Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Tvoyage van Mher Joos van Ghistele (1998)

Informatie terzijde

Titelpagina van Tvoyage van Mher Joos van Ghistele
Afbeelding van Tvoyage van Mher Joos van GhisteleToon afbeelding van titelpagina van Tvoyage van Mher Joos van Ghistele

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.98 MB)

ebook (5.21 MB)

XML (1.69 MB)

tekstbestand






Editeur

Renaat J.G.A.A. Gaspar



Genre

proza
non-fictie

Subgenre

reisbeschrijving
non-fictie/reportage


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Tvoyage van Mher Joos van Ghistele

(1998)–Ambrosius Zeebout–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 359]
[p. 359]

[Boek VIII De Griekse Archipel en Noord-Afrika]

(VIII, 1) [Van Tripoli via o.m. Cyprus op weg naar Gallipoli; het Gulden Vlies; geschiedenis van de Turken; het hoofd van Cacabo; strijd ter zee]

[D]us te Tripolij commen zijnde, al tvoorseyde verstaen hebbende, lieten hem gheraden ende saten int voorseyde gripkin. Ende seilden van Tripolij lancx der Zee Mediterranea, latende ter rechter hand Tortosa, Lalyssa, tpoort van SoldinGa naar eind1 daer vooren af ghescreven es, ende vele meer andere plecken, te lanc om noumen, insghelijcx tgheel land van Surien, zo dat zij quamen in een poort ende havene, ghenaemt Lajassa,Ga naar eind2 ende mach zijn van Tripolij onttrent twee hondert mijlen, ligghende ooc over de zijde van Surien. Maer eer zij te Lajassa quamen, zo (349v) leden zij een schoon poort ende havene daer eene riviere in valt, de welke comt uuten ghebeerchten van Armenien de Mindre,Ga naar eind3 ghenaemt Alexandretten. Item Lajassa es ghehouden vanden souldaen ende es deerste stede vander zee zijden vanden lande van Armenien de Mindre ende plach eene zeere schoone stede te zijne in tijden voorleden, hoe wel zoe nu al ghedestrueert es, zo meest alle de steden, fortressen ende casteelen zijn onder de dominacie des souldaens. Maer daer staet als noch een redelic schoon doorp, wel bewoont van kerstenen Armenen, die daer van ouden tijden bleven ende ghewortelt zijn onder tribuut, houdende huerlieder wet ende ghelove, hebbende daer een keercxkin in manieren van eenen voutkine daer zij haerlieder diensten in doen. Daer staet ooc als noch een middelbaer casteel van goeder grootten, steerc ghenouch voor eenen loop, maer niet jeghens tsiege, up twelcke de heydenen eeuwelic wake houden, ende als zij eeneghe scepen vernemen daer zij vaer vooren hebben, zo doen zij eenich teecken bijden welcken elc up zijn hoede es, ende dan vlien eeneghe ten berghen waert diesser groote menichten onttrent ligghen, van grooter hooghden ende vul van gheboomten, meer dan teenegher plecken onder den souldaen gheleghen, ende ooc eeneghe ten voorseyden casteele waert, naer dat hemlieden best gheleghen es. Item de zee es daer gheheeten 't Colf van Lajassa naer de voorseyde plecke, ende hoe wel dat zoe daer ende te vele meer andere plecken particuliere namen heeft, dats naer de steden, poorten ende havenen up de boorden der (350r) zelver zee gheleghen, nochtans eist altoos de groote Zee Mediterranea. Van daer scheedende, voort seylende, zo lijdtmen voor een poort ende havene ter rechter hand, ter welcker plecken een schoon doorp leyt, ende daer beghint zomen seit tland van Armenien de Mindre; daer valt ooc inde zee een proper rivierkin, maer en es zo groot niet datter scepen up moghen varen. Item onttrent drie oft vier milen ten lande waert in up tvoorseyde rivierkin leyt een zeer proper stedekin in zeer schoone martse, ghenaemt Adena,Ga naar eind4 gheleghen in Armenien de Minder. Dat voor bij seylende, zo lijdtmen noch een ander poort ende havene, ghenaemt tpoort van Terso, ter welcker plecken ooc inde zee valt eene redelicke riviere, zo groot datmer wel up vaert met cleenen scepen, toot eender steden wat ten lande waert in staende up de voorseyde riviere over de zijde te Turckien waert, ghenaemt ooc Tersen,Ga naar eind5 naer twelke tvoornoemde poort zijnen name heeft. Ende es eene goede stede daermen van allen vindt, ligghende in redelicke goede maertse onder zeere groot ghebeerchte, hoe wel datter wat planuren ligghen. Ter voorseyder plecken was Sente Pauwels gheboren van eenen gheslachte dat daer van Roome commen was, daer af thooft was een persoon, ghenaemt

[pagina 360]
[p. 360]

Quintinus Fabius Sanga,Ga naar eind6 de welke mede hulp wederstaen de mueterie van Luzius Cathelijna, ende es de zelve stede daer af men scrijft inde Scriftuere. Daer neemt hende de dominacie vanden souldaen ende beghint de dominacie vanden Turck. Daer woonen ooc kerstenen Armenij ende alte quade heydenen. Item te lande (350v) waert uppe onttrent vier dachvaerden up de voorseyde riviere over de zijde vanden souldaen heeft de Tuerck doen maken een steerc casteel, ghenouch onwinlic, ghenaemt Calindria,Ga naar eind7 om twelc meest al den heymelicken nijt ghegroeit es tusschen den souldaen ende den zelven Turck, den welcken hem daghelicx openbaert, want tes den sluetel vanden lande van diere zijden. Dese riviere loopt an een groot ende zwaer ghebeerchte, breet ende lanc meneghe dachvaert, in twelc plach te woonen een particulier heere, ghenaemt Le Sezuwart,Ga naar eind8 de welcke inden tijden dat de coninc van Perssen met fortsen wan tgheheel land ende oorlooghde insghelijcx up den souldaen, was inde hulpe vanden zelven coninc ende brac drie oft vier waerften de gheheele wapeninghe des souldaens. De souldaen, meerckende ende siende dat hij up den voorseyden Sezuwart niet ghedoen en conste mids der steercheden des ghebeerchs ende quaden nauwen passaigen, fingierde paeys ende traittiet met hem te willen maken, doende zo verre met schoonen beloften, dat de zelve up saulfconduyt quam in Alkayeren bij hem. Ende metten cortsten, als hij al overcommen was met den voornoemden souldaen ende zoude gaen visiteren den grooten dendart, wart ter stont ghevanghen, zegghende: ‘Al hebt ghij saulfconduyt vanden souldaen, ghij en hebt negheen van my, noch de souldaen en heeft mij nieuwers af gheadverteert’, ende zonder meer woorden deden engauseren, dats hanghen an twee yserin haecken, ghesteken duer tvleeschs (351r) al onder de scouder bladeren, ende also hanghende lieten steerven, twelcke alte quade eene doot es; of de souldaen daer af wiste of niet, dat weet God. Item dese voorseyde Sezuwart hadde eenen jonghen broeder, ghenaemt Anidolij, die also haest als hij te manne commen was, nam de oorloghe up den souldaen, wrake doende over zijnen broeder, mids der hulpen van zekeren Arabianen die met hem anghespannen waren, ende ooc zo seidemen daer al ghemeene, dat de Turck den voorseyden heymelic secours dede, de welke den souldaen zo groote oorloghe maecte dat wonder was en hadde tweewaerf zijn heer up ghesleghen ende hem verlies ghedaen boven den dertich duust mannen, zomen daer secretelic seide, in zulcker wijs dat de gheele armeie ghedeinst was toot bij Antiochen zo vooren gheseit es.Ga naar eind9

eind1
Resp. Tartûs, Latakia, Samandag.
eind2
Iskenderun; zie aant. VI, 2
eind3
Zie aant. I, 2.
eind4
Adana, aan de rivier Seyhan.
eind5
Tarsus, aan de rivier Pamuk; de stad ligt ong. 20 km landinwaarts.
eind6
Een bevreemdende opmerking. De apostel Paulus had wel het Romeinse burgerrecht, maar zegt van zichzelf tot tweemaal toe nadrukkelijk dat hij een geboren jood was (Hand. 21:39 en 22:3). Over Q. Fabius Sanga leest men bij Sallustius, Coniuratio Catilinae, 41, 4.
eind7
Camalan, tegenwoordig geheten Gülek, aan een zijrivier van de Pamuk.
eind8
Zie aant. VI, 96.
eind9
Tvoyage VI, 18.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

auteurs

  • over Joost van Ghistele


plaatsen

  • Jeruzalem

  • Caïro

  • Tabriz

  • Hissarlik

  • Tunis


landen

  • Israël

  • Egypte

  • Cyprus

  • Syrië

  • Turkije

  • Iran

  • India

  • Griekenland

  • Italië

  • Tunesië