Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Belgische Illustratie. Jaargang 1 (1868-1869)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 1
Afbeelding van De Belgische Illustratie. Jaargang 1Toon afbeelding van titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (48.45 MB)

Scans (1610.58 MB)

ebook (42.73 MB)

XML (2.89 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Belgische Illustratie. Jaargang 1

(1868-1869)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 400]
[p. 400]

Allerlei.

Middel om een lampenglas voor springen te bewaren.

Het wijdere gedeelte, dat het meest aan de werking der vlam is blootgesteld, wordt van een, twee of drie insnijdingen met een diamant voorzien, van onderen af tot waar het smaller is, op welk punt men de insnijdingen door eene andere, ringvormige verbindt. Door deze eenvoudige behandeling wordt de te spoedige verwarming van het glas belet, dat anders zeer licht, vooral om zijne onregelmatige dikte, springt.

Om onleesbaar schrift

op oude perkamenten of papieren weder goed leesbaar te maken kan het volgende middel dienen. Men stelt 8 of 9 galnoten, in eene kan goeden witten wijn, gedurende drie dagen aan de hitte der zon bloot, daarna bestrijkt men eenige malen met een zacht penseel, in dit mengsel gedoopt, het onleesbaar schrift, dat weldra weder zal te voorschijn komen.

De ananas.

Het is nog niet zeer lang geleden dat deze bij uitstek smakelijke, verfrisschende vrucht, om haar al te hoogen prijs, voor weinigen slechts verkrijgbaar was; thans echter nu de verzending uit de koloniën zoo zeer bespoedigd is en men daarenboven ook in Europa op grootere schaal zich op hare teelt begint toe te leggen, is zij eene vrucht, die men zich in de steden voor een betrekkelijk lagen prijs kan aanschaffen. De ananas is eene groeizame, schoone plant met lange, groene en saprijke bladeren, die zich rondom een krachtigen stam ontwikkelen; deze stam eindigt boven aan in een tros van talrijke, violetkleurige bloemen, waaronder eene menigte beziën zoo dicht tegen elkander gevoegd zijn dat zij slechts eene enkele vrucht schijnen uit te maken. De vrucht heeft den vorm van eenen mastappel, en wanneer zij tot rijpheid is gekomen, meestal eene goudgele kleur; haar vleesch is geel of bleek rozenrood en van een bijzonder aangenamen geur en smaak; zij bezit een overvloedig verfrisschend sap, dat bijzonder heilzaam is tot laving van zieken.



illustratie

Het was don Gonzalvo Fernandez de Orviedo, goeverneur van Sint Domingo, die in 1535 deze vrucht bekend maakte; men gelukte er eindelijk in om ze ook in ons werelddeel te doen rijpen, ofschoon de europeesche bij die uit Indië ver ten achter staat.

Op de Antillen, waar de ananas bijzonder menigvuldig is, vervaardigt men door gisting uit haar sap een zeer aangenamen wijn die, hoewel in Europa minder bekend, met de beste wijnen van dit werelddeel kan wedijveren. Van de lange bladeren dezer plant, welke vooral rijk zijn aan blanke en sterke vezels, wordt gebruik gemaakt om eene fijne stof te vervaardigen, welke door de reizigers zeer gezocht is om hare schoonheid en glans.

Hoe men te Parijs rijk wordt.

Chapellier was een oud soldaat, die niets bezat dan zijne dienstjaren en een bewijs van goed gedrag. Om zich een bestaan te verschaffen trad hij in dienst van een poelier, waar hij het gevogelte moest voederen, en het geluk had zijne betrekking en een klein geheim, dat het zijne was, te verkoopen voor de som van 1000 francs. Met dit geld wilde hij niet alleen door de wereld komen maar zelfs schatrijk worden. Lang had hij gezocht, eer dat hij de bron, waaruit zoo veel schats voor hem moest vloeien, had gevonden, maar eindelijk gelukte hij daarin; zie hier op welke wijze. Eens was hij in het magazijn van een handelaar in vodden, bij de afleveringen der voddenrapers tegenwoordig, en zag daar welk eene menigte van broodkorsten deze hadden aangevoerd, zonder daarvoor ook maar een enkele centime betaling te bekomen. Nu was zijn plan gemaakt; hij ondervroeg de voddenrapers nauwkeurig waar zij dat brood haalden en wat zij er mede deden. Denzelfden dag nog kocht hij eene kar met een ezel, huurde een magazijn, en begon zich met alle koks en keukenmeiden in betrekking te stellen, om van hen den afval van brood te koopen. Deze hadden vroeger dien afval op de straten geworpen en toen nu iemand zich in vollen ernst aanbood om dien te koopen, bedongen zij een niet al te hoogen prijs. Chapellier wist wel wat hij deed; de Parijzenaar toch is verzot op konijnen en hoenders, en deze worden met brood gevoederd om ze vet te maken. Hij deed goede zaken, want na eene maand waren zijne francs verdubbeld, en zijne onderneming meer dan de helft uitgebreid; hij had toen reeds bestendig twee wagens en drie paarden in omloop, om voor hem de broodkorsten van geheel Parijs te verzamelen.

Na eenigen tijd begon hij een handel in geroosterd brood voor broodsoep, met zulk gevolg dat hij weldra om den matigen prijs van bijna alle restauratie's bestellingen ontving. Bij de Barrière St. Jacques richtte hij eene groote fabriek op, uit wier ovens dagelijks het oude brood, bij duizenden ponden, herbakken te voorschijn komt, dat gemalen of gestampt de grondstof uitmaakt van zijne zoo gezochte ‘Croûtes au pot.’

Het is wezenlijk der moeite waard de fabriek van Chapellier, die thans millionair is, te bezichtigen, en een oog te werpen op die bergen van broodkorsten die dagelijks worden aangevoerd en verwerkt; maar heeft men ze eenmaal bezichtigd, dan zal men zich wel wachten in eene restauratie eene ‘soupe au pain’ (broodsoep) te gebruiken

Hoe ver in Engeland

de zucht of liever de hartstocht der tooneelvooretellingen gedreven wordt, konden wij voor eenige dagen in de engelsche dagbladen lezen. Als een bijzonder nieuwtje van den dag zagen wij daar aangegeven, dat door de directie van een schouwburg te Londen, eene zaal was ingericht om gedurende de voorstellingen de moeders van hunne zuigelingen te bevrijden. waardoor aan een dubbel ongemak werd te hulp gekomen. Vooreerst toch konden zekere moeders ongestoord de voorstellingen bijwonen, zonder vrees voor hunne lievelingen, die hen aan den huiselijken haard zouden gekluisterd hebben, en ten andere werden de overige aanschouwers niet door het geschreeuw dier kleinen gehinderd. Tegen betaling van 2 pences werden zij van dat dierbare kleinood verlost, dat goed bezorgd en bewaard werd. Maar zoo als meermalen gebeurt, dat zoodanige, aan concierges vertrouwde, goederen vergeten worden of verloren gaan, zoo ging het ook hier. Reeds zijn een aantal van die kleine dierbaren, door nalatigheid gewis niet van den concierge achtergebleven, zoodat de directie verplicht is om of wèl de wettige eigenaars op te sporen of wèl het gevondene, tot tijd en wijlen dat het wordt opgeëischt, te bewaren. Het schijnt dat het eerste ondoenlijk was, want er is reeds een vondelingshuis opgericht waar die verloren schatten bewaard worden.

Locomotieven in Engeland

Het geheele aantal locomotieven die in het bezit zijn der 12 Spoorweg Maatschappijen in Engeland was op het einde van 1867 volgender wijze verdeeld: op de Groot-Noorderbaan liepen er 486, op de Groot-Wester 842, op de Lancashire en Yorkshirebaan 455, op de Londensche Noordwestelijke baan 1442, op de Zuidwestelijke 259, op de Zuidelijke 252, op de Manchester-Sheffield baan 264, op de Midland'sche 623, op de Noord-oostelijke 851, op de Zuid-oostelijke 344. Hun gezamelijk getal beliep dus 6595 locomotieven; als men nu iedere locomotief gemiddeld op 2500 pond sterling stelt dan beloopt het geheele bedrag der kosten van aankoop de som 16,487,500 pond sterling of 412,187,500 francs.

Aluminium zilver

Te Parijs vervaardigt men in den laatsten tijd eene soort van zilver, dat den naam draagt van tiersargent, en eene compositie is van 1/5 zilver en 2/3 aluminium. Het wordt hoofdzakelijk gebruikt tot het vervaardigen van lepels, vorken, theebladen enz. Deze compositie is harder dan zilver, en men kan er beter in graveeren.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken