Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Onder de groene linde. Verhalende liederen uit de mondelinge overlevering. Deel 1. Liederen met magische, religieuze en stichtelijke thematiek (1987)

Informatie terzijde

Titelpagina van Onder de groene linde. Verhalende liederen uit de mondelinge overlevering. Deel 1. Liederen met magische, religieuze en stichtelijke thematiek
Afbeelding van Onder de groene linde. Verhalende liederen uit de mondelinge overlevering. Deel 1. Liederen met magische, religieuze en stichtelijke thematiekToon afbeelding van titelpagina van Onder de groene linde. Verhalende liederen uit de mondelinge overlevering. Deel 1. Liederen met magische, religieuze en stichtelijke thematiek

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.19 MB)

Scans (14.08 MB)

XML (0.54 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Onder de groene linde. Verhalende liederen uit de mondelinge overlevering. Deel 1. Liederen met magische, religieuze en stichtelijke thematiek

(1987)–Marie van Dijk, Ate Doornbosch, Henk Kuijer, Hermine Sterringa–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 115]
[p. 115]

6
Er was een meisje van zestien jaren

Samenvatting

Een meisje [een koopmansdochter] heeft twee vrijers, een schipper en een ‘landmanszoon’ [koopmanszoon]. Ze vraagt haar ouders [haar vader, haar moeder] wie van de twee ze moet kiezen en krijgt het advies de landmanszoon [koopmanszoon] te nemen. Wanneer de schipper dit hoort, vervloekt hij haar: de duivel zal haar komen halen tijdens het bruiloftsfeest [de schipper herinnert haar aan zijn gegeven trouw; het meisje zegt van niets te weten]. Als het bruiloftsfeest in volle gang is, verschijnt de duivel [Groothans]. Hij danst met de bruid en voert haar door het venster naar buiten. Haar armen worden afgesneden, haar tong wordt uitgerukt [haar nek wordt gebroken].

Toelichting

Het lied werd veel gezongen in het noordoostelijke deel van Friesland en in het Groningse Westerkwartier, in welke gebieden wij het merendeel van de noordelijke varianten (groep A) opnamen. In het noorden en oosten van de provincie Groningen was het waarschijnlijk ook bekend; Friese koppelarbeiders zongen het op de Groninger klei. Een afwijkende variant (B) werd genoteerd in Lottum (Lb.); deze vertoont overeenkomst met een tekst in het handschrift van Elizabeth Giezen-Peeters (1841-1920) uit Maasbree. In Schaesberg (Zuid-Limburg) namen wij een Duitstalige variant (C) op, die bij Duitse en Zuidlimburgse mijnwerkers bekend was. De Duitstalige variant (D) die we bij een in Duitsland geboren informante opnamen is niet afgedrukt.

[pagina 116]
[p. 116]

Lied
A. Een meisje van achttien jaren, ja die had er twee bruidegoms

De melodie is beperkt van lengte. In de tweede regel komen enkele grote sprongen voor; de slotcadens valt op de terts. De 6/8 maat wordt in de tweede regel afgewisseld door een 4/8, een 3/8 en nogmaals een 4/8 maat.

Vorm: A [a-a], B [b-c].

Opname 14 augustus 1967



illustratie

1
 
Een meisje van achttien jaren,
 
Ja die had er twee bruidegoms.
2
 
De eerste dat was t'r aine schipper
 
En de tweede was een landsmanszoon.
3
 
Nu moest zij haar ouders gaan vragen
 
Wie of zij daarvan kiezen zou.
4
 
Laot doe d'r dij schipper maor vaoren,
 
Trouw veul laiver ain landsmanszoon.
5
 
De schipper begon d'r te wenen
 
Toen zij afscheid van hem nam.
6
 
De duivel die zal U komen halen
 
Ja al op Uw bruiloftsstond.
[pagina 117]
[p. 117]
7
 
De bruiloft die wierd er gehouden
 
Ja al in haar ouders' huis.
8
 
Daar kwam nu de duivel aanrijden,
 
Hij zet zich bij de bruiloft neer.
9
 
Hij danste twei, dreimoal in het ronde,
 
Hij vloog met haar het venster uit.
10
 
Hij zet haar in hare ouders' tuin neder
 
(Al) met haar ogen vol vuur en vlam.
11
 
Haar armen werden afgesneden
 
En geen tong meer in haar mond.
12
 
Zo gaat het met alle die mooie meisjes
 
(Ja) die een jongeling brengt in schand.

De zangeres, Geertje Suk-de Weerd (1889-1974) te Oude Pekela, werd geboren in Winschoten. Ze stond bekend als een opgeruimde vrouw die veel zong en wie het, alleen of met een vriendin, weinig moeite kostte een gezelschap tot meezingen te bewegen.

Een gesprek met een van haar dochters bracht aan het licht dat ze in haar leven veel zorgen en verdriet heeft gekend. Desondanks zong ze ook thuis veel, alleen of met haar kinderen.

Het is niet duidelijk van wie ze haar liederen leerde. Haar moeder werkte voor haar huwelijk als dienstmeisje, haar vader was zeeman.

Haar repertoire bestond uit liederen die wij in oostelijk Groningen voornamelijk bij land- en veenarbeidersfamilies optekenden.

B. Al van een koopmansdochter, twee vrijers had zij lief

De stapsgewijze melodie, evenals die van voorbeeld A beperkt van lengte, bestaat uit slechts één regel die eenmaal wordt herhaald en eenmaal wordt gevarieerd. De ambitus is klein. Een dergelijke eenvoud, zowel qua melodie als qua vorm, komt niet vaak voor. Het metrum is isometrisch.

Vorm: A [a-a-a′].

[pagina 118]
[p. 118]

Opname 26 februari 1975



illustratie

1
 
Al van een koopmansdochter,
 
Twee vrijers had zij lief.
 
En de een, het was een scheepsman,
 
En den ander 't was ene koopmanszoon.
 
En ze liet er haren vader gaan vragen
 
Welke dat zij er trouwen zou.
2
 
Late gij den scheepman maar varen
 
En trouw den koopmanszoon!
 
En de scheepman was er niet ver vandaan
 
En hij hoorde die reden al aan.
 
En hij liet er zijn puntje wel drijven
 
Tot hij bij de jonge meid al kwam.
3
 
Geef af, geef af mijn trouwtje
 
Dat ik U laatstmaal gaf!
 
En ik weet niet van een trouwtje
 
En ook van een trouw niet af.
 
Het was nog geen drie dagen er na
 
Toen het meisjen haar bruiloft hield.
[pagina 119]
[p. 119]
4
 
Groothans kwam daar getreden
 
En zette zich al bovenaan.
 
Zij boden hem eten en drinken
 
Met die gasten al altegaar.
 
Mij lust geen eten of drinken
 
Maar te dansen al met die bruid.
5
 
En hij pakte ze met zijn lispele handen
 
Dat het bloed haar de nagels uit sprong.
 
En hij danste-n-er mee sa vensteren uit
 
Al in de veldse groene
 
Daar staat een beukenboom.
6
 
Daar heeft hij haar den hals gebroken
 
De tong uit haren hals.
 
Sa jonkmans, jongedochter,
 
Neem hier een exempel aan,
 
Beloof nooit tweemaal trouwe
 
Maar doe den eerste zijn recht.

De zanger, Peter Johannes Mulders (1895-1979) te Lottum, was tuinman. Hij leerde het lied van zijn uit Arcen afkomstige vader.

C. Es waren einmal zwei Knaben, die hatten ein Mädchen so lieb

De melodie verloopt voornamelijk stapsgewijs; het accent ligt op de dominant (d'). De slotcadens valt op de terts. Het metrum is regelmatig in 4/4 maat.

orm: A [a-b], B [c-d], B [c-d].

Opname 1 april 1970



illustratie

[pagina 120]
[p. 120]


illustratie

1
 
Es waren einmal zwei Knaben,
 
Die hatten ein Mädchen so lieb.
 
Der eine war der Schimmbler-wimmbler-wimmbler-wimmbler
 
Perum,
 
Der andre war der Hauptmann sine Jung.
2
 
Da fragte das Mädchen an der Mutter
 
Welche sie sich nehmen soll.
 
Lasse du der arme Schimmbler-wimmbler-wimmbler-wimmbler
 
Perum,
 
Heirate dich der Hautmann sine Jung!
3
 
Als dies der Schimmbler-wimmbler hörte
 
Erdross ihm das so sehr.
 
Der Teufel soll die hukah-hukah-hukah-hukah holen
 
Noch vor ihren Hochzeitstag.
4
 
Da kam der Teufel geritten
 
Auf ein kohlschwarzes Pferd.
 
Er sprach noch dreimal: Schimmbler-wimmbler-wimmbler-wimmbler
 
Perum!
 
Damit sprang er zum Fenster hinaus.

De zanger, Hubert Joseph Wetzels (geb. 1908) te Schaesberg, was voor zijn pensionering personeelschef bij de mijn Oranje Nassau II. De heer Wetzels werd, evenals zijn vader van wie hij het lied leerde, in Schaesberg geboren. Zijn vader leerde het van arbeiders in Duitse mijnen waar hij destijds, voor de eeuwwisseling, werkte; later werd hij mijnopzichter bij de Oranje Nassau II.

[pagina 121]
[p. 121]

Data en plaatsen van opname

A

07 04 1961 Winsum (Gr.)
22 08 1961 Niebert
22 08 1961 Buitenpost
13 05 1963 Midlum
23 09 1963 Zwaagwesteinde
05 03 1964 Veenwoudsterwal
06 06 1964 Brunssum
14 08 1967 Oude Pekela
05 08 1968 Noordhorn
24 09 1968 Noordbergum

B

26 02 1975 Lottum

C

01 03 1970 Schaesberg

D

26 02 1975 Almen

Kaart

Zie de volgende pagina.

Vermeldingen/Literatuur

Erk en Böhme 1963, I, 625-632.

 

Opmerking: In Erk en Böhme (p. 632) wordt verondersteld dat het lied in de zeventiende en wellicht al in de zestiende eeuw in de Nederlanden bekend was, getuige de stemopgave in Gulde-iaers feest-dagen van J.B. Stalpert van der Wiele (Antwerpen 1635, p. 1181): ‘Een meysken had een bootsman lief’ (overigens ook al in Stalperts Extractum catholicum, Leuven 1631, p. 284: ‘Een Meisjen hadd’ een Bootsman lief'). De tekst van het betreffende lied hebben wij niet kunnen achterhalen; strofenbouw en rijmschema van de contrafactuur echter vertonen geen enkele overeenkomst met de ons bekende Nederlandse of Duitse varianten van ‘Er was een meisje van zestien jaren’. De Dorische melodie waarop het lied destijds zou zijn gezongen biedt evenmin houvast.

[pagina 122]
[p. 122]


illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

datums

  • 14 augustus 1967

  • 26 februari 1975

  • 1 april 1970


lied

  • Naar de Nederlandse Liederenbank