Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Belgische Illustratie. Jaargang 3 (1870-1871)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 3
Afbeelding van De Belgische Illustratie. Jaargang 3Toon afbeelding van titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 3

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (38.90 MB)

Scans (1593.18 MB)

ebook (38.82 MB)

XML (2.42 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Belgische Illustratie. Jaargang 3

(1870-1871)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Nummer 49]

Chambord.

Ten Noorden van Blois en Orleans, beiden aan de Loire gelegen, strekt zich eene zandige vlakte uit, waarvan slechts hier en daar de eentonigheid door eenig bouwland, enkele boschjes en wijnbergen wordt weggenomen. Het meest vindt men deze in de nabijheid van genoemde rivier. Wanneer men, Blois verlatende, de vlakte betreedt, komt men weldra aan een uitgestrekt landgoed, een oasis in de woestijn, dat 7500 bunders groot is en geheel door een muur wordt ingesloten. Die muur is niet minder dan 24 mijlen lang. Het landgoed, waarvan een prachtig kasteel het middelpunt uitmaakt, bevat 23 hoeven door 500 menschen bewoond. Het geheel is een dorp, waaraan niets ontbreekt. Het kasteel verraadt den oorsprong des dorps. Even gelijk in de middeleeuwen de menschen zich huizen bouwden rondom de kasteelen der edelen, hebben ook hier nijvere landbouwers zich nedergezet onder de hoede van de machtige heeren van Chambord. Tusschen de huizen bevindt zich eene nederige maar bevallige kerk, en ook een school heeft binnen den miniatuur-Chineeschen muur een plaats gevonden.

De bouwtrant des kasteels geeft duidelijk te kennen dat het gebouwd is in een tijd toen de Renaissance-stijl in Frankrijk nog niet zijn oorspronkelijk karakter had verloren; heeft de italiaansche smaak op Fontainebleau haren stempel gedrukt; Chambord is zuiver fransch en bewaart tot in de kleinste bijzonderheden de traditie der fransche architectuur. In 1526 werden de eerste grondslagen gelegd; in 1544 was het werk voltooid, en de ridderlijke Frans I had een van de wereld afgezonderd verblijf, waar de eenzaamheid hem gelegenheid schonk groote plannen te vormen. Toch werd het niet dikwerf door hem bezocht; hij was een te bewegelijk mensch, hartstochtelijk verzot op feesten, tournooien en vooral op de jacht en kwam slechts op Chambord, als de vermaken hem verzadigd hadden, en hij behoefte gevoelde aan staatkundige mijmeringen.

Het monument zoowel in zijn geheel als in zijne deelen is de bewondering overwaardig. Kenners hebben het om strijd geroemd en verklaard dat het boven hunnen lof verheven is. Het is eene zuivere kopie van de kasteelen uit de tijden van het leenstelsel; het heeft hunne torens, hunne sterke muren, hunne grachten, deze laatsten onder den vorm van vijvers, terwijl de torens en torentjes, spiedgaten, muren, werpgaten, bruggen, enz., slechts eene militaire decoratie zijnde, duidelijk doen zien dat het kasteel eerst na het einde der feodale tijden zijn aanwezen verkregen heeft. Van verre gelijkt het op eene sterkte, en het is niet meer dan een lusthuis.



illustratie
HET KASTEEL VAN CHAMBORD.


Het inwendige beantwoordt volkomen aan het uiterlijke. Het groote portaal van het middengebouw intredende, ziet men twee trappen, die zich om elkander slingeren en naar de groote galerijen, het plate-forme en den klokketoren leiden. Die trappen zijn een wonder van architectuur

[pagina 386]
[p. 386]

en wekken bij den vreemdeling de hoogste verbazing op. Twee personen kunnen, om zoo te spreken, naast elkander naar boven klimmen, met elkaar spreken, maar zonder elkander te ontmoeten. Twaalf andere groote trappen en eene menigte kleinere, in de dikke muren uitgehouwen, geven toegang tot de vertrekken op al de verdiepingen. Het getal der kamers, die van schoorsteenen voorzien zijn, bedraagt 440. Vroeger waren zij met koninklijke pracht gemeubeld en versierd met schilderstukken en beelden van de grootste fransche schilders en beeldhouwers, doch de revolutie heeft al die kostbaarheden vernield, en aan het kasteel Chambord kleeft, behalve zijne architectonische waarde, niets meer dan zijne historische herinneringen.

Nadat het onder Frans I voltooid was, ging diens opvolger Hendrik II voort met het te versieren; hij bezocht dikwerf het kasteel, waarvan elke steen hem aan zijn vader herinnerde. Katharina de Medicis hield zich hier zooals elders veel bezig met de ijdele wetenschap der sterrewichelarij. Ook de volgende koningen toonden voor het prachtige kasteel groote voorliefde; Lodewijk XIV verscheen er met al de pracht, waarmede hij zich zoo gaarne omringde, en deed er Molière zijne voornaamste stukken opvoeren.

Onder de regeering van Lodewijk XV had Chambord twee vreemde meesters, Stanislas Leczinski en Maurits van Saksen. De koning en de koningin van Polen woonden er gedurende acht jaren en stichtten den omtrek door hunne deugden. De nagedachtenis van Stanislas wordt onder de boeren van Chambord nog altijd in zegening gehouden. In 1733 verliet hij het in de hoop den poolschen troon te zullen beklimmen, maar het ongeluk vervolgde hem, en hij moest zich vergenoegen met de hertogdommen Bar en Lorraine.

In 1748 na den slag van Fontenoy werd het kasteel Chambord aan den maarschalk van Saksen gegeven. Deze leefde er geheel als militair. Dagelijks hield hij wapenschouwingen over zijne twee regimenten ulanen, waarvoor paarden uit de Ukraine ontboden werden. Oude wapenmakkers, schrijvers en kunstenaars vormden een soort van hof om den maarschalk, wiens ijdelheid zichtbaar gestreeld werd door de eerbewijzingen, die men hem aanbood. Maurits stierf in 1750; hij was een beroemd krijger maar een man van een zedeloos karakter.

In het begin dezer eeuw kreeg Chambord een nog beroemder krijger tot meester in Napoleon I, die het onder de bescherming van het Legioen van eer plaatste. In 1809 kwam het weder aan de kroon, om eenige maanden later als eene nationale belooning aan Berthier, prins van Wagram, geschonken te worden. Tien jaren later kreeg de weduwe van Berthier van Lodewijk XVIII verlof het te verkoopen; en nu kwam het ten gevolge van eene nationale inschrijving als een geschenk aan den hertog van Bordeaux, in wiens bezit het sedert gebleven is.

Na eene ballingschap van veertig jaren mocht deze eindelijk met zijn geboortegrond ook zijn kasteel wederzien, bij welke gelegenheid hij het manifest heeft uitgevaardigd, dat de laatste dagen wereldbekend gemaakt hebben.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken