Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL - Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren
DBNL - Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw

meer over deze tekst

Informatie terzijde

Biekorf. Jaargang 2
Toon afbeeldingen van Biekorf. Jaargang 2zoom

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2,06 MB)

ebook (3,79 MB)

XML (0,89 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biekorf. Jaargang 2

(1891)– [tijdschrift] Biekorf–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende


illustratie

Mingelmaren

IN een Brusselsch blad lezen wij het volgende:

‘A 2 heures, un grand concours pou'l'slingere, pou' tous les ketjes du quartier.....’

Ketje of Katje is een lapname, voor Brusselaar, of Brusselaire, zoo 't anderen schrijven.

‘Mardi, tous les spele qui sont pas finis iront vouche.’

Vouche dat is voorts, te Brussel.

‘A 3 heures, à l'Minimestraut, tirage en haut du ballon Basoef.’

‘A 8 heures assemblaage à l'Hallepaut pou'l'tap-toe, qui fera s'wandeling dans tout l'quartier del Marolles. Tous les troumeleers del garde civique in beurgers kleere feront un sortage dehors avec des vetpotten allumés.’

L'Hallepaut, is de Hallepoorte.

Tap-toe is de tijd van den tap toe te draaien, en uit te schee'n van drinken; la retraite, in 't Fransch.

‘A 10 heures grand vierwerk, tiré en bas par Truitje Pétard; mais on connaissons cô pas l'place où ce qu'i's'ra.’

Coeur et cerveau!



illustratie

BIJ ‘de inhaling van eenen nieuwen pastoor komen er nog somwijlen oude gebruiken voor.

Zoo b.v. in Limburg, zal een hoop wilden, door zwertgemaakte, met vel gekleed en met nen boog gewapende lieden verbeeld, den

[pagina 80]
[p. 80]

nieuwen herder tot wijd buiten de parochie gaan afhalen. Soms zijn ze ook met smakken of zweepen gewapend, banen den doortocht en maken een helsch lawijd tot in de kerk toe. 't Is zeker 't heidendom dat den waren Godsdienst ontvangt?

Een zwarte, die volgens de overlevering vast en zeker het heidendom verbeeldt, zal voor de kerkzulle gaan liggen en de pastoor zal hem vertreden, eer hij 't Godshuis binnenstapt.

Gewoonlijk ook nog ligt aan de kerkdeur, in eenen krocht, de duivel verscholen. Hij zal den nieuwen herder niet binnenlaten vooraleer deze de muil met een geldstuk gestopt heeft.

Een kind biedt den heer pastoor een schaapken aan met eene zilveren mák, die als een vlaaienschupken later dienst kan doen.’

(Getrokken uit ‘'t Daghet in den Oosten,’ 1889, 3de afl.)



illustratie

OP den 23sten april van 't jaar 1843 was de zeer eerweerde Heer Jacob De Haene, zaliger, overste van 't kleen seminarie van Haesebrouck in Fransch Vlanderen, te Roomen, bij cardinaal Mezzofante, den vermaarden taalkundige.

‘Uit welk bisdom zijt gij? Vroeg de cardinaal eerst, in 't Fransch.

‘Uit het aartsbisdom van Kamerijk,’ antwoordde ik.

‘Spreekt men daar geen andere talen als de Fransche?

‘Toch wel, uwe Hoogheid: Vlaamsch.’

Van nu voort en sprak de cardinaal niets anders meer als Vlaamsch, rechts als of hij een geboren Vlaming geweest ware, ievers van 't Kortrijksche; en zonder eenen enkelen keer te haperen.

Zelfs gaf zijne Hoogheid mij nog eene lesse toe.

Ik had immers, 'k en weet niet meer op welke vrage, geantwoord:

‘Ellijtje.’

Cardinaal Mezzofante onderbrak mij:

‘Dat woord en versta ik niet,’ zei hij, in mijne oogen kijkende.

‘Inderdaad,’ antwoorde ik, na wat nadenkens: ‘Ellijtje, dat zegt het volk, maar het rechte woord is een weinig.’

‘Ja zoo, een weinig,’ zei de cardinaal, en hij eindigde 't gesprek met ons te laten weten dat hij al zijne talen geleerd hadde als hij, te Bolonja, boekwaarder was van de Hoogeschole en aldaar lesse gaf in de Oostersche spraken.

Uit het werk van den eerweerden Heer J. Lemire, leeraar in 't kleen seminarie tot Haesebrouck: L'Abbé De Haene et la Flandre. Lille, F. Deman, 69, rue Esquermoise, 1891, bl. 162.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Algemene gebruikersvoorwaarden
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken