Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het Antwerps liedboek. Deel 2. Commentaar (2004)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het Antwerps liedboek. Deel 2. Commentaar
Afbeelding van Het Antwerps liedboek. Deel 2. CommentaarToon afbeelding van titelpagina van Het Antwerps liedboek. Deel 2. Commentaar

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.01 MB)

Scans (39.50 MB)

ebook (5.88 MB)

XML (1.57 MB)

tekstbestand






Editeurs

Dirk Geirnaert

Louis Peter Grijp

Hermina Joldersma

J.B. Oosterman

Dieuwke E. van der Poel



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het Antwerps liedboek. Deel 2. Commentaar

(2004)–Anoniem Antwerps liedboek–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

35 Een boerman hadde eenen dommen sin

Kluchtlied. Een boer wil hulde brengen aan zijn heer en vrouwe. Voor hem heeft hij een karrenvracht hout, voor haar een meitak. Hij slaagt erin om het bed te delen met de vrouw en wordt zelfs uitgenodigd nog eens terug te komen.

1,1 eenen dommen sin: een dwaas plan
1,2 Daarmee verschafte hij zich voordeel
1,3 Een boer ging op weg om het meifeest te vieren
1,4 voeder houts: lading hout
1,5 den coelen mey: een frisgroene meitak
2,1 al op den hove tradt: betrad de hofstede
2,2 op hoogher tinnen lach: bevond zich op de hoge toren
2,3 op hoogher salen: in de grote zaal
2,5 Ick gave daerom: Ik zou daarvoor overhebben
3,1 Zo gauw de vrouwe die woorden hoorde
3,2 comen an: bij zich komen
3,4-5 (Een gebruikelijke omschrijving voor de geslachtsgemeenschap)
4,1 Toen hij bevredigd was
4,2 moste van der tinne gaen: moest de toren verlaten
4,3 bestont: begon
4,4 Ik zeg u dat het met de een (de ene vrouw) precies eender is als met de ander
4,5 Mi rout: Ik betreur (het weggeven van)
5,1 De heer keerde terug van de jacht
6,1 schier: vlug
  loeghen: leugen
6,3 een crom hout: een krom stuk hout
6,5 bi den viere: bij het vuur
7,1 gram: boos
7,3 schulde: vergrijp
7,5 Probeer mevrouw gunstig te stemmen
8,3 der sonden: voor de zonde
9,2 Dat eerste: Het eerstgenoemde (namelijk dat hij met een crom hout kwam)

[pagina 110]
[p. 110]

9,3 Ga waarheen je wilt
9,4 moecht: wilt

Het uitgangspunt van dit lied is de stereotiepe verhouding tussen een horige boer en zijn heer. Het betalen van de jaarlijkse pachtsom (vaak in natura, hier de lading hout) wordt gecombineerd met het brengen van een meihulde. Het type van de boer die enigszins onnozel lijkt, maar op slimme wijze de situatie naar zijn hand weet te zetten, komt vaker voor in de middeleeuwse literatuur en blijft ook daarna geliefd.

Door zijn slimheid slaagt de boer erin niet alleen het bed met zijn vrouwe te delen, maar bovendien zijn heer geheel op zijn hand te krijgen en een uitnodiging te bemachtigen om nog eens te komen. Van wie de uitnodiging komt, staat niet met zoveel woorden in de tekst, maar waarschijnlijk is het van de vrouw: zij is degene die de boer vergiffenis moet schenken en zij is van beide echtelieden de enige die de obscene betekenis van crom hout kent.

 

Een boerman hadde eenen dommen sin is al bekend uit het Rostocker liedboek (1478) en enkele andere Duitse en Nederduitse bronnen, maar het lied heeft vooral in de Nederlanden tot de verbeelding gesproken. In 1612 voerde de Amsterdamse rederijkerskamer In liefde bloeiende de Boereklucht van Teeuwis de Boer en met Juffer van Grevelinckhuysen van Samuel Coster op, die op het dan al oude lied gebaseerd is en waarin dit door straatjongens wordt aangeheven. Daarna werd het in verscheidene ‘oude’ Hollandse liedboeken herdrukt, zoals het Haerlemsch oudt liedt-boeck (circa 1630). Het bleef herdrukt worden in liedboeken en -blaadjes uit de achttiende en negentiende eeuw, en het kon in de twintigste eeuw nog uit de volksmond worden opgetekend op Terschelling en in het West-Friese Wognum. Daarnaast komt het thema van de slimme boer die na overspel zijn bezittingen terugkrijgt in allerlei variaties voor in andere liederen en in komische verhalen in verscheidene Europese landen.

In de zestiende eeuw diende Een boerman hadde eenen dommen sin als wijsaanduiding voor enkele geestelijke liederen, onder meer in de Souterliedekens en in het Devoot ende profitelijck boecxken, beide met melodie. Die van Souterliedeken 86 is hier gebruikt. Op dezelfde melodie is het lied van het Vriesken (al 92) gezongen, de man die zijn overspel met de dood moest bekopen.

Literatuur: Van Duyse 1903-1908, dl. 1, p. 212-216; Bax 1935-1936; Brednich 1968; Vellekoop en Gerritsen 1972, dl. 2, p. 24-25 en 151-152; Roth 1977, p. 43; Joldersma 1982, dl. 2, p. 71-72; Komrij 1994, p. 512-514; Herchert 1996, p. 95-96; Repertorium 2001, t1539, m0179; Houtsma 2002a; Winkelman 2003.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken