Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Tvoyage van Mher Joos van Ghistele (1998)

Informatie terzijde

Titelpagina van Tvoyage van Mher Joos van Ghistele
Afbeelding van Tvoyage van Mher Joos van GhisteleToon afbeelding van titelpagina van Tvoyage van Mher Joos van Ghistele

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.98 MB)

ebook (5.21 MB)

XML (1.69 MB)

tekstbestand






Editeur

Renaat J.G.A.A. Gaspar



Genre

proza
non-fictie

Subgenre

reisbeschrijving
non-fictie/reportage


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Tvoyage van Mher Joos van Ghistele

(1998)–Ambrosius Zeebout–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

(VIII, 5) [Naar Rhodos; Theseus en Ariadne; Troje]

[T]heylant van Rodes mach hebben int ommegaende vier hondert mijlen, ende en heeft maer een poort ende havene voor groote scepen, maer havenen ghenouch om cleen scepen, twelcke den inwoonders wel past om de scepen van oorloghen. De twee meeste beerghen diere in zijn, zijn gheheeten Arcangelo ende Lintigo,Ga naar eind33 ende es redelic vruchtbaer van velen saken; men vindtter vele wijngaerts, fruyts ghenouch, ende alle saken zijn daer redelicken goeden coop. Daer es vele jubiers om vlieghen voor tvelt. Item tusschen den voorseyden heylande ende Turckien en es de zee niet breet boven twee milen, ende over de zijde te Turckien waert hebben de heeren van Rodes een steerc casteel staende, ghenaemt tcasteel Saintpire.Ga naar eind34 Daer zijn honden zomen seit van vremder condicien, de welcke men snachts uute laedt loopen ten velde waert in ende vindense eeneghe Turcken, zo makense rumoer of vermoordense up dat zij connen, ende vindense eeneghe kerstenen die ontloopen zijn oft ooc kerstenen van dien lande, die en mesdoen zij niet, (358r) maer bringhense ten voorseyden casteele waert.Ga naar eind35 Item daer staet ooc eene stede, ghenaemt Rodes, zeer steerc van muren ende torren maer niet zeere groot, ligghende over de zijde des heylands te Turckien waert, hebbende vier poorten, ende leyt wat hanghende in schoone maertsen ghenouch. Heeft ooc een schoon havene, wel bewaert met tween steercken torren, sluutende met eender kethenen tusschen beyden, verscheeden onttrent eene boochschote, waer af den torre ter rechter hand ghenaemt es den torre van Bourgoingnen, ende den anderen ter luchter hand, met der fortificacien ter zee waert in loopende, seytmen de Moele, daer up dat staen twalef of dertien steercke torren, ende up elcken eene wintmolen met zes seylen die de Jenevoisen in tijden voorleden hebben moeten doen maecken in emenden, mids dat zij de voornoemde stede innemen wilden, twelc gheweten wart.Ga naar eind36 Item recht buuter steden staet een cleen cloosterkin van observanten, dat alte schoone eenen bomgaert heeft, vul van allen fruyten ende ligumenen diemen dijncken mach. Item in ouden tijden zo plocht in dit heylant noch eene stede te stane, ghenaemt Philerme,Ga naar eind37 maer es nu al te nieuten, ter welker plecken alnoch een cleen keercxkin staet, daer een beelde es van Marien dat groote mirakel doet. Item men toocht daer ooc int stede een cruuce van eerinwercke ghewrachdt, ghemaect vanden becken daer Onse Lieve Heere zijnen discipulen de voeten in dwouch. Ooc toochtmer eenen dooren vander Croone Ons Heeren, den welcken men seit dat alle Goede Vrydaghe snachts scoone bloedt (358v), dat een schoon mirakel es.

[pagina 367]
[p. 367]

Daer es ooc een vanden penninghen daer Onse Heere mede vercocht was, zoot ooc te Roome es. Item daer wardt inghelijcken ghetoocht inde cappelle vanden grootmeester van Rodes den rechten aerm van Sente Kathelinen, zo zij daer zegghen, ende vele meer andere helichdoms. Item daer es ooc thooft van Sente Philomene. Item een groot stic vanden Heleghen Cruuce, eenen aerm van Sente Blasius. Item eenen aerm van Sente Stevin. Item eenen aerm van Sente Jan Baptisten zo zij zegghen. Item eenen aerm van Sent Jooris. Eenen aerm van Sente Thomaes ende eenen aerm vanden bisscop Leodigare. Item thooft van Sente Eufemie. Thooft des bisscops Policarpij, ende een hooft vanden xim maechden. Item een hand van Sente Claren, een hand van Sente Annen,Ga naar eind38 ende vele meer zoudemen moghen scriven vander gh[eleg]henthede des voorseits heylands ende stede, ooc hoe de zelve bevochten ende bespronghen was vanden Torcken, de welcke mids der gracien Gods ruudelic tharer scanden wedersteken waren, ende hoe de voornoemde stede weder van nieus gherepareert es, twelcke hier al achter ghelaten es omme de corthede, ende ooc mids datmer bescheeds ghenouch hier in dese landen af weet, ghemeerct datmen de gheheele gheleghenthede ende tgheel siege in ghescrifte ende in pourtraturen te coope vindt.Ga naar eind39

eind33
Bedoeld zijn de bergplateau's bij Arkhangelos en Lindos op de oostkust van Rhodos. Zij zijn echter niet de hoogste bergtoppen van het eiland.
eind34
Castellum Sancti Petri.
eind35
Deze slimme honden op Rhodos noemt weliswaar ook Von Breydenbach, 56r, maar Zeebouts directe bron lijkt veeleer te zijn: Aeneas Sylvius, Descriptio Asiae Minoris, cap. 88.
eind36
Ontleend aan Von Breydenbach, 56r. Het betreft wrsch. een gebeurtenis uit de 13e eeuw: tussen 1248 en 1250 was Rhodos in handen van Genuese vrijbuiters. De genoemde torens zijn de St. Nicolaastoren, gebouwd in opdracht van Philips de Schone, en de Torre dei Molini (Enc. It., s.v. Rodi).
eind37
Deze stad noemt ook Von Breydenbach die bovendien meedeelt, dat zij op zes mijlen van de stad Rhodos lag en door de Turken verwoest was (154v sqq.). De kerk van O.L.V. van Phileremos met het wonderbeeld van Maria schijnt ook bij verscheidene andere reizigers uit die tijd ter sprake te komen (Davies, p. XIII en XIV).
eind38
Deze opsomming van de relikwieën op Rhodos is geheel overgenomen uit Von Breydenbach, 33v.
eind39
Het relaas over het beleg van Rhodos in 1480 door de Turken werd te boek gesteld door Guillaume Caoursin, voormalig vice-kanselier der johannieters op Rhodos. Het was in 1480 en 1481 afzonderlijk verschenen, maar Von Breydenbach had het opgenomen in zijn reisverhaal in het hoofdstuk De Rodis urbis obsidione (154v sqq).

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

auteurs

  • over Joost van Ghistele


plaatsen

  • Jeruzalem

  • Caïro

  • Tabriz

  • Hissarlik

  • Tunis


landen

  • Israël

  • Egypte

  • Cyprus

  • Syrië

  • Turkije

  • Iran

  • India

  • Griekenland

  • Italië

  • Tunesië