Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Amsterdamsche Vreughde-stroom (Tweede deel) (1655)

Informatie terzijde

Titelpagina van Amsterdamsche Vreughde-stroom (Tweede deel)
Afbeelding van Amsterdamsche Vreughde-stroom (Tweede deel)Toon afbeelding van titelpagina van Amsterdamsche Vreughde-stroom (Tweede deel)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.70 MB)

Scans (3.49 MB)

XML (0.24 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Amsterdamsche Vreughde-stroom (Tweede deel)

(1655)–Anoniem Amsterdamsche Vreughde-Stroom, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige
[pagina 247]
[p. 247]

Register.

A.

ACh! Bruygom waerje hier. 13
Als den dach eens quam doordringen. 119
Al-hoewel ramp, op ramp. 128
Aen ’t ruysent beeckje by d’Helle stroomen. 139
Aerdige Trijntje geestigh dier. 141
Ach! ach! Clarinde wat mach, &c. 156
Ach! soete Sus. 167
Al neurende gingh Chelimor. 184
Arsire klaeght met weelige sin. 215
Adieu o pronck der Steden. 242

B.

BEleefde Maaghden kom, en helpme, &c. 67
Bedroefde waert ghy noyt bedrogen. 187
Broeckeloose Broecke-tasters. 200
Bruytje zulle wy strick strackjes. 205
[pagina 248]
[p. 248]

C.

CLorinde wilt de klachten toch aenhooren. 166
Celadons kusjes aen Tirsinne. 183

D.

DE Lever is soo hart, se wil op ’t mes, &c. 29
De Harders op het velt. 35
De kronckelende zwier. 136
Dat ’s gangh ick ga weer heen. 164
Denckt een hoe dat Iaep, etc. 169
De rijckdom is een water-bel. 176

E.

EEns doen de bruyne Wolck-godin. 76
Ey! laet my eens u roo scharlaken. 219
[pagina 249]
[p. 249]

F.

FRis op bedroefde harten. 27

G.

Gezegent zy de Helt. 33
Geluckigh is dees dagh. 68
Godin die my de sinnen ontroert. 109
Ga heen mijn Pio, Lieve Maagd. 171
Gebuertje segh, wat schrijft de krant? 190
Ghy overpuyckje van Amstelsche beelden. 195
Gezegende mijn zege-sangh: 224

H.

HY die de Turcksche halvemanen. 44
Ha! waerde Bruylofts uur. 35
Hier rust dien Held van Galen, die Oranje. 68
Hoe Confrater sittje hier. 69
Het geestigh pronckje vande Jeught. 92
[pagina 250]
[p. 250]
Hey! van daagh ist Vasten-avondt. 96
Harte-bladt// waertste Schat, zieltjes, &c. 128
Helaes Filander waerom vliet. 137
Hey! wat soo, dat mach ick lyen. 164
Hey! wy willen noch niet scheyden. 206
Hey! dat ick nu een Heyden was. 230

I.

IUpijn geen Nectar smaeckt. 27
Ick voelde strack mijn hart van liefde, &c. 29
Ick heb my voor genomen. 31
Ick hoor verheughd de Hemels Reyen. 42
Ick die, met Zee-geweld mijn luck. 58
Ick mach dat gebruy niet lyen. 196

K.

‘K Vernam terstondt een gloet. 26
‘K wou dat ick een Hondtje was. 121
[pagina 251]
[p. 251]

L.

LOop Vryers ten Yze. 71
Lustigh Vylenburger Brackjes. 114
Laetst gincker een Ioncker. 136

M.

MOet ick dan in een Zee, van druck, &c. 65

N.

NA dat Auroraes glans verscheen. 20
Niemandt hoop ick sal ’t sich belgen. 112
Neen, dat sal niet geschien. 133
Nu moet ick eens gaen treden. 234

O.

O Stroom-Godt van den Amster-vliedt. 17
O Gy die ’t werelts-recht. 21
Orpheus, Pan, of Phoebus spel klonck, &c. 28
[pagina 252]
[p. 252]
O trouwen ghy brenght my in ‘t verdriet. 62
O noyt volprese leen. 103

P.

PHilis waer vlucht ghy heen. 60
Praet wat Buurman, komt hier binnen. 226

R.

ROemwaerdige Spruytjes cieraetjes, etc. 107

S.

SOeters kom op ’t yser klappen. 39
Sal dan ’t onweder nimmer bedaren. 49
Sal Celimor alleenigh dan. 78
Sult ghy gestadigh altoos even straf. 99
Stort nu mijn ooghjes teder. 159
Soete zieltjes, Meest’res, etc. 235
[pagina 253]
[p. 253]

T.

TErwijl dat een ander leydt en slaept. 6
’t Cupido die ’t minne-geyl. 116
’t Zangh-godesje dat de Baren. 143
’t Bos vol vreught en lieflick geluyt. 162
Toen ick was een geestelijcke Suster. 213
Toen ick genaeckt o Filis, eerst u lippen. 143
’T za vrolijck quinkeleren. 204

V.

Vrienden wilt geen laken lake. 82
Vergifte Vroowen-plaegh, 83
Vertrout niet datmen hier u armen vast, &c. 111

W.

WAnneer ick eens te bier wil gaen. 37
Witte Duyfje. 51
Wat geeft het schimpen vuyl gespuys. 55
[pagina 254]
[p. 254]
Wat noorde-windt, en bulder buy. 73
Wel maatje lief wat zeit men nuw. 101
Wat ist alsmen is getrout. 123
Wanneer de grijse Winter-godt. 126
Warmte in de koude. 217
Wanneer de koutste tijt vant Iaer. 237
Wanneer de lieffelijke Maey. 245

Z.

ZO zeit men was Vrou Venus toegereet. 48
Za wilt vrolijk quinkeleren. 204
Zyn ’t oogen? dat geloof ick niet. 210

 

FINIS.


Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken