Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biekorf. Jaargang 19 (1908)

Informatie terzijde

Titelpagina van Biekorf. Jaargang 19
Afbeelding van Biekorf. Jaargang 19Toon afbeelding van titelpagina van Biekorf. Jaargang 19

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.77 MB)

ebook (3.88 MB)

XML (1.98 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biekorf. Jaargang 19

(1908)– [tijdschrift] Biekorf–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 296]
[p. 296]

De ‘Lex Salica’ en onze keuren
(Vervolg van bladz. 249).

TIT. LI: De ligaminibus ingenuorum.

De Lex Salica geeft nogmaals slechts eenige bijzondere gevallen.

K. Yp. Amb. XX: Van de laten te vanghene (uitgebreid).
Wet. Brugge, 1304, l. 5: So wie andren doet houden.
Lex Sal. 1o Si quis hominem... sine causa ligaverit.
Wet. Brugge, 1304, l. 8: So wat poortre... in den steen worde ghedaen, onwettelike ende met onrechte...
Lex Salica, l. 5: Si quis ligatum per superbiam aut per virtutem a gravione tulerit... Cost. Veurne: Die eenighen ghevanghen by faicte ofte eenighe ongheoirloofde middelen hielpe uyt vanghenisse zal verbeuren...

Tit. LI (I): De venationibus.

Col. 1, l. 1. Si quis de diversis venationibus furtum fecerit et celaverit... quia lex de venationibus et piscationibus observare convenit. Cod. 2, 685; Lex Em. quam legem... Cod. 3, 4: qualem legem...

Ongetwijfeld hebben wij hier wederom eene verzending naar bestaande landwetten; waarvan de Lex Salica de bijzonderheden niet vermeldt, uitgenomen l. 2, 3, enz. over den hert: si quis cervum...

Die niets van de oude gebruiken onzer voorouders kent zal misschien verwonderd zijn dat in dit hoofdstuk tezelver tijde spraak is van de jacht en van de visscherij. Doch van de vroegste tijden af tot de late middeleeuwen waren de jacht en de visscherij onafscheidbaar.

De reden daarvan is dat beiden op dezelfde plaats geschiedden, in afgeslotene bosschen, omringd met grachten, beluikingen en hagen. Daar ook lagen de vijvers, met hunne hooge dammen ‘vijverdammen’ in onze landboeken genaamd. Die vijvers spijsde men in tijd van nood, bij middel van sluizen, met het water der omliggende

[pagina 297]
[p. 297]

beken, of loste men, bij middel van buizen, voorzien van eenen tap ‘buizetap’ genaamdGa naar voetnoot(1).

't Was dus eene ingerichte plaats, ontoegangbaar voor iedereen, en waarvoor de landelijke overheid bijzondere wetten had, die de jacht en ook de visscherij aangingen.

Hier stellen onze keuren het oude frankische recht in zijn volle licht: de bijzonderheden zijn talrijk. Onder ander, al het getuig dienende om te visschen of om het wild te vangen komt er te voorschijn, met den gedeeltelijken uitleg der glossen die in Tit. VII ‘de furtis avium’, voorkomen. Men spreekt er van budels, hazenetten, vluwen, wippen, vallen, spoorwaren = (getuig), bollen, enz.

 

Cod. 1; Tit. XXXIII (I): De Sepibus furatis.

K. Cast. Brugge - 1190 - § 20: De palingis.
Cost. Veurne, VIII, 470: Niemandt en vermach te haelen, afbreken... thuynen.
K. Viersc. Scoten, 36: Dat niemen breike noch hale anders tunen.
K. Vryen. Br. Dat niement anders thuunen en breke noch wech doe.
Wet. Zale. Yp. XCV: Van paelen te weeren.
Het woord sepe staat met de beteekenis van paal in den Terrier van Thorhout, bl. 366; 369; 378.

Cod. 1, 3, 4, 5, 6. Tit. XXXVI (I). De vestigio minando.

K. Yp. Amb. Van ghestolen goedt te zouckene.
Wet. Zale. Yp. LXI. Van gestolen goedt te vervolgen.

Tit. XXXVII (I). De furtis caballorum.

Damh. Cris. CXV. Quisquis alicui... furatur equum.

Tit. XXXVIII (I). De Plagiatoribus. 1o Si quis mancipia aliena solicitare uoluerit....; 2o Si servus alienus fuerit plagiatus - furatus - etc.

C. Vryen. Brug. XLVII (Van Wercklieden ende Dienstboden): Dat niemant hem vervoordere eenighe handtwerckers ofte dîenstboden uyt haerlieder werck of dienst te trecken bij vertweefelinghe ofte op belofte...
Lex Emend. XLI (2). Si quis servum alienum plagiaverit id est per circumuentionem de servitio domini sui abstraxerit.
[pagina 298]
[p. 298]

Cod. 7, 8, 9. B.G.H. Tit. LXLVII (I): de eo qui alterum in pucium (puteum) aut in pellagum inpinxerit.

Cod. 2 (2): Si vero eum in puteum aut in aqua miserit...

Cod. 10, 3: Si quis hominem in puteum aut in vipida - hs. Bibl. nat. Paris, vopida - iactaverit...

K. Brug. 1190. De wapeldrinc. Si homo ecclesiae hominem liberum injecerit luto vel terrae...
Wet. Brug. 1304, l. 29: So wat manne die andren wapeldrinct.

LXVIIII (I). De homicidiis in contubernio facto; a contubernio facto; collecto contubernio - in domo sua adsalierit - eum occiderit.

K. Brug. 1190. De inpetitione domus... 24. Si homo occiditur, et ille qui conductum fecit...
K. Proossche, 1511: Van volcke te leedene teenre vergaderinge omme vechten.
K. Brug. 1281, l. 4: Die sal syn achtervolghet dat hie hevet huus gheasseliert...
K. Yp. Amb. So wie yement slaet of steict in zin huus.
K. Viersc. Scot. l. 54. So wie die eene mensce slaet in een huus.
A.K. Yp. Amb. 35: Van yement te slane bin zinen belokene. Van manslachte, - in alle keuren.

Cod. 1, 3, 4, 5, 6. Tit. XLIII (I): De reipus. (Reep, band. Ligamen; lien matrimonial). Er is spraak van het huwelijk der weduwe; om de gewone misbruiken te voorkomen dat de weduwen zonder de toestemming der ouders of naastbestaanden herhuwden, of slechter nog ontvoerd wierden, wierd door de frankische wet vastgesteld dat de bruidegom den reipus, den band, aan de familie, in eene wettelijke vergadering zoude betalen. - Mallum indicant. - III solidos cui reipe debentur etc.... Sol. LXIII reipi debentur exsolvere debet.

De bloedverwanten der weduwe moesten in het huwelijk toestemmen.

Voldeed de bruidegom niet aan de wet hij wierd gestraft.

Nogmaals eene geringe brok uit de huwelijkswetten der Saalfranken.

[pagina 299]
[p. 299]

Gantier verklaart nergens speur van dien Titulum gevonden te hebben.

Wet. Brug. 1304. l. 20: So wie die wedewe ontvoerde... omme huwelic te doene... men soudene bannen hondert jaer... Ende ware dat sake dat hiese ontvoerde... ende bant van huwelike met hare dade, iof in keefsdoemGa naar voetnoot(1) met hare ware. Ende al es dat sake dat die ghoene die de vrouwe ontvoert heeft... sal hebben der vrouwen vrienscepe bejaecht, ende soe comt voor die wet, daerbij ne sal ment niet laten... Ende ware dat sake dat die maghe van der vrouwen niet ne dorsten çlaghen...
In dezelfde Wet. Brug. l. 21 en 22 spreekt men vervolgens over het ontleiden der ‘joncvrouwe ende knapelin.’
Cost. Vryen. CXLVIII. Hoe dat de weduwen het sterfhuys van haerlieder mans vlieden moghen...
Cost. Veurne: V. I, bl. 54. Item.

In alle Vl. keuren handelt men over die stof, en hier en daar breedvoerig.

K. Yp. Amb. bl. 32: van Huwene.
C. Viersc. Scot.: So wie ghehuwet es, ende deen van den tween sterft...
K. Werveke, bl. 25: Van delven brudegoms.
A.K. Yp. Amb. 24: Van te weder zegghene van huwelike.
Item: Van yemens kindt tontleedene. Item 23: Van wijfs tontleedene.
K. Vryen. Brug. XIX. Van vrauwen te vercrachten.

Sommige keuren treden in bijzonderheden wegens de plaats, den tijd, de schikkingen van den bruiloft en zelfs de spijzen die er moeten veroorboord worden.

A.K. Yp. Amb. bl. 4: Van lieden ten bruluchten te leédene. Dat niement lieden ten brulucht leeden zal, het ne zij dat hij den brudecomme of der bruut bestaet rechtzwers of nadere, up de boete van iii lb. p.
K. Werveke, bl. 25. Dat elc laten zal paisibel ende onghemoyet alle brudegoms ende bruden, zonder hemlieden enichen lemmer ongheryf of moenesse te doene al lichame, an husen in enicher manieren... twelke men gheheeten heift te Werveke delven. Ende daer iement de contrarie dade, ende daer eenighe bruut of brudegome of iement van haren weghe bi dreghene, bi duchte of bi vresen yet gheiven moesten, gheld, dranc of spise... ende daer iement eeniche handelijnghe dade ant huus waert delven, slaen of steken up tselve huus zoude ghehouden zijn van huussouke.
[pagina 300]
[p. 300]
K. Hoop. Hazebr. 46. Die bruulocht maect van huwelike ende gheeft wijn te drinckene, hi es sculdich te nemen van elken persoene diere eet ii d. ende gane hi bier hi moeste nemen van elken persoen vi d.
Ende waert dat men yemene verdroughe hi ware in de boete van lxii s. ware hys ghehouden van eetsweeres. Ende waert dat men yemene heesschede, ende hi niet ne gave ende hijs ghehouden ware van eetwers, de boete ware xlii s. uteghedaen twee spelemans sonder meer.
K. Viersc. Scot l. 21: Wie die brulucht houd moet gheven een gherechte van vleessche, van brode, van case ende van biere omme ij s. de scuetle, ende diere meer of name dat ware up x lib. of diet gave up iii lb.

Bij dezen Tit. is het noodig Tit. XIII te brengen als leden van een zelfde hoofdstuk handelende over het huwelijk en alles wat er mede te naasten aan in betrek is. De rapto ingenuorum vel mulierum:

Cod. 6 f. 5. (12) Si vero sponsa aliena tullerit...

(17). Si quis puella sponsata dructe ducente in via adsallierit. - Cod. 7, 8, 9: dructi ducenti ad maritum.

Cod. 10, l. 10: druthe ducente: Lex Emend.: druchte... ducitur. Wij weten dat de bruid geleid wierd naar den bruidegom door de bloedverwanten die in sommige Keuren bepaald worden, als in den aangehaalden tekst der Keuren van het Ypersche Ambacht: rechtzwers of nadere.

Het verlatijnscht frankische woord druthe, dructi, is te brengen bij ons oude drut, dat getrouwe, vriend, bloedverwant beteekent. - Zie Kiliaen drut. In West-Vlaanderen vriend zijn is zoo veel te zeggen als familie zijn.

Het woord ducere is ons: leeden.

Het was ook verboden de bruiden en bruidegoms te hinderen, hen te bedreigen, en alzoo door vreeze hun geld, spijs of drank af te persen: bi dregene, bi duchte, of bi vresen yet gheiven moesten, gheld, dranc of spise.

Verdroughe, beteekent geenszins: exempter, gelijk Hosdey het meent, doch: verdreegen: menacer.

Over de glosse: changichaldo. welke volgens Gantier gangegelde (stropgeld) zoude beteekenen, later.

't Moet zijn dat dit oud misbruik van bruiden of bruide-

[pagina 301]
[p. 301]

goms te hinderen, of de bruiloften te stooren diep in de zeden van het kleinvolk geworteld is; immers in 1672 wierden de wethouders van het Vrye verplicht eene buitengewone ordonnantie uit te geven: jeghens bedelars die hemlieden daghelicks vervoorderden... in alle bruyloften; ende aldaer met groote overwilligheyt hemlieden doende geven eten ende drincken.... ende bovendien de lantslieden qualick toespreken, jae verdreeghen soo wanneer jement hem daerteghen wilt stellen.... (Wetten ende Cost. Brugge, bl. 197).

Tot heden toe op sommige gemeenten ziet men het gebeuren en overal in Vlaanderen is het ‘stroppen’ gekend.

 

Tit. XLIIII (I): De Migrantibus.

A.K. Yp. Amb. bl. 28: Van Yssuers - in alle costumen.

Cod. 4: Si quis in alienam villam migrare uoluerit...

K. Vryen Brug. XXXV: Indien iemand vervremden wilde van sijn Laetscap...
A.K. Yp. Amb. 29. Item zo wie trect ute castelrie...
K. Yp. Amb. C. Zo wie truct van onder enen heere te wonene onder enen anderen.

(3) Lex Salica. Si vero quis migraverit et infra XII menses nullus testatus fuerit, securus sicut et alii uicini maneat.

A.K. Yp. bl. 18: Ghehouden zullen werden tjaer duere huus open ende vierbernende te houdene.
K. Veurne, 267, XV: naer dien zij jaer ende dach zullen Cuerbroeder zijn...

Dus om aanveerd te worden moest men gelijk in de Lex Salica een jaar ter stede woonachtig blijven.

Hier nogmaals zwijgt de Lex Salica over het recht van Yssuwe, te betalen aan 't bestuur der plaats die men verliet, waarover onze Keuren veel bijzonderheden hebben.

K. Vryen Brug.: Van den Rechte van Yssuwe, l. XLI tot L.
K. Veurne: Van Yssuwen onder de Cuere. I 't Recht van Yssuwe: l. I tot XIX.

('t Vervolgt)

J.V.

voetnoot(1)
Terrier van Thorout. 62. Ommelooper: aan den buizetap van den droogenmondvijver.
voetnoot(1)
Adulterium, meretricium. Kiliaen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken