Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De schoonste gaven der vrouw (1889)

Informatie terzijde

Titelpagina van De schoonste gaven der vrouw
Afbeelding van De schoonste gaven der vrouwToon afbeelding van titelpagina van De schoonste gaven der vrouw

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.27 MB)

ebook (3.25 MB)

XML (0.41 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/lifestyle
non-fictie/filosofie-ethiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De schoonste gaven der vrouw

(1889)–Johanna van Woude–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 208]
[p. 208]


illustratie

Hoofdstuk XXIII.
Damesbrieven.

Het is geen overdrijving, als wij beweren dat in onze dagen een groot gedeelte van ons levensgeluk berust op de pen van onzen naaste.
Simeon Sobersides.

Er is wel eens beweerd dat men, om een vloeienden, pittigen en helderen schrijftrant te leeren kennen, den brievenbesteller maar heeft aan te houden, en hem al de brieven te ontnemen, welker adres door een vrouwenhand geschreven is. Wij vreezen echter dat in dezen tijd van stoom de kunst van correspondeeren, evenals die van converseeren, langzamerhand verdwijnt. Zeker worden er meer brieven geschreven dan ooit te voren, maar zij worden ‘afgeroffeld’, zonder dat de schrijfster zich de moeite geeft er iets lezenswaardigs in te zetten. Wanneer de verschillende leden van een huisgezin door omstandigheden gescheiden zijn, dan kunnen telegrammen of briefkaarten den liefdeband niet versterken, zooals een geregelde briefwisseling dat kan.

[pagina 209]
[p. 209]
 
When first engaged
 
She used to write
 
On monogram paper
 
Of creamy white.
 
 
 
But since we're married -
 
It's rather hard -
 
She says all she wants
 
On a thin post-card.

Waar zijn de ouderwetsche sierlijke, zorgvuldige en bevallige brieven van voorheen? die brieven, welke iets van de persoonlijkheid des schrijvers in zich hadden, en waard waren herlezen te worden, ook nadat de hand, die ze schreef, tot stof was vergaan?

Vele vrouwen hebben de gewoonte een brief eerst te schrijven en dien daarna te overdenken, maar wilden zij deze volgorde omkeeren, dan zou de helft dezer brieven nooit geschreven worden, of ten minste veel beter uitvallen. Sommigen schrijven ook slechts uit behoefte aan bezigheid; zooals de Française, die aan haar man schreef:

 
Je vous écris parce que je n'ai rien à faire;
 
Je finis parce que je n'ai rien à dire.

Een brief, uit pure verveling geschreven, zal waarschijnlijk niet heel onderhoudend zijn; daartoe moeten wij ons in de eerste plaats afvragen wat de persoon, aan wien wij schrijven, het liefst vernemen zal.

Als men een brief ontvangt, verneemt men gaarne eenige nieuwtjes, en geen flauw praatje over hetgeen men zelf bij een vorige gelegenheid heeft gemeld. Is er iets, wat ons meer ontstemt, dan een brief als de volgende: ‘Hoe prettig voor je dat je zuster bij je is. Het was zeker wel een verrassing voor je, toen zij op eens vóór je stond? Je bent zeker wel blij dat de schoonmaakdrukte nu achter den rug is. Je

[pagina 210]
[p. 210]

hebt groot gelijk dat je zoo en zoo gehandeld hebt, en het valt je zeker mee dat,’ - en zoo voort.

Natuurlijk mag men doen weten dat men een en ander vernomen heeft en er instemming mede betuigen, maar hieruit mag nooit de inhoud van een geheelen brief bestaan.

Wie onzer heeft niet wel eens gezucht over een brief, die voor een antwoord op den onzen moest doorgaan, maar geen enkel punt, door ons aangeroerd, beantwoordde, ja, ternauwernood melding maakte van de ontvangst, en met ergerlijke leukheid geen enkel woord repte van de zaak, die ons het naast aan het hart lag. Het zou een ware weldaad zijn voor de vrienden van sommige dames, als zij in hare brieven iets van de kortheid overnamen van zeker jong meisje, dat een huwelijksaanzoek aldus beantwoordde:

 

Den Weledelgeboren Heer A.

Ja.

Marie B.

 

De kunst om in een korten brief alles klaar en duidelijk mede te deelen, wat wij te zeggen hebben, is goud waard. Vooral in zaken zijn slordige brieven onbruikbaar en men vindt er toch maar al te veel, die slecht gesteld en haastig geschreven zijn, vol kladden en doorhalingen.

Toen de briefport nog hooger was, zorgden de menschen ten minste dat hunne brieven de vracht waard waren. Brieven als die van de dames Wolff en Deken, van Eugénie De Guénin en mevrouw De Sévigné werden niet ‘afgeroffeld,’ noch door de schrijfsters als van ondergeschikt belang beschouwd; zij droegen blijk van de meeste zorg.

Uwe beste brieven zijn die, waarin gij op ongedwongen, prettigen toon babbelt over uzelf en uwe betrekkingen. Een bekend dichter onzer dagen verlangde van zijne vrienden,

[pagina 211]
[p. 211]

dat zij hem zouden schrijven wat hen maar het eerst inviel. ‘Wat ge ziet, wat ge hoort, wat ge leest, wat ge bewondert, wat u hindert; nietigheden, dwaasheden, nonsens, ja, vul zelfs een klein hoekje met een vroolijken lach.’

De bekoring, die uitgaat van de brieven der gidsen op dit gebied, schuilt in hun talent om een stuk van zichzelf te geven in hunne brieven. Als onze brieven niet iets van onze eigenaardige persoonlijkheid weergeven, dan zijn zij voor een ander zonder eenige waarde.

Men moet ook niet al te veel over zichzelf uitweiden, maar de jonge dame, die uit Indië een brief schreef, eindigende met het volgend postscriptum: ‘Uit mijne onderteekening ziet gij dat ik getrouwd ben,’ maakte het toch wel wat heel erg.

Dit naschrift leverde overigens een sterk bewijs voor de bewering, dat het zwaartepunt van een vrouwenbrief in het postscriptum ligt.

Een andere dame ging met haar man bij zijn vertrek de weddenschap aan, dat haar eerste brief zonder postscriptum zijn zou. Zij was zeker van de overwinning. De brief was geschreven en onderteekend, maar op het punt hem te verzenden, kon zij de verzoeking niet weerstaan hem weder te openen en er een postscriptum aan toe te voegen: ‘Gij ziet nu dat ik een brief geschreven heb zonder postscriptum,’ waarop zij nog een P.P.S. liet volgen: ‘Wie heeft nu de weddenschap gewonnen - gij of ik?’

Schrijft men naar de ingeving van het hart en naar de stemming van het oogenblik, dan is het moeilijk altijd vroolijke brieven te schrijven; maar het is allesbehalve vriendelijk anderen lastig te vallen met bezwaren en verdrietelijkheden, die mogelijk reeds voorbij zullen zijn, als de brief zijne bestemming bereikt. Laat in uwe brieven steeds een kalme opgewektheid heerschen, en schrijf nooit, als gij in een mismoedige, verdrietige bui zijt.

[pagina 212]
[p. 212]

Een brief onbeantwoord te laten is al even erg als te vergeten een boek of een parapluie terug te zenden, die men geleend heeft. Hoe langer men het uitstelt, des te minder komt men er toe. Hoeveel vriendschapsbetrekkingen zijn verbroken, hoeveel liefdebanden verscheurd, doordat men in zijne gemakzucht het briefschrijven als een last beschouwde en er zich onder allerlei voorwendsels aan onttrok.

Men beantwoordt een brief het gemakkelijkst terstond na de ontvangst; maar dit ziet alleen op gewone brieven. Wij hebben ook wel eens zeer moeilijke epistels op te stellen, en die moeten wij niet verzenden vóór wij er ‘een nachtje op geslapen’ hebben. Brieven zijn als woorden; herroepen kunnen wij ze niet.

Een neef van mij had een brief aan een jonge dame geschreven, waarin hij haar ten huwelijk vroeg. Maar toen hij het gewichtige document in een bus gestoken had, poogde hij het met een stokje weer uit de gleuf te werken. Al zijne moeite was echter vruchteloos en onze rampzalige vriend bleef rondom de brievenbus dwalen, opnieuw gekweld door al de bezwaren tegen den gehuwden staat, welke hij eerst had weggeredeneerd. Gelukkig voor beide partijen wees de dame het verleidelijk aanzoek van de hand.

Dames, denkt na eer gij een brief schrijft, waarin gij een huwelijksaanzoek afwijst of aanneemt! Laat de zon ondergaan niet alleen eer gij toornig spreekt, maar ook eer gij toornig schrijft. Brieven kunnen den beroofde troosten, den zondaar op het rechte pad terugleiden, de vreugde van den gelukkige verhoogen en den zieke verkwikken. O, begrepen de vrouwen toch meer welk een invloed, welk een macht zij kunnen uitoefenen door hare brieven, hoeveel meer zorg zouden zij er aan besteden! Welk een schat is moeder's brief voor den kleinen schooljongen, die zoo naar huis verlangt! Hoe gelukkig is de man en vader met de brieven van vrouw

[pagina 213]
[p. 213]

en dochter, als hij ver van huis moet zwerven! Sommigen onzer bewaren nog een liefelijke herinnering aan den tijd, toen onze minnebrieven waren als ‘een zoet gesprek van ziel tot ziel.’ Wij willen volstrekt niet beslissen, of een meisje al of niet brieven mag wisselen met een man, met wien zij nog niet verloofd is; maar wij willen haar toch ernstig waarschuwen tegen een onbezonnen geheime briefwisseling met iemand, die door hare ouders en goede vrienden met reden gewantrouwd wordt.-

De ‘Maandelijksche Zeemansbrieven’ van mejuffrouw Weston, een Engelsche dame, worden gretig gelezen door al de soldaten der marine en door een groot gedeelte der matrozen op de handelsvloot. De aanleiding tot haar werk is bekend. Zij had een vriendelijk schrijven gericht aan een soldaat aan boord van een transportschip. Deze liet het een matroos lezen, die zeide er alles voor te willen geven om ook zulk een brief te krijgen. De soldaat meldde dit aan mejuffrouw Weston met verzoek ook eens aan zijn vriend te schrijven, en dit bracht haar het eerst op de gedachte, dat zij veel nut zou kunnen stichten door brieven te schrijven aan eenzame schepelingen, die ver van huis rondzwalken.

‘Ik heb het land aan brievenschrijven - ik weet nooit wat ik zeggen moet,’ - is de gewone uitroep van het tegenwoordig geslacht. In niets is de beschaafde vrouw zoozeer te herkennen als in hare brieven. Het schrift moet zoo fraai mogelijk zijn. Schrijft gij slordig, dan zijt ge hoogst onbeleefd, want gij laadt daardoor den schijn op u, alsof gij elk gekrabbel goed genoeg vindt voor hem, aan wien gij schrijft, en het u onverschillig is of hij zich moeite moet geven om het te ontcijferen.

Als een vrouw geen ander postscriptum aan haar brief weet toe te voegen, schrijft zij er wel eens onder: ‘Excuseer mijn haastig schrift en slechte pen.’ Maar met zulk een

[pagina 214]
[p. 214]

onbehoorlijken spoed moest men nooit schrijven en pennen zijn goedkoop genoeg.

Wie heeft niet dikwerf zijne oogen moe getuurd op een brief, waarin een goed vriend ons zijne mededeelingen te raden gaf?

En dan de onderteekening! Waarom daarvan een sierlijke hiëroglief te maken, waarvan niemand den sleutel kan vinden dan de schrijver zelf en eenige ingewijden. ‘Karakteristiek,’ beweert ge? Maar wat bewijst dat gekrabbel dan? Zeker niet dat de schrijver de netheid liefheeft, noch dat hij zich veel om anderen bekommert.

Men moet ronde, duidelijke letters maken, ofschoon het volstrekt niet noodig is zóó groot te schrijven, dat iedere regel maar een paar woorden bevat. Het geeft een gevoel van teleurstelling aan hen, die verlangen het een en ander van u te hooren, als zij zien dat zooveel ‘kostbare ruimte’ aldus vermorst wordt.

Weet gij niet juist hoe een woord geschreven moet worden, gebruik dan een woordenboek, en vermijd alle afkortingen. Schrijf jaartal en datum voluit en gebruik geen platte uitdrukkingen, maar schrijf duidelijke en zuivere Hollandsche taal, en zet uwe bedoeling helder uiteen. Veel menschen geven zich den tijd niet de noodige leesteekens te plaatsen; maar zij vergeten dat de beteekenis van een zin daardoor geheel gewijzigd of verdraaid kan worden.



illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken