Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biografie Bulletin. Jaargang 15 (2005)

Informatie terzijde

Titelpagina van Biografie Bulletin. Jaargang 15
Afbeelding van Biografie Bulletin. Jaargang 15Toon afbeelding van titelpagina van Biografie Bulletin. Jaargang 15

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.05 MB)

Scans (17.53 MB)

ebook (7.32 MB)

XML (0.72 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/biografie
tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biografie Bulletin. Jaargang 15

(2005)– [tijdschrift] Biografie Bulletin–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 82]
[p. 82]

Signalementen

Eisse Kalk, De rode geranium, leven en werk van Eiske ten Bos-Harkema, de eerste vrouwelijke wethouder van de SDAP in Nederland (Amsterdam, Instituut voor Publiek en Politiek, 2005)

Als in september 1923 Eiske ten Bos-Harkema wethouder voor de sdap in de Groningse gemeente Gasselte wordt, schrijft het weekblad De Proletarische Vrouw: ‘Hier komt een beschaafde, verstandige arbeidsvrouw, die een uitstekend begrip heeft van haar taak in de arbeidersbeweging, op een zeer verantwoordelijke post. Wij wenschen haar veel geluk en succes.’ Het ging hier dan ook niet om zomaar een benoeming: Ten Bos-Harkema was de eerste vrouwelijke sdap-wethouder in Nederland. Ruim tachtig jaar na haar benoeming schreef haar kleinzoon Eisse Kalk een biografie van haar met de titel De rode geranium. De laatste zin van het voorwoord luidt: ‘Ik spreek de hoop uit dat haar leven en werk voor de gemeenschap de lezers van dit boek zal inspireren om in hun eigen buurt of gemeenschap hun eigen verantwoordelijkheid voor de publieke zaak op zich te nemen.’

Het is dus meteen al duidelijk dat we van Kalk geen kritische benadering hoeven te verwachten. Hij wil zijn grootmoeder aan de vergetelheid onttrekken. Dat is zijn goed recht. Hij behandelt haar niet als geïsoleerd individu, maar doet zijn best haar in een historische context te plaatsen. Mede door de vele illustraties slaagt hij daar goed in.

Ten Bos-Harkema (door Kalk steevast Eiske genoemd) was wethouder van 1923 tot 1931. De gemeentepolitiek van Gasselte tijdens het interbellum komt dan ook uitgebreid aan bod. Natuurlijk wordt er zo een tijdsbeeld gegeven dat de grenzen van Gasselte overschrijdt, maar vlot leesbaar is het niet altijd; er wordt wel érg veel uit brieven en notulen geciteerd, en het hoofdstuk ‘De gemeentefinanciën’ bevat inderdaad de overvloed aan tabellen die de titel al deed vermoeden.

Leesbaarder zijn de stukken over het persoonlijke leven van Ten Bos-Harkema. Een van haar broers heeft een ongepubliceerde autobiografie van zijn jeugd nagelaten. Zo'n manuscript is natuurlijk een droom-vondst; Kalk put er veel informatie uit over het gezin waarin Ten Bos-Harkema opgroeide. Verder kon Kalk de nog in leven zijnde jongste dochter van zijn grootmoeder interviewen.

Behalve wethouder was Ten Bos-Harkema

[pagina 83]
[p. 83]

ook correspondente van het socialistische dagblad Het Volk. In 1923 schrijft ze een stukje waarin ze een plaatselijke politieagent van echtelijke ontrouw beschuldigt. Het gevolg was een aanklacht wegens smaad, en in 1924 werd ze tot een maand gevangenisstraf veroordeeld, die ze in Rotterdam moet uitzitten. Ook voor die tijd een zware straf, en binnen de sdap werd dan ook gesproken van klassenjustitie - al stonden niet alle partijgenoten achter haar. Uit deze episode blijkt ook waar Kalk de titel van zijn biografie vandaan heeft. De rode geranium is geen bijnaam van Ten Bos-Harkema, maar een geschenk: toen ze in de gevangenis zat kreeg ze van een partijgenote een rode geranium opgestuurd. Vanuit haar cel schrijft ze over het betreffende cadeau: ‘Daar is mijn cel al heelemaal van opgefleurd maar het plantje kan er schijnbaar nog minder tegen dan ik, want alle dagen komen er gele blaadjes aan’. Het is niet slecht een boek naar een veelzeggend detail te noemen, maar door die gele blaadjes ga je toch twijfelen of dat in dit geval had moeten gebeuren.

 

Rob van Essen

Dirk Wolthekker, Terug naar Beilen. Leven en dood van een rode dorpswethouder (Amsterdam, Balans 2003)

Op 16 juli 1936 rijdt een auto met vliegende vaart van Beilen naar Assen. In de auto: de burgemeester van Beilen, twee wethouders en de gemeentesecretaris. De burgermeester zit aan het stuur. Ze zijn laat, ze worden om half elf verwacht bij de nieuwe inspectrice voor lager onderwijs in Drenthe. Daar zullen ze nooit aankomen. De Citroën botst tegen een vrachtwagen. De burgemeester en een van de twee wethouders zijn op slag dood. De andere twee inzittenden raken zwaargewond.

Het ongeluk zorgde voor opschudding in Nederland. Niet dat auto-ongelukken destijds niet vaak voorkwamen, maar de dood van een burgemeester maakte indruk. In Beilen en ook daarbuiten werd meer gerouwd om de wethouder. Zijn naam was Jan Egberts Eleveld en hij was de eerst gekozen PvdA-wethouder van Beilen. Toen hij stierf was hij zesendertig jaar. ‘Ik ken u wel niet,’ schreef een vrouw uit Den Haag aan de weduwe, ‘maar ik heb zoo veel goeds over uw man vernomen dat ik u toch een berichtje stuur.’ Oude Beilenaars zijn nog steeds boos dat er geen straat naar Eleveld genoemd is.

Eleveld was een idealist. Hij was geheelonthouder, en hij zette zich in voor het welzijn van minderbedeelden. Hij had grote bewondering voor voormannen als Pieter Jelles Troelstra en Floor Wibaut. Conform de doelstellingen van de partij richtte hij jeugdverenigingen op en zette hij zich in voor de drankbestrijding. Veel opleiding had hij niet gehad, maar hij wist hoe je een betoog moet opbouwen. Hij schreef veel en graag; zijn artikelen voor socialistische bladen zijn vol passie en retoriek. Ze gaan over het goede in de mens, over vooruitgang, respect voor de natuur en de noodzaak je voor de toekomst in te zetten. ‘Vecht, bind de strijd aan met het leven en eens zal de overwinning voor ons zijn,’ schreef hij, ‘want voor elk van ons is het leven dát, wat wij er zelf van maken. Bouwers moeten we zijn, steeds hechter en hooger.’

Een politicus was hij niet. Tegen wil en dank kwam hij in de gemeenteraad terecht;

[pagina 84]
[p. 84]

hij hield meer van doen en schrijven dan van vergaderen.

Een idealistische wethouder zonder politieke ambities die bovendien al op zijn zesendertigste stierf, lijkt niet het ideale onderwerp voor een biografie. Dirk Wolthekker concentreert zich in Terug naar Beilen dan ook voor een groot deel op de context van Elevelds leven, en dat doet hij goed. Hij gaat in op de sociale en maatschappelijke problemen van de Drentse arbeiders uit de eerste helft van de twintigste eeuw en laat daarbij en passant zien dat samenlevingen altijd snel veranderen, niet alleen nu. Mooi is ook hoe hij Elevelds strijd tegen het drankmisbruik, zijn retoriek en zelfs zijn brieven aan zijn verloofde binnen het socialistisch idealisme plaatst: de droom van een leven waarin geen legers meer bestaan, iedereen gelijkwaardig is en voor elkaar zorgt en niemand meer van honger omkomt. Eleveld, kun je zeggen, is dromend gestorven.

 

Monica Soeting

Charles R. Cross, Room Full of Mirrors. A Biography of Jimi Hendrix (New York, Hyperion 2005)

Tot nu toe zijn er twee substantiële biografieën van Jimi Hendrix in het Nederlands vertaald, Crosstown Traffic en Setting the Record Straight van John McDermott en Hendrix' producer Eddie Kramer. Beide biografieën concentreren zich op de even korte als spectaculaire carrière van de Amerikaanse rockgitarist/zanger. Eind 1966 werd hij, toen hij alleen nog in kleine kring bekend was, vanuit New York door Animals-bassist Chas Chandler naar Engeland gehaald, waar hij binnen een paar maanden tijd uitgroeide tot de rocksensatie van dat moment. Nog geen vier jaar later stikte Hendrix in een Londense hotelkamer in zijn eigen braaksel. Naar alle waarschijnlijkheid had hij veel zwaardere slaappillen geslikt dan hij besefte en was hij, ook vanwege de grote hoeveelheden drank en drugs die hij ook die dag tot zich had genomen, te ver heen om adequaat te kunnen reageren op het plotselinge gebrek aan zuurstof. Room Full of Mirrors van Charles R. Cross onderscheidt zich in meer dan één opzicht van bovengenoemde biografieën. In de eerste plaats omdat het boek niet alleen over de succesjaren gaat, maar daarnaast gedetailleerd verslag doet van Hendrix' moeilijke en armoedige jeugd in Seattle, van zijn korte loopbaan bij het leger en van de niet minder moeilijke en armoedige jaren waarin hij overal in Amerika probeerde om als muzikant voet aan de grond te krijgen. Daarnaast zijn de toon en de stijl van Cross' boek opvallend zakelijk en sober in vergelijking met die van andere Hendrix-biografieën. Hendrix' gitaarspel was - en is dat tot op de dag vandaag - een uniek fenomeen in de popmuziek. Onalledaags waren ook zijn drank- en drugsgebruik en zijn nauwelijks te bevredigen libido. Voeg hierbij zijn vroege dood en het zal duidelijk zijn dat leven en werk van Hendrix de ideale voedingsbodem zijn geweest voor dweperigheid, sensatiezucht en legendevorming.

Hoewel ook Cross een grote fan van Hendrix is, heeft dat zijn boek niet in de weg gestaan. Hij wilde niet de mythe maar de mens portretteren en heeft daarom de fan ingetoomd en alle ruimte aan de biograaf gegeven. Kenmerkend voor zijn aanpak is de sobere, evenwichtige wijze waarop hij de enorme hoeveelheid materiaal heeft verwerkt in zijn boek. Opvallend is dat hij

[pagina 85]
[p. 85]

maar weinig citeert uit de 325 gesprekken die hij voor zijn boek heeft gevoerd. Ook zijn ontdekking van het graf van Hendrix' jong gestorven moeder - waarvan niemand precies wist waar het lag - wordt zonder tromgeroffel vermeld en in slechts een paar regels beschreven.

Het resultaat van Cross' beheerste en zorgvuldige aanpak is een informatieve en tegelijkertijd respectvolle biografie van een van de belangrijkste muzikanten uit de geschiedenis van de rock. Zijn carrière - from rags to riches - leek een Amerikaanse droom die werkelijkheid werd. Helaas ontpopte die zich tot het tragische verhaal van een telg uit een zwarte dysfunctional family die op tamelijk late leeftijd ontdekte dat hij een muzikant in hart en nieren was en die jaren later, als succesvolle rockster, niet opgewassen bleek te zijn tegen de toenemende druk uit zijn omgeving. Problematisch was bijvoorbeeld dat hij als zwarte muzikant een overwegend wit publiek had. Ook werkte hij veel harder dan goed voor hem was omdat hij geen nee kon zeggen tegen een manager die de dollars die hij met Hendrix kon verdienen belangrijker vond dan diens artistieke en fysieke welzijn. In plaats van nieuw werk bleef Hendrix op het podium oude succesnummers spelen en de bekende trucs uithalen (gitaar met zijn tanden spelen; gitaar in brand steken) omdat zijn fans dat van hem verwachtten.

Om artistiek toch aan zijn trekken te komen kneep Hendrix er wanneer hij maar kon tussenuit om in kleine clubs, in studio's of bij vrienden of kennissen thuis te jammen met collega's. Het moeten de enige rustpunten zijn geweest in een slopend bestaan.

 

Maarten Steenmeijer


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Rob van Essen

  • Monica Soeting

  • Maarten Steenmeijer

  • over Eisse Kalk

  • over Dirk Wolthekker