwToon afbeelding van titelpagina van Hare roeping getrouw

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.48 MB)

ebook (2.97 MB)

XML (0.59 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Hare roeping getrouw

(1896)–Johanna van Woude–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 175]
[p. 175]

XV.

Het geeft niets daaraan te denken en toch denkt men daaraan.
Andersen.

Klingeling - ling - ling! Klingeling!

Gewoonlijk doet de angst zich te verslapen iemand vroeg ontwaken en zoo was ook dit bellen overbodig; Dora Volkertsma lag reeds geruimen tijd wakker. Het deed slechts de anderen opspringen en in een oogwenk was het geheele huis in rep en roer. Er was een aanhoudend gedraaf op de trappen, geroep in de gangen, gepraat boven en beneden.

Moeder had oogen en handen te weinig. Het goed, dat gisteravond nog laat gestreken was en na had moeten drogen, moest zorgvuldig worden ingepakt. Aan een nieuwe japon ontbraken nog eenige steekjes. Een van de jongens werd nog uitgezonden om een pakje haarspelden en Klaartje moest naar den naasten boekwinkel om een spoorboekje. Jan zat, zoo mooi hij kon, een adres voor den koffer te schrijven en vader, die eigenlijk niet wist wat hij zoo vroeg op deed, stond bij den schoorsteen en sloeg de bedrijvigheid gade.

Dora was uit haar humeur. Zij had juffrouw Volkertsma aanwijzingen willen geven omtrent het pakken van het goed en deze had haar zonder eenige kwade bedoeling weggezonden met de geruststellende verzekering, dat zij al meer koffers gepakt had. Dora had daarop met

[pagina 176]
[p. 176]

een ruk de broodmand gekregen en met een slag de messen op de tafel geworpen. Nu stond zij broodjes te smeren en borg ze zeer onzacht in haar reistaschje.

Mijnheer Volkertsma's blik drukte bezorgdheid en smart uit. Zijne verwijtende blikken werkten echter niets uit; integendeel verergerden zij de zaak, want hoewel het zonderling klinkt, het is zeker dat slechtgemutste menschen er behagen in scheppen ten aanzien van anderen hunne kwade luim bot te vieren.

‘Doe nu maar kalm aan op reis, Doortje,’ zeide mijnheer Volkertsma, om door eenige afleiding de bui te doen overdrijven. ‘En stap niet uit, als de trein nog niet geheel stilstaat. Dat je te A. moet overstappen weet je zeker wel?’

‘Och ja, pa, dat weet ik al lang.’

‘Doe je nu bij die mevrouw ook zoo?’

Er kwam geen antwoord en ontevreden op zichzelf en haar, ging mijnheer Volkertsma de kamer uit.

Toch hadden zijne laatste woorden doel getroffen. Zij wist wel dat zij dáár altijd vriendelijk was en dat die booze buien haar alleen tehuis overvielen. Allen waren hier ook zoo vervelend lief; niemand bijna sprak haar ooit tegen of zette haar op hare plaats. Zoo iemand het gedaan had, zou zij het zich ongetwijfeld zeer aangetrokken hebben, maar dat bedacht zij niet.

De bui begon over te drijven, zooals gewoonlijk spoedig het geval was, wanneer men haar met hare vermeende grieven alleen liet, en mijnheer Volkertsma was dan ook nauwelijks weg, of het mooie kopje boog zich en er glinsterde iets aan de zijden wimpers.

‘Moe, ik heb nog eens voor het laatst het ontbijt voor u klaargezet,’ klonk het spoedig daarop, toen juffrouw Volkertsma, vermoeid van het pakken, in de huiskamer trad. ‘Ga nu wat zitten. Ik zal u nog eens heelemaal bedienen. En u moet nu in het geheel niet bedroefd zijn, want ik kom in Augustus terug en blijf dan zes weken lang. Wie zorgt er voor pa's stoel, als ik

[pagina 177]
[p. 177]

weg ben? Jij, Klaar? Denk er aan dat je het kussen goed schudt. Nu, niemand kan het toch zoo goed als ik, hé vadertje?’

Groote eetlust was er niet; alleen de kinderen lieten zich hunne boterhammen goed smaken.

Er werd als gewoonlijk gelezen, hoewel niet uit den bijbel. Nergens kon het boek, dat zooveel schoons bevat, meer gewaardeerd worden dan in deze eenvoudige woning, maar juist omdat men de waarde er van recht wist te schatten, werd al het schoone, verheffende en troostvolle er in niet opgedrongen aan kinderzielen, die niet wisten van dichterlijke schoonheden of stichting en geen behoefte hadden aan troost. De kleine Volkertsma'tjes hadden nog geen gelegenheid woorden te hooren, die voor kinderen òf onverstaanbaar zijn òf ten halve door hen begrepen worden, tot verkeerd nadenken en onderzoek leiden en een geheel andere uitwerking hebben dan de ouders er van verwachten. Daar werd geen blos verwekt door onheilige woorden, omdat zij in een heilig boek staan.

In zijn gebed sprak mijnheer Volkertsma van ‘de lieve huisgenoote’, die een korten tijd bij hen had mogen vertoeven en zoo noode weer afgestaan werd. Toen pinkte juffrouw Volkertsma een traan weg, Dora barstte op hare hartstochtelijke wijze in snikken los en de jongens zagen elkaar aan, twijfelend of zij voor elkander wel durfden, en schreiden toen ook.

‘Moe, vergeet nu maar dat ik zoo dikwijls onaardig was,’ snikte Dora met haar hoofd op moeders schouder.

‘Dag, vader.’ In haar innigen kus lag dezelfde bede.

Niemand antwoordde. Haar mond werd gesloten door hunne lippen, op haar hoofd daalden duizend zegeningen en gebeden.

Maurits kwam en met hem de laatste handdruk. Na eenige nasporingen in japon- en mantelzakjes of de portemonnaie niet vergeten en de sleutels niet boven gebleven waren, groette Dora voor het laatst hare huisgenooten en werd de deur weer achter haar gesloten.

[pagina 178]
[p. 178]

Maurits trachtte eenige afleiding aan hare gedachten te geven door een gesprek te beginnen. Toevallig koos hij een gelukkig begin.

‘Waarom drong je er zoo op aan dat vader thuis zou blijven?’

‘Het is goed dat je er mij aan herinnert,’ antwoordde Dora, haar zakdoek wegstekende. ‘Ik had je nog iets te zeggen.’

‘Biecht dan maar op,’ zeide hij, daar zij een oogenblik zweeg.

‘Het betreft Betsy.’

Hij zweeg op zijne beurt.

‘Als het waar is wat men zegt,’ ging Dora voort, ‘namelijk dat zij met Walter Van Zelheim geëngageerd zal raken....’

‘Och! maar het is niet waar,’ antwoordde hij met saamgetrokken wenkbrauwen en een ongeduldige beweging van het hoofd. ‘Ik zeg je dat het niet waar is, Dora. Betsy Terhorn is geen meisje om zoo iemand tot man te nemen. Ik meen haar vrij wel te kennen.’

‘Maar men kan nooit weten,’ zeide Dora peinzend. ‘Hij is aardig en rijk en.... hij komt er druk aan huis.’

‘Goed, maar ieder weet genoeg wie hij is en dat weet zij ook wel.’

‘Zij, Maurits!’ riep Dora uit. ‘Ik durf zweren dat zij er niet het minste vermoeden van heeft. Zij kent de wereld alleen van den besten kant.’

‘Dwaasheid!’ antwoordde Maurits hoofdschuddend, ‘De meisjes van de negentiende eeuw zijn zoo onnoozel niet.’

Dora's gezichtje teekende toorn.

‘Praat jij ook al zoo?’ zeide zij, met haar donker oog naar hem opziende. ‘Je hebt geen andere reden dat te zeggen, dan dat je vrienden het je voorgezegd hebben.’

Er was zulk een fiere verontwaardiging in hare stem, dat Maurits er door getroffen werd.

‘Het kan zijn dat je gelijk hebt,’ antwoordde hij ernstig.

[pagina 179]
[p. 179]

‘Er wordt door zulke uitdrukkingen zooveel goeds miskend,’ ging Dora zachter voort. ‘Er zijn vrouwen, zóó onschuldig, dat zij ieder onrein woord of onheilig denkbeeld afstooten als de klip de golf. Ik bid je, denk nooit weer wat je zooeven zei. Het moet een man zooveel beter stemmen dat hij in de vrouw gelooft.’

‘Behoort Betsy tot de vrouwen van wie je spreekt?’ vroeg hij.

‘Ja, zij meer dan iemand.’

‘Hoe weet je dat?’

‘O! dat gevoelt men als bij instinct, en iedere vrouw eerbiedigt het en zal het niet wagen voor haar den sluier op te heffen, die bedekt wat zonde is.’

‘Zou je haar niet op de een of andere wijze kunnen waarschuwen?’

‘Wat zou het baten?’ was Dora's wedervraag. ‘Als zij hem liefheeft, zou zij mij toch niet gelooven op de bloote verzekering, dat hij niet goed genoeg voor haar is; en onder woorden kan ik de reden mijner waarschuwing niet brengen.’

‘Weet je er geen woorden voor?’

‘Ja wel,’ antwoordde zij kalm, ‘ik weet vrij wel wat er in de wereld te koop is. Moeder heeft er voor mij nooit doekjes om gewonden, want als men onder vreemden gaat dient men de wereld een weinig te kennen. Ik weet evenwel bij ondervinding dat die kennis niet gelukkiger maakt.’

Zwijgend liepen zij een poos voort.

‘Wat er van de zaak is zal gauw genoeg blijken,’ hernam Dora. ‘Wij hebben elkaar beloofd in alle bijzondere gevallen van ons leven elkaar te schrijven en een engagement is gewichtig genoeg, vindt je niet? Wij zouden onze brieven over jou zenden, omdat onze adressen niet altijd dezelfde blijven. Jou adres weten wij beiden wel en jij de onze. Als je dus dezer dagen van Betsy's hand een briefje krijgt aan mijn adres, weet je dat Walter Van Zelheim en Betsy Terhorn geëngageerd zijn. Ach! wat zijn wij er gauw!’

[pagina 180]
[p. 180]

Maurits Volkertsma wandelde, toen de trein uit he gezicht verdwenen was, langzaam terug, sloeg de bedrijvigheid gade, die overal ontwaakte, las aanplakbiljetten, luisterde naar het geschreeuw der straatventers en verdiepte zich eindelijk op het kantoor in de moeilijkste akten, die hij vinden kon; maar geen oogenblik gelukte het hem de gedachte aan hetgeen Dora hem had medegedeeld uit zijn brein te verdrijven.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken