Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Arabische Alkoran (1641)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Arabische Alkoran
Afbeelding van De Arabische AlkoranToon afbeelding van titelpagina van De Arabische Alkoran

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.18 MB)

ebook (3.35 MB)

XML (0.54 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

religieuze teksten (niet-christelijk)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Arabische Alkoran

(1641)–Anoniem Arabische Alkoran, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

In den name des barmhertigen ende goedigen Godts. XXV. Capittel.

DIt Boeck heeft Godt daerom in ’t Arabisch ghemaeckt, om dat ghy wijs ende verstandigh soudt werden, ende wie hem daer tegen set, ende den Prophete bespotten wil, van dien sal sulcken Boeck genomen werden, ende die aldermachtichste sullen gestortet werden.

De ongeloovige bekennen dat Godt Hemel ende Aerde geschapen heeft, ende dat hy het water laet van den Hemel komen: Item dat hy de onvernuftige dieren geschapen heeft, ende dit alles haer ten besten, maer sy en zijn dit niet weert, om dat sy Godt niet aen en roepen, ende hem daer voor dancken. Sommighe seggen datter onder de Engelen Godts, eenighe van ’t Vrouwen gheslachte zijn, maer men moeste dese lieden vragen, of sy by de scheppinge der Engelen geweest zijn, maer sy seggen haer Voor-vaders zijn van dese meyninghe gheweest: daer om soo sy dese Secten niet en verlaten, ende de Ghebooden die wy haer in desen Boeck voor-draghen, niet en willen volgen, soo willen wy de behoorlicke wrake over haer laten gaen, want wy ordineren het alles na ons believen, den eenen verhooghen wy, den anderen vernederen wy. De gene die ons gehoorsaem zijn, die willen wy hier naer sulcke Huysen in gheven die geheel ende gantsch met Zilver bedeckt zijn, ende daer in de Kameren gantsch gulden Beddens zijn sullen: Daerom neemt de Wet wel in acht die ick u ghegeven hebbe, ende merckt daer op: want daer uyt kondt ghy leeren hoe ghy op den rechten wegh sult wandelen, ende wy en hebben niet bevolen dat men eenige beelden sal aen bidden. Veel menschen hebben Christum den Soone Maria verlaten, die de gelijckenissen uyt leyde, ende sy hebben voor ghewent, dat hy (wel is waer) seer wel-spreekende was, maer sijn Gebooden zijn malkander teghen.

Christus en is niet anders dan een puer louter mensche gheweest, maer wy hebben hem sonderlinge gaven mede gedeelt, ende hem tot een Leeraer der Kinderen Israels gemaeckt, want wy setten alle Koningen ende Richters op aerden. Gaet op de wegen Godts, ende en laet u van den Duyvel niet verleyden, want hy is uwe hooghste en arghste vyant.

Christus heeft gheseyt: siet ick ben by u met mijn wijsheydt, ick wil u verstant richten ende stichten, volght my, ende vreest Godt, want hy is te gelijck mijnen en uwen Heere, ende daer mede heeft hy onder de lieden groote ergernisse aen-

[Folio 135]
[fol. 135]

gericht. De gene die niet en gelooven datter eenen dach des oordeels ofte jongste gerichte komen sal, die sullen daerom groote pijne lijden moeten, ende in die selve ure sullen alle vrienden malkander vyant werden, uyt genomen de gene die God ghevreest hebben: ende op dien dach sal Godt tot de geloovige seggen: En vreest u niet, want na dien ghy mijn gebooden zijt ghehoorsaem gheweest, soo sult ghy met t’samen uwe Wijven het Paradijs besitten, daer het u alles sal toe ghedient werden wat ghy maer en wilt: Maer de goddeloose sullen in de hoochste vertwijffelinge die eeuwige helsche pijne lijden moeten: Sy sullen tegen Godt murren ende grimmen, ende wenschen dat hy haer soude laten sterven, maer den Engel des doodts sal haer antwoorden: het en mach niet zijn, want na dien sy de gebooden Godts veracht hebben, soo moeten sy daerom in alle eeuwigheydt jammerlick ghepijnicht werden.

Wy hebben onsen Boodschapper alle heymelickheden gheopenbaert, ende ick Mahomet ben de eerste onder de gheloovige, ende my en kan gheen dwaesheydt weder varen. Ick gheloove aen Godt den Schepper des Hemels en der Aerden, maer na dien de ongeloovige de ghebooden Godts halstarriger wijse verachten, soo sal Godt oock de handt van haer af trecken, ende hun den verdienden loon harer misdaden vergelden.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken