Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biekorf. Jaargang 60 (1959)

Informatie terzijde

Titelpagina van Biekorf. Jaargang 60
Afbeelding van Biekorf. Jaargang 60Toon afbeelding van titelpagina van Biekorf. Jaargang 60

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biekorf. Jaargang 60

(1959)– [tijdschrift] Biekorf–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 418]
[p. 418]

Mengelmaren

O.-L.-Vrouwparochie te Roeselare

Tot in 1865 was Roeselare één parochie. Dan wordt het opeens een drukke en ingewikkelde geschiedenis: in enkele jaren komen - te zamen met een paterskerk (Redemptoristen) - twee nieuwe parochiën tot stand: St.-Amand bij de Oude Keizerstraat en O.-L.-Vrouw in de Spanjewijk over de spoorweg.

Aan deze laatste volksparochie van Roeselare heeft ere-hoofdinspecteur B.H. Dochy een verzorgde en gedocumenteerde brochure gewijd (Geschiedenis van de O.-L.-Vrouw parochie te Roeselare, 64 blz.). Een verdienstelijk stuk hedendaagse geschiedenis waarin het ontstaan van de parochie, de bouw van de kerk, de ontwikkeling van het parochieleven (kermis en processie) en van de volksscholen op de voorgrond staan.

Voor de geschiedenis van de oorlog 1914-18 zijn de bladzijden die de Schuwe Maandag (19 oct. 1914) beschrijven van meer dan louter lokaal belang.

Ook de figuur van de eerste pastoor, Jan-August Clarysse (Meulebeke 1814 - Roeselare 1873), oudheidkundige en architect, overschrijdt de nauwe grenzen van de parochie en krijgt misschien eensdaags een passende biografie.

a.v.

Van 't oud gelove zijn

Strooien kruisen bij begrafenis worden nog hier en daar aan de ingang van de hofstede gelegd, maar alleen nog bij mensen ‘van 't oud gelove’, lijk of da 'men zegt. - Ingooigem.

r.v.

Grootmoeder houdt nog aan vigilies en kwatertemperdagen lijk in heure catechismus, z'is zij van 't oud gelove, zegt ze. - Oostnieuwkerke.

k.b.

Iedereen is nog van 't oud gelove als 't nijpt, zei Cordulaatje als er sprake was van ‘gaan dienen’ en dat het jong volk dat alzo niet meer doet. Mijn dochter 't is al dokteur en geluw kruis dat er aan is, maar al d'achterdeure loopt ze ook naar Sint-Jan als er een van heur kleene van diksessen weet. - Emelgem.

(Sint-Jan [de Doper] = Kachtem. - Diksessen = stuipen.)

m.l.

Konings katte

‘Zij peinst dat Keizer Karels katte heur nichte is’, zeggen ze in 't Poperingse (hiervoor blz. 286). Te Roeselare hoorde ik die spreuk aanvullen als volgt: ‘Hij peinst dat Konings katte zijn nichte is, en hij 'n is nog geen familie van heuren steert’. Zijn er nog dergelijke aanvullingen in gebruik? En waar spreekt men van Konings katte, waar van Keizers katte?

g.p.

[pagina 419]
[p. 419]

De Siskes

In Oost-Vlaanderen is de zaak niet helemaal verdwenen zoals J.V. het meent (Biekorf, 1959 bl. 376). Te Baarle aan de Leie (Drongen) bestaat er nog altijd een bloeiende bond der ‘Xaverianen’. Zo worden ze genoemd in de volksmond, op de preekstoel en in het parochieblad (cfr. ‘De Stem van het Vaderhuis’ voor Drongen, Baarle en Luchteren van 6 december 1959). Alleen op de doodprentjes van de afgestorven leden vindt men de benaming ‘genootschap van de H. Franciscus Xaverius’.

a.s.l.

Kwade Zondag te Kortrijk. 1645

De lijst van ‘De Dagen in Vlaamse Historienamen’ (hiervoor blz. 88) werd tot nu toe aangevuld met de Goede Dinsdag van Gent in 1349 (blz. 356).

Is er op die lijst ook geen plaatsje voor de Kortrijkse Kwade Zondag van 24 september 1645. Op deze dag hebben de ‘Françoisen’ brand gestoken in de buitenwijk Overleie. De inwoners van deze wijk kregen daarbij zodanig de schrik op 't lijf, dat ze met alle geweld door de Leiepoort de binnenstad invluchtten en, in hun gejaagdheid, de zijhekkens van de valbrug omverduwden. Een dertigtal mensen zijn daarbij jammerlijk verdronken.

Daarover heeft Goethals-Vercruysse in zijn Aentekeningen voor de Jaerboeken van Kortrijk, uit de Beschryving van Kortryk (deel I, blz. 175; Hs. in de Stadsbibliotheek te Kortrijk) het volgende genoteerd:

‘Hier door quam zoo grooten schrik en vreese onder het volk, bezonderlyk onder die van Overleye, want men riep dat de Franschen de stad opliepen, dat een ieder met pak en zak vlugteden na de binnen-stad. dragende al wat zy konden, bezonderlyk van Geld en Juweelen. De Leypoorte was te nauwe voor het gedrang van het volk. de hekkens die ter zyde op de brugge waeren sprongen open, en d'een d'ander door de groote benauwdheyd voortdryvende. zyn er dertig menschen onder groot en kleen in de Leye gevallen, geladen met goud, zilver en juweelen, en dus ellendig versmoord, waer door groote droefheyd door de geheele stad was. Alzoo dit geschiede op eenen zondag wierd den verjaerdag langen tyt genoemt den quaden zondag.’

j.d.d.

Een bijdrage van onze goede medewerker J.D.D. over Vliegende Maandag verschijnt in een volgend nummer. In het lijstje hiervoor blz. 88 werd verkeerdelijk de datum 14 september opgegeven; de grote paniek of ‘benauwelijke vlucht’ in de eerste oorlogsweken van 1914 ‘in de Vlaanders’ had plaats op 24 augustus. En 't zijn de lopers van deze vlucht die bezongen worden in de volksliedjes in de verzameling van L. Defraeye. De volgende bijdragen (blz. 137-139, alsook blz. 118-120) hebben aan de echte historische

[pagina 420]
[p. 420]

Vliegende Maandag niet de bijzondere plaats gegeven die hem toekomt als dag van grote holle - en lachwekkende! - paniek.

Of en hoe de benaming overgedragen werd op een lokale paniek gedurende de weken die volgden op 24 augustus (o.m. op de maandag 14 sept.) is een andere vraag, die haar plaats krijgt in de Vraagwinkel. En dan blijft nog de vraag: waar en bij welke personen is de benaming Vliegende Maandag heden nog bekend?

a.v.

De Windmolens in 1959

Te Heule werd op zondag 10 mei 1959 het herstelde zwingelmolentje van Deprez ingehuldigd. Het gemeentebestuur wenst er een museum in te richten van oude vlaswerktuigen. De molen is elke zondag te bezichtigen.

Op zondag 24 mei 1959 werd te Ruiselede de herstelde stellingmolen aan de Kruisstraat (R. Hoste) ingehuldigd. Eén roede werd verdekkerd en de molen zal opnieuw gebruikt worden.

De molen te Westouter is volledig opgebouwd, zonder het binnenwerk, en staat open voor de talrijke toeristen.

Ook de molen van Rumbeke is afgewerkt, zonder maaltuigen echter, daar de bestemming nog onzeker is. Als werktuig is hij ons schoonste stuk.

In augustus 1959 werd de kap hersteld van de torrekotmolen met vliegende gaanderij te Geluveld, langs de baan Ieper-Menen. De molen is zeer erg vervallen.

Op 2 september 1959 is de prachtige driezolder op wal, Roobaertmolen, te Rollegem-Kapelle (Beyls) omgewaaid. De molen, waarvan één roede verdekkerd was, werd reeds een vijftal jaren niet meer gebruikt en stond te koop.

In november jl. verbleef de Spaanse kunstschilder, auteur en verzamelaar Gregorio Prieto gedurende een week te Brugge. Door hem werd te Valdepeiñas een nieuwe windmolen gebouwd. Binnenkort doet hij een der bekende vijf molens del Joncquet te Palma de Mallorca herstellen.

In 1950 richtte hij een vereniging op tot bescherming van de windmolens in Spanje. Zijn doel is alle molens te herstellen en zelfs nieuwe te bouwen. Hoe kan La Mancha beter vereerd worden? Hoe kan Cervantes beter herdacht? ‘Susponiendo que los molinos no hubiesen existido más que en la imaginación de Cervantes, estariamos obligados a construirlos’. Zo schrijft de auteur. Het is zijn droom bij de molen van Valdepeñas een wereld-molenmuseum op te richten waarin hij al zijn verzamelingen zal onderbrengen: etsen, schilderijen en afbeeldingen van alle molentypes, samen met wat hij aan materiële molen-folklore uit alle landen - nu ook uit Vlaanderen - heeft bijeengebracht.

C. Devyt.

[pagina 421]
[p. 421]

Van onze medewerker Mr. C. Devyt verscheen een bondige beschrijving van het tegenwoordige molenbezit van West-Vlaanderen met een kijk op de geschiedenis, de bloei en de teleurgang van onze windmolens. Deze geïllustreerde studie (in tijdschrift West-Vlaanderen VIII, 1959, blz. 343-345) is een beste inleiding tot een ‘Westvlaams Molenboek’, dat aan velen de onvervangbare ‘landschappelijke’ waarde van onze windmolens zou openbaren. En de geesten zou winnen voor doeltreffender molenschut.

b.

Nieuwjaarwensch
Van Jan de Vinkevanger

 
Mogt het Nieuwe-jaer U wezen
 
Meer gelukkig als voor dezen,
 
En mogt men hebben een' goeden Vré,
 
'K zoude zeggen: geluk daer mé;
 
Want voorwaer het gaet, hoe langer
 
Hoe slegter voor Jan de Vinkevanger.

Deze nieuwjaarwens staat gedrukt op de keerzijde van een speelkaart, een schoppentwee (pijke-twee), uit Napoleons tijd (ca. 1800). Uit een Brugse verzameling.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Antoon Viaene

  • K. du Bois

  • Jozef Delbaere

  • Christiaan Devyt


plaatsen

  • over Roeselare

  • over Kortrijk


datums

  • 24 september 1645

  • 1959