Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Belgische Illustratie. Jaargang 9 (1876-1877)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 9
Afbeelding van De Belgische Illustratie. Jaargang 9Toon afbeelding van titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 9

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (33.18 MB)

Scans (1302.41 MB)

ebook (33.42 MB)

XML (3.03 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Belgische Illustratie. Jaargang 9

(1876-1877)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 216]
[p. 216]

Mozaiek.

De zeeslang.



illustratie
de zeeslang.


Zeelieden die veel gereisd hebben hoort men dikwijls spreken over de groote zeeslang, en meer dan eens heeft het bericht, dat zij in deze of gene zee gezien is, de ronde door de dagbladen gedaan, ofschoon men er weinig geloof aan sloeg, vooral doordien ook de geleerden tot de ongeloovigen behoorden. Het is zeker, dat bij deze berichten over de zeeslang veel overdreven is, want evenals de jagers hun latijn hebben, zoo weten ook de zeelieden hun garen te spinnen. De vertelseltjes van zeeslangen, die langer zijn dan eene mijl, die kleine vaartuigen kunnen verslinden, met oogen die bliksemstralen schieten, zijn evenwel fabeltjes. Dit neemt echter niet weg, dat er kleiner zeeslangen bestaan van drie of vier meters lengte. De familie der thantaphidieën, waartoe zij behooren, telt zeven verschillende geslachten en omstreeks twintig soorten, die allen in den Indischen Oceaan en Archipel voorkomen. Deze slangen hebben een platgedrukt lichaam en vlakken geschubden staart; zij houden het midden tusschen eene slang en een egel. Evenals alle slangen hebben zij warm bloed. Haar beet is dikwijls doodelijk, doch het gif verliest zijne kracht als zij eenige dagen buiten het water zijn. Hare kinnebakken en tanden zijn kleiner dan die van de landslangen van dezelfde grootte. Haar kop is naar evenredigheid zeer klein. De vorm van het lichaam verandert naar gelang van het jaargetij, want nu eens is het lang en dun, dan kort en dik.

De zeeslangen, welke tot het geslacht der hydrophis behooren, gelijken het meest op de landslangen en een soort daarvan, de platura, draagt de duidelijkste sporen van den overgang der twee familiën. De vorm van haar lichaam en vooral hare buikvinnen vergemakkelijken zeer het zwemmen, zoodat zij in het water zich met gemak kunnen bewegen. Een afbeelding dezer slangensoort is hier naast weêrgegeven. Zij leven van visschen, schelpdieren en kleine schildpadden. Een bijzonderheid van deze slangen is, dat zij door polypen en zeeleliën bij voorkeur tot woonplaats gekozen worden, zoodat het dikwijls gebeurt, dat zij er geheel meê bedekt zijn, zonder dat dit haar schijnt te hinderen.

De troonzaal van den schah van Perzië.

Het grootste en prachtigste vertrek in het paleis van den schah te Teteran is de troonzaal, waarin zijne ‘goddelijke’ majesteit audientie verleent. Alvorens er te komen, moet men echter een aantal reusachtige trappen opklimmen. Aan de achterzij der zaal bevindt zich de keizerlijke troon, waarop de ‘schaduw Gods’ gezeten is. Vóór den troon ziet men een opmerkenswaardig kunststuk, een globe van twee voet in doorsnede en geheel met verschillende soorten van edelgesteenten bedekt. Deze kostbare aardbol heeft aan de volgende omstandigheid zijn ontstaan te danken: op zekeren dag ontving zijne majesteit eene groote menigte diamanten, robijnen enz.; daar zijn kroon, scepter, degens, kleêren, in een woord alles, wat vatbaar was voor het opnemen dier kostbaarheden, reeds ruim en stijf er van voorzien was, liet hij uit den ontvangen schat eene globe vervaardigen. De zee bestaat geheel uit smaragden en de landen en eilanden der aarde uit edelgesteenten van verschillende kleuren. Frankrijk en Engeland bij voorbeeld schitteren geheel in diamanten, Indië bestaat uit amethisten, Afrika uit robijnen, welke bevallig op den smaragdgroenen oceaan afsteken. Duitschland bestaat uit hemelschblauwe turkozen, en voor Nederland zijn eenige saffieren voldoende. De steden worden door grootere en kleinere paarlen aangeduid. De troon van den schah bestaat insgelijks grootendeels uit kostbare gesteenten; boven den troon schittert eene fonkelende zon van diamanten door fantastische vogelen omringd, wier veêren insgelijks uit kleurige en kostbare gesteenten bestaat. De onmetelijke zaal heeft geene deuren en vensters, maar de openingen bestaan uit voorhangsels van geborduurde wollen stoffen.

Beroemde kastanjeboomen.

De kastanjeboom, oorspronkelijk uit Azië afkomstig, behoort tot de boomsoorten, die in Europa den grootsten omvang verkrijgen. Zoo bevindt zich nabij Faido aan den St.-Gothard-weg in het kanton Tessino een kastanjeboon van 20 voet in doorsnede en 220 voet hoogte. De wereldberoemde kastanjeboom van Centon Cavalli aan den voet van den berg Etna, aldus genoemd naar koningin Johanna van Arragon, die er bij een onweêr met haar gevolg, uit 100 ruiters bestaande, een schuilplaats vond, bestaat tegenwoordig nog slechts uit eene groep van drie stammen, die op zich zelf door ouderdom weder hol zijn geworden. Daar, waar eenmaal het middelpunt van den stam geweest is - de omtrek van den kolossalen boom bedroeg eertijds niet minder dan 180 voet - voert nu een weg door, die door wind en regen steeds in breedte toeneemt. De eveneens beroemde kastanjeboom de la Na[v]e, die iets noordelijker van den eerstgenoemden gelegen is, is nog 18 voet in doorsnede (56½ voet in omtrek), maar nog volkomen gaaf en gezond. In de warme luchtstreek komen de kastanjeboomen in de plaats der naaldboomen, daar men ze op hooge bergen aantreft en 't laatst in de rij der boomsoorten gevonden worden. Zoo slingeren zij breede gordels om de naakte kruinen der spaansche bergketens.

De Hudson-tunnel New-York.

Toen de bekende, voor eenige maanden overleden amerikaansche spoorwegkoning Van der Bilt nog jong was, onderhield hij de gemeenschap van New-York naar New-Jersey door middel van barkschepen; na de toepassing van den stoom op de scheepvaart gebruikte hij stoombooten, die allengs in snelheid, gemakkelijkheid en veiligheid wonnen. Het verkeer te water is echter voor de zich snel uitbreidende wereldstad niet meer voldoende, en tegenwoordig zijn de amerikaansche ingenieurs bezig een spoorwegtunnel onder de Hudson-rivier te leggen, die New-York met de Jersey-city moet verbinden. De geheele lengte van den tunnel zal 3.7 kilometer bedragen, terwijl de kosten op ruim 40 millioen fr. geraamd zijn. De aanleg is aan de beide einden te gelijk begonnen; tot heden heeft de reuzenarbeid geene al te groote moeielijkheden opgeleverd: de witte zandsteen, waaruit de bodem der rivier bestaat, is gemakkelijk te doorboren. De diepte des tunnels onder den bodem der rivier bedraagt 21 meters. De arbeid wordt dag en nacht voortgezet; de wanden worden met tichelsteenen bemetseld en watervrij gemaakt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken