Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het Antwerps liedboek. Deel 2. Commentaar (2004)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het Antwerps liedboek. Deel 2. Commentaar
Afbeelding van Het Antwerps liedboek. Deel 2. CommentaarToon afbeelding van titelpagina van Het Antwerps liedboek. Deel 2. Commentaar

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.01 MB)

Scans (39.50 MB)

ebook (5.88 MB)

XML (1.57 MB)

tekstbestand






Editeurs

Dirk Geirnaert

Louis Peter Grijp

Hermina Joldersma

J.B. Oosterman

Dieuwke E. van der Poel



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het Antwerps liedboek. Deel 2. Commentaar

(2004)–Anoniem Antwerps liedboek–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

31 Dat meysken opter laden lach

Verhalend lied. Een jonge vrouw zoekt een liefdesavontuur, maar ervaart al spoedig dat men van liefde alleen niet kan leven en verlangt terug naar huis.

1,1 opter laden lach: leunde op de vensterbank
1,4 Die op mijn luit speelde
2,2 stout: moedig
2,3 veelken: vedeltje of viooltje
2,4 roode gout: goud (de gewone benaming voor wat thans geel goud genoemd wordt)
2,5 ghi valt mi seer bout!: jij lijkt mij er eentje die wel weet wat ze wil!

[pagina 104]
[p. 104]

3,2 dore: deur
3,4 coemt hiervore: kom voor de deur staan
4,2 van heen: van hier
4,3 heyde: veld
4,4 Tot verdriet van mijn vader en moeder
4,5 lantsknecht: ferme jongen (misschien een soldaat)
6,2 bedelaerssack: bedelzak
6,4 Dan hang ik hem om uw nek
7,4 Covelens op den Rijn: Koblenz aan de Rijn
8,4 Walckenborch: of een gefingeerde plaatsnaam of een ongebruikelijke spelling voor Valkenburg

De goede verstaander begrijpt de verzuchting van het meisje in de eerste strofe direct: een luit kan sterke seksuele connotaties hebben (het instrument werd gretig gebruikt als metafoor voor het vrouwelijk geslachtsdeel), evenals de vedel waarmee de jongeman aan komt zetten (vedelen kon ‘seksueel plezier maken’ betekenen). Ook de reactie van het meisje past in dit patroon: zij wil met hem gaan over die groene heyde (4,3), een in verhalende liederen gebruikelijke plaats voor liefdesontmoetingen (in het Antwerps Liedboek ondermeer: 61:6,4; 71:3,3; 90:4,2).

Het liedje is zeer bekend geweest, vanaf circa 1500 tot in de negentiende eeuw, en van de Lage Landen tot in Zuid-Duitsland en Oostenrijk. Drie elementen van het verhaal zijn in alle versies te vinden: het meisje maakt haar bedoelingen overduidelijk door het woord luytken dubbelzinnig te gebruiken; de knaap antwoordt in dezelfde geest door haar zijn zilveren en gouden veelken te presenteren; het meisje ontdekt tot haar spijt het standsverschil tussen haar en de knaap pas later. Meer in het algemeen komt het motief van het standsverschil vaak voor in liederen over jonge vrouwen die mannen verleiden. In dit lied is zijn positie echter niet helemaal duidelijk. Als men het dure veelken van de knaap concreet (en niet dubbelzinnig) opvat, moet hij een zeker fortuin hebben om zich zo'n kostbaar instrument te kunnen veroorloven. In strofe 6 onthult hij dan een bedelaar te zijn, maar in strofe 8 noemt hij zichzelf een visserszoon. Of spot hij daar alleen met haar: als jij een koopmansdochter bent, dan ben ik zeker een visserzoon!

Het lied kan ook meer psychologisch geïnterpreteerd worden. Dan is het een verhaal over de ontluikende seksualiteit van een jonge vrouw. Zij uit haar seksuele verlangens in de beschermde omgeving van haar ouderlijk huis (ze is nog binnen, maar leunt al uit het raam). De bereidwillige knaap heeft voor zo'n onervaren vrouw inderdaad een uiterst aantrekkelijk vedeltje... Maar wanneer ze uit het huis gegaan is en op die groene heide (dus in de ongecultiveerde wildernis) haar eerste seksuele ervaring heeft opgedaan, is

[pagina 105]
[p. 105]

het nieuwtje eraf en beseft ze ontnuchterd dat een jonge knaap haar bij lange na niet hetzelfde leven bieden kan als haar vader. In een Duitse versie (1550) beweert ze dat geen zeventien vedeltjes haar weer uit haar ouderlijk huis zouden kunnen lokken.

 

Het Antwerps Liedboek is de enige Nederlandse bron waarin Dat meysken opter laden lach voorkomt of genoemd wordt. Voor de melodie is slechts een vierstemmige bewerking beschikbaar uit de Reutterliedlin (Frankfurt, 1535, nr. 12). Componist Sixt. Dieterich heeft zoals in zijn tijd gebruikelijk in de tenor de melodie gelegd, die afgezien van enkele syncoperingen een vrij natuurlijke indruk maakt; deze hebben we dan ook voor de ‘Antwerpse’ tekst gebruikt.

Literatuur: Kalff 1884, p. 437-438; Erk en Böhme 1893-1894, dl. 1, p. 416-418; Van Duyse 1903-1908, dl. 2, p. 1034-1036; Vellekoop en Gerritsen 1972, dl. 2, p. 149-150; Röhrich 1972; Deutsche Volkslieder 1976, dl. 6/2, p. 76-95; Repertorium 2001, t0835; Joldersma en Van der Poel 2005.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken