Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Borgerliicke Huyshouding (1628)

Informatie terzijde

Titelpagina van Borgerliicke Huyshouding
Afbeelding van Borgerliicke HuyshoudingToon afbeelding van titelpagina van Borgerliicke Huyshouding

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.32 MB)

Scans (24.27 MB)

XML (0.08 MB)

tekstbestand






Genre

drama

Subgenre

blijspel / komedie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Borgerliicke Huyshouding

(1628)–Lucas Zasy–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Tweede Handelingh. Vierde wtkomst.

Vader des Huysghesins.
 
O Godt der Goden all’ eeuwigh Licht, Heer Almachtigh,
 
Ghy die ja met een wenck beweeght de Berghen crachtich:
 
De Zee oppruysschen doet: die oock na dijnen wil
 
Haer pruysschen laet terstont, vlack sijnde ende stil.
[Folio  C1r]
[fol.  C1r]
 
Hoe dickwils hebt ghy my, doch vaderlijck, gheslaghen,
 
Eer ick ghekomen ben tot dese oude daghen!
 
Doch weder opghericht mijn hert, siel, en ghemoet
 
Twelck door de cracht dijns toorns lagh als onder de voet.
 
Wilt my doch wijders, door dijn Barmherticheyt ionnen,
 
Dat werck ’twelck ghy in my soo trouw lijck hebt begonnen,
 
Ende tot noch toe op ghehouden en betracht,
 
Tot uwer eer ten eynd’ volcoom’lick werdt volbracht.
 
’Tis waer, ick hebb’ verdient dickwils van u verstooten
 
Te sijn: wilt my daerom doch nimmermeer ontblooten
 
Van dijn ghenaed’ en gheest, die my mach zijn een licht
 
Daer naer ick mijnen voet recht set, en kind’ren sticht.
 
Wanneer ick was in noot, verdriet, ancxt en beswaren,
 
En ick met een gemoet verslaghen, gingh verklaren
 
V al mijn swaricheyt, en mijns herten secreet
 
(Niet dat ghy die O Heer niet van te vooren weet
 
Maer als een Dienaer slecht, ende der sonden slave
 
My voor uw’ Majesteyt totter aerden begave)
 
Vergaeft ghy niet aleen mijn sonden int gemeen,
 
Maer recht weder om op selfs mijne trage leen.
 
Wanneer ick ben gehoort, en verhoort in mijn klaghen
 
En niet was danckbaer recht, hebt ghy my niet gheslaghen
 
Naer mijn verdiensten, Heer: maer hebt voorby ghesien
 
De swackheyt mijnes vleeschs. O Heer laet het gheschien
 
Alles tot dyner eer, tot Salicheyt en vrede
 
Van my, die ben u Knecht: en van mijn Kind’ren mede:
 
Op dat mijns levens eynt ’tbegin der eeuw’gher vreught
 
Sy: en mijn kind’ren oock voortgaen van deught tot deught.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken