Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Die eerste Bliscap van Maria en Die sevenste Bliscap van Onser Vrouwen (1978)

Informatie terzijde

Titelpagina van Die eerste Bliscap van Maria en Die sevenste Bliscap van Onser Vrouwen
Afbeelding van Die eerste Bliscap van Maria en Die sevenste Bliscap van Onser VrouwenToon afbeelding van titelpagina van Die eerste Bliscap van Maria en Die sevenste Bliscap van Onser Vrouwen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.57 MB)

XML (0.56 MB)

tekstbestand






Editeur

W.H. Beuken



Genre

drama

Subgenre

sinnespel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Die eerste Bliscap van Maria en Die sevenste Bliscap van Onser Vrouwen

(1978)–Anoniem Bliscapen van Maria–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige
[pagina 219]
[p. 219]

Aantekeningen

Die Sevenste Bliscap

1 De proloog werd evenals in de Eerste Bliscap waarschijnlijk door twee personen gesproken: naast de eerste en de derde strofe staat het cijfer 1, naast de tweede en de vierde het cijfer 2 d.i. bij vs. 1, 31, 16 en 46.

53 h' later doorgehaald en in margine toegevoegd d'maget vrye.

68 De verzen 61-82 bestaan vermoedelijk uit drie geschakeld verbonden sextetten, gevolgd door een kwartet. In dat geval is tussen 67 en 69 een regel uitgevallen. Leendertz geeft voor deze regel de conjectuur: O uutvercoren pat. Ik zou eerder denken aan: O leliënblat. Een lied uit het Devoot ende profitelijck boecxken begint aldus: O suver vat, O leliënblat.

118 hs. wuegen.

119 dit vers werd later aan de voet van het blad vervangen door: Ende alle murmuratie ontbeert.

Misschien vond men het oorspronkelijke vers te kort (zie Aant. bij vs. 485).

183 hs. ter pinen.

274 Mnl. W. I 1461 (bier) brouwen = een plan maken ten nadele van een ander, een kuil graven.

287 WNT XII 1701 pijp, iets dat verkeerd uitkomt, mislukking. Gewestelijk in Z.-Ned. 't Es een pijpe, 't is mis, Schuerm.

297 hs. wueren.

305 Vóór vs. 306 in later hand: hier begint. Alles wat voorafging werd dus bij de vertoning in 1559 weggelaten. Zie Inleiding p. 21.

371 Vóór dit vers in later hand: gods troon toe. Deze toneelaanwijzing dient na 384 te staan.

420 ‘Van een zegen, dien God over Jacob uitsprak, vinden wij in den Bijbel niet gesproken. Blijkbaar denkt de dichter echter aan den zegen, dien Isaäc zijnen zoon schonk. Dat hij op dezen het oog heeft, blijkt wel, als wij de woorden uit vss. 388-390 Datti u met des hemels douwe Wilt besprayen vergelijken met Gen. 27, 28: ‘Zoo geve u dan God van den dauw des hemels’ (Leendertz p. 582).

459 hs. wort en ghijt bestiert, later doorgeschrapt en vervangen door voort en het gesciet.

461 ongescoffiert, later doorgeschrapt en vervangen door uyt lieffden ziet. De bijgedachte die het woord schofferen later kreeg, zal aan deze verandering niet vreemd zijn geweest.

485 genadicheden later veranderd in genaden en in margine bijgeschreven volgens Leendertz sonder verburen; ik lees iets anders, misschien sonder verleden = zonder (Hem) te kwetsen (Mnl. W. VIII 1992). Waarschijnlijk vond de bewerker het vers te kort.

515 griet later doorgeschrapt en vervangen door riet.

537 baen later doorgeschrapt en vervangen door sonder waen.

[pagina 220]
[p. 220]

543 Stallaert verklaart ghesciet van scheiden = ontstaan, zijn oorsprong nemen, uitvloeien, emanare; het woord is later bijgeschreven.

565 hs. Ihs. xps.

581 hs. wuerene.

585 hs. niet seer vremde later doorgeschrapt en vervangen door hier gesciet.

655 hs. wuere.

705 hs. uwer.

716 in hs. vóór dit vers bijgeschreven Maria, een aanwijzing dat na de bekorting dit vers aansloot bij vs. 751.

730 Stallaert, Leendertz en Endepols emenderen: Mijn bliscap die ic niet en vercleene. Nog afgezien van het feit dat de constructie van dit vers daardoor evenmin gelukkig wordt, is deze verandering m.i. niet nodig. Ik lees aldus: Verstaet wel wat ic meene ... mijn bliscap dat ic niet en vercleene. Daarbij is het voegwoord dat pleonastisch gebruikt, van welk gebruik men voorbeelden vindt bij Stoett, Middelnederlandsche Syntaxis par. 328.

732-38

mijns weenens, waarschijnlijk hebben wij hier een genit. van wijze of van omstandigheid, vgl. Stoett a.w. par. 17 bijv. sijns wetens. De zin is dan: In (ondanks) mijn wenen ben ik toch in het geheel niet bedroefd, hoezeer de ogen ook gedwee hun werk doen naar de natuur. De blijdschap, die droefheid in het hart vindt, (het) is nuttig dat zij die vrijmaakt; dus doet de blijdschap de ogen schreien bij degenen die naar vreugde uitzien. Deze verklaring veronderstelt het bestaan van een mnl. subst. doge = dogen, zoals gedooch naast gedogen. Toch blijft hier vreemd die (vs. 736) als demonstrativum voor doghe onz. subst., tenzij men met Leendertz aanneemt, dat doghe een vrouwelijke woord op -e is. De aangehaalde parallellen zijn echter alle onz.: begeer, behaech (ook vs. 892), gedooch, mesdrach (ook vs. 895); alleen beide is vrouw. De moeilijkheid blijft bestaan, als men in doghe (vs. 735) een geapocopeerde vorm ziet voor doghen, een apocope die in deze tekst meer voorkomt bijv. 1008 vrouwe i.p.v. vrouwen. Hoe dit ook zij, de kopiist heeft waarschijnlijk de woordspeling niet begrepen en doghe opgevat als het oog (zelfst. nw. onz. en vrouw).

753 se alle later doorgeschrapt en vervangen door dandere iongers.

779 hs. gewuecht.

785 nosen later doorgeschrapt en vervangen door letten.

818 dorvluegen en 819 muegen later veranderd in resp. dorvlogen en mogen.

834, 35

Leendertz verklaart: God moge mij, zonder dat gij er last van ondervindt, van uw bijzijn laten genieten.

878 naast confortacie geschreven leering? in margine met dat weggewerkt werd met een vlek.

886-925

later tussen haakjes gezet om over te slaan, toen werd voor het rijm toegevoegd: U te zien sterven voor ons gemeene. Zie Inleiding p. 20.

950 lect later veranderd in legt.

961 De gedachte van een passie van Maria, de Compassio Matris, gaf aanleiding tot een devotie, die reeds opkwam met Anselmus, die verbreid werd door Bernardus en Bonaventura en die haar hoogtepunt bereikte in de vijftiende eeuw.

1033 met corten waerden later doorgeschrapt en vervangen door hoe vermaerde.

1064 hs. genegy, later veranderd in genesy.

1095 si later vervangen door haer zaet.

1096 haer later vervangen door zijn. Over deze veranderingen zie de Inleiding.

[pagina 221]
[p. 221]

1099 bider oetmoet later doorgehaald en vervangen door vander geboorten.

1101 een moeder later doorgehaald en vervangen door eenen zone.

1113 Si heefti later veranderd in Sij heeftu.

1125 later bijgeschreven: hier ter stede, gedeeltelijk weer doorgehaald.

1130 beide later doorgehaald en vervangen door .j. viant.

1143 hs. h'alen = hier alen hier halen.

1151 dit vers werd later doorgehaald.

1155 de persoonsaanwijzing .i. ingel later doorgehaald en vervangen door Gabriel.

1167 de vermoedelijke persoonsaanwijzing voor dit vers werd later geschrapt, zodat ook de volgende verzen in de mond van Gabriël werden gelegd, ij ingel is conjectuur van Leendertz.

1173 In hs. volgt op vs. 1173 als aparte regel: In geenre ghisen (= op generlei wijze). Leendertz schrapt dit vers, omdat het ‘voor den zin gemakkelijk gemist kan worden’ en ‘voor den metrischen bouw’. Merk op dat door deze schrapping een kwintet ontstaat. Zie Leuv. Bijdr. 1970 p. 198.

1183 Voor dit beeld vgl. S. Axters, Gesch. van de vroomheid in de Nederlanden. dl. II. Antwerpen, 1953, p. 21.

1196 Vóór langer werd later in margine niet bijgevoegd, omdat men blijkbaar verlinct opvatte als verlangt.

1197 Achter hi werd later my ingevoegd.

1235 Er stond eerst orlof waarin or is doorgehaald.

1242 Leendertz: In deze regels werden later verschillende veranderingen in de namen gemaakt: jacop, pauwels, matheeus in vs. 1242, 1244 en 1246 werden paulus, matijs, bertolemeeus.

1262

Leendertz: Van de hier volgende toneelaanwijzing zijn de laatste twee regels geheel afgesleten, zodat er niets meer van te lezen is. Vss. 1263-1274 zijn zeer moeilijk te lezen, doordien men met een reagens het hs. bedorven heeft (zij ontbreken dan ook bij Stallaert B.). Ik geef ze naar Leendertz.

1274 De drie regels tussen 1274 en 1275, die met rood geschreven waren en dus zeker een toneelaanwijzing bevatten, zijn door dat reagens geheel verdwenen. Endepols schrijft hierbij: Toneel in de sterfkamer.

1299-1308

Leendertz: Later werden deze woorden aan de drie maagden in de mond gelegd door voor vs. 1302 en 1303, vs. 1304 en 1305, vs. 1306 en 1307 achtereenvolgens j e, ij e en iij e te schrijven. Selete later doorgehaald.

1305 hs. rayende.

1313 Alsoe. en 1315 hier. geïnterpungeerd overeenkomstig het hs.

1355 Na dit vers is waarschijnlijk een toneelaanwijzing doorgehaald.

1389 Leendertz dacht over verandering van eren in eerden en schreef: ‘Op vele plaatsen is het nog de gewoonte, dat een ongehuwd gestorvene door de ongehuwde mannen uit liefde (d.w.z. zonder betaling) naar het graf gedragen wordt’. Deze conjectuur is echter onnodig. De dichter denkt hier aan Joannes' maagdelijkheid (vgl. vs. 1381).

1398 Naast i iode bijgeschreven de wachter.

1400 hs. horrictic.

1452 in hs. verbeterd uit maetsouwen.

1455 hs. Wi.

1459 Mnl. W. VII 217: ‘De betekenis der uitdrukking is waarschijnlijk: zij zullen trachten ons onze schaduw te ontnemen (hetgeen in de regel iemands dood ten gevolge

[pagina 222]
[p. 222]

had, in alle geval hem onheil berokkende)’. Zie ook Leendertz t.p.

1501 Leendertz: ‘Juist zooals de kater weet ik niet, waar ik mij bergen moet. Ditzelfde beeld, dat de kater rondloopt, zonder te weten waarheen, vinden wij Plaijerwater 179’.

1510 De laatste drie woorden van deze en de laatste twee van de volgende regel zijn later geschreven, nadat de oorspronkelijke woorden waren weggeschrapt (eerste hand).

1515 Ic sal mij, op gezag van Leendertz, voor mij niet meer leesbaar. Over het gedeelte dat hierna in het handschrift ontbreekt zie de Inleiding p. 19.

1519 en 1520 in hs. op één regel, evenals 1522 en 1523, 1525 en 1526, 1528 en 1529.

Dit vers is later doorgehaald en daarvoor in de plaats gezet Vol gratien sydij overghevloeyt.

1537 Wats gescie later doorgeschrapt en vervangen door met herten blye.

1539 Selete later doorgehaald.

1594 begeven later vervangen door niet sneven.

1604 interpunctie overeenkomstig het handschrift.

1620 Het manna is een typisch legendemotief (Mak).

1632 sijt later veranderd in sijdij en toegevoegd bij christus.

1633 Voer later doorgehaald.

1641 des heilichs geests vriendinne later doorgehaald en vervangen door met vele maniere, dat weer veranderd schijnt in zuete maniere.

1698 Daar de betekenis ‘voornaam’ enigszins vreemd is, heeft principael hier misschien de zin voornaamste (Mnl. W. VI 686). Evenals bij de Smarten werden er immers wel vijftien Vreugden onderscheiden, waarvan dan de zeven voornaamste in de Bliscapen behandeld zijn. Zie voor het getal 15 F. Vernet, La spiritualité médiévale. p. 90.

1700 Voor de door mij gevolgde interpunctie vgl. I 648.

1702 Zoals medegedeeld op p. 22 moesten de verzen 1702-1726 bij de opvoering geschrapt worden t.w. na Gabriël in vs. 1702. Achter vs. 1726 staat in cortter talen, zodat de regel werd: Gabriël in cortter talen. Aan de voet der bladzijde werden drie regels bijgeschreven:

 
es den zulcken wel int gedachte
 
maer al dat wy doen daghen en nachten
 
es tuwer eeren in alder wijs.

Leendertz veronderstelt, dat dan met vs. 1727-1733 vervolgd werd.


Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken